2020 Marokko 26 februari

Klik op een foto om het groter te bekijken. Daarna kun je via de pijltjes bladeren door de foto’s. Veel lees- en kijkplezier.

Als je het handig vindt, kun je je aan de rechterkant aanmelden voor de nieuwsbrief. Dan krijg je automatisch een mailtje als ik een nieuw reisverslag heb geplaatst.

Woensdag 26 februari 2020: Tafraout

Vannacht was de wind gaan liggen, dat is wel net zo fijn. Ik ben er vroeg uit, om 6 uur al, klaar met slapen.

Maar evengoed moeten we tegen 10uur nog haasten om op tijd te zijn voor het fietsen. Co was bezig met het ‘poepplankje’, het plankje om de toiletcassette aan te hangen, als hij die wil gaan legen bij het sanistation. Het is gelukt, het is klaar, Co stond me daar toch een potje trots te zijn. Met dank aan Wilfried voor het gebruik van de boortol, en dank aan Ge voor het gebruik van de slijptol. Toch handig als mensen zulke handige apparaten mee hebben, haha. De toiletcassette hangt als een huis, Co heet een proefrondje gereden.

Om 10uur vertrekken we dus voor een rondje Allmoddan en de blauwe rotsen. We zijn met 7, Gerry rijdt voor het eerst mee. Ze zijn gisteren aangekomen in Tafratout, ze hebben er precies een week over gedaan, van thuis uit. pffffff.

We rijden door het dorp waar het druk is vanwege de markt. De hele brug ‘hangt’ vol met mannen en op straat moet je goed uitkijken voor opeens overstekende mensen.

We gaan op de kleine rotonde rechtsaf de R107 op richting Aguerd Oudad, het dorp met de hoed van Napoleon. Daar gaan we linksaf naar Allmoddan. We zijn hier van de week ook geweest, met zijn viertjes, vlak voordat we de ruige offroad route gingen rijden. Toen zijn op de ‘rondweg’ om het dorp heen gereden. Nu willen we er ook door heen lopen. Het is een leuke omgeving waar we door rijden.

We rijden wederom rond het dorp, en komen aan op het dorpsplein, bij de moskee. We parkeren de fietsen in de schaduw pal voor de moskee. Aan de overkant is de gaswagen gearriveerd. Een mannetje is uit de ‘voorraadkast’ de lege gasflessen naar beneden aan het gooien, hij laat ze gewoon vallen. 

De anderen blijven op het pleintje wat hangen, Co en ik lopen gelijk naar de oude huizen boven ons. 

Daar ontmoeten we een meisje, ze heet Suchaima, is 13 jaar en bijzonder assertief. Ik krijg direct een knuffel van haar en Co een. hand. Ze vraagt of we hier willen blijven staan, dan gaat ze even een doek omdoen. Ze snelt naar huis toe, onderweg nog een keertje omdraaiend en gebarend dat we vooral moeten blijven staan waar we staan, om even later ‘aangekleed’ weer terug te komen. Daarna loopt ze met ons mee naar beneden, we begrijpen dat ze ons een rondleiding door het dorp wil geven.

Beneden komen we bij de anderen, die contact hebben met een paar vrouwen boven ons op het dak. Toni had een tennisbal op dak gegooid, en dat gaf een reactie, er kwamen twee hoofdjes over de rand. Suchaima krijgt inmiddels van Toni twee tennisballen en wat kleding.

We lopen naar de rondweg, ze wijst wat dingen aan, maar ze kent niet genoeg Frans om ons te vertellen waar het voor is. We staan stil bij een grote cirkel met een paal in het midden. Het heeft iets met Allah te maken. 

We lopen naar het hoogste punt in het dorp, daar vandaan hebben we een mooi uitzicht over de omgeving. Hier maken we een paar foto’s van elkaar en met Suchaima. Ze houdt graag onze telefoon vast, prima hoor. Er staat een megafoon boven op de berg, een verlengstuk van de moskee beneden?

We lopen op Suchaima’s aanwijzingen naar beneden, maar ze gaat weer naar de rondweg, wij willen graag naar het oude gedeelte, dus dwars door het dorp. Dus kiezen we zelf ons padje. Er is veel verval, er zijn veel ruïnes. En daar tussendoor betonnen huizen in mooie kleuren geverfd.

We lopen via een Marokkaanse trap tussen de huizen door, de treden zijn uitgehouwen in de rotsen. Het is smal en steil. Verderop staat een vrouw ons op te wachten, in de deuropening van haar huis. Ze is net zo nieuwsgierig naar ons als wij naar haar. Ze vindt het wel interessant, die vreemde mensen in haar dorp.

We komen terug op het dorpsplein. Toni wil de vrouwen op het dak een t-shirt geven maar dan moeten ze wel naar beneden komen, nou, dat willen ze wel, ze zijn zo bij ons. Suchaima neemt onze telefoon over en doet een rondje ‘selfies’ met ons, ze vermaakt zich prima.

Een van de vrouwen vraagt of we thee willen, lekker hoor, maar dan wel zonder suiker. Er komt een tafel naar buiten en even later een blad met 7 glaasjes en een potje thee. Een schaal met koekjes en pinda’s erbij, en ook nog een bord met appels en sinaasappels, met een schilmesje er op. Sinaasappels noemen ze hier limoenen, het is maar dat je het weet. Oh ja, en er kwam ook nog een schoteltje met giga suikerbrokken er op, voor de zekerheid. Aan een huis hangen twee hele lange zwarte lappen, met een glimmende sierrand er aan. Het zijn de zwarte doeken die de vrouwen in deze streek dragen.

Toni is met Suchaima bezig om foto’s naar haar te whatsappen, ze is er heel blij mee. Als we weer in de buurt zijn moeten we weer langs komen, nou dat doen we hoor, gezellig. Dan nemen we afscheid en fietsen terug naar de R107. Daar gaan we linksaf, we gaan naar de Blauwe Rotsen.

Verderop gaan we rechtsaf een gravelweg op, met hier en daar wat ruigere plekken. Gerry rijdt mij voorbij, ik denk nog, hij gaat wel hard voor zo’n weg. Dan verliest hij zijn tas, krijgt daar erg in, kijkt achterom en gaat hard onderuit. Later zegt-ie dat hij tijdens het omkijken zijn linkerrem gebruikte, dat is bij een motor de achterrem, maar op een fiets is het de voorrem, en die kun je beter niet alleen gebruiken, de val was het gevolg.

Zijn arm en been zijn behoorlijk gehavend, evenals zijn schouder en knie. Toni en Annelies verlenen eerste hulp, ze hebben altijd dit soort spullen bij zich, gelukkig voor Gerry. Ze gebruiken een reinigende spray en leggen een verband en pleisters aan. Ik ben ondertussen de schouder van Gerry aan het behandelen met Quantum Touch, dat wil nog wel eens helpen voor de pijn en blauwe plekken, als je het direct na een kwetsuur toepast. 

Gerry, Frank en Ria draaien om, en beloven aan Toni en Annelies dat ze in Tafraout direct naar het hospitaal gaan om de wonden schoon te laten maken en te kijken of er geen breuken zijn.

Wij fietsen verder naar de blauwe stenen. In 1984 heeft de Belgische kunstenaar Jean Verame met behulp van Marokkaanse brandweermannen deze stenen van een kleur voorzien. De kleuren waren verbleekt en nu hebben andere Marokkanen de stenen van een nieuwe kleur voorzien. Heel fel en hard van kleur. Bovendien hebben ze veel meer rotsen van kleur voorzien als eerder. Toen was er 20.000kg verf voor nodig, naar oud-Egyptisch recept. Nu hebben ze het gespoten, wat te zien is aan de grond rondom de stenen, het is op Marokkaanse wijze gespoten, ongeveer dus. We kunnen het niet echt waarderen, wat een verminking van het landschap. Eerder viel het wat minder op, waren het pastel tinten, maar dit is lelijk. Maar dat is onze mening.

We fietsen terug naar de camper en nemen onze rust in de schaduw, want het is wederom warm. Er komt een man aangelopen, het is Dick Sijm, Co heeft hem van de week al gesproken. Hij en zijn vrouw Trudy komen uit Andijk, vlak bij ons dus. Hij neemt plaats en we halen herinneringen op uit zijn en Co zijn jeugd.

Toni komt aanfietsen en meldt dat Gerry terug is uit het ziekenhuis, de wonden zijn verzorgd en zijn goed schoon, er is niets gebroken, gelukkig maar. Het is nog goed afgelopen zo.

Om half 6 lopen we met onze stoelen naar Toni en Annelies, we zijn met Frank, Ria, Gerry en Annie uitgenodigd om knödels te komen eten. Het is een Oostenrijks gerecht, wel ooit van gehoord, maar nog nooit gegeten. Het smaakt erg lekker. Er is ook nog een koolsalade, in zuur gelegde bloemkool en tomaten met ui. Het smaakt allemaal prima. Dank Toni en Annelies voor deze voortreffelijke maaltijd. We zitten zo gezellig een paar uurtjes bij elkaar. Toni krijgt ondertussen allerlei whatsappjes van Suchaima. Hij stuurt een foto van ons samenzijn en de knödels. 

De bakker komt langs en die wil wel proeven. Hij maakt wat knorrende geluiden, nee er zit geen varkensvlees in. Het vlees is van de ‘bakra’, de koe. Dat begrijpt hij, hij vindt het erg lekker. Annelies vertelt later aan ons dat er ook wel wat spekjes in zaten.

Het was een onwijs leuke dag, ondanks de val van Gerry, gelukkig is dat goed afgelopen. Maar iedereen heeft genoten van ons bezoek aan Allmoddan, en de ontmoeting met Suchaima en de andere vrouwen.

We hebben 43.3km gefietst, met een gemiddelde van 13.9km/u en 650 hoogtemeters. Reële fietstijd was 3.07uur. Maar al met al zijn we 5 uurtjes onderweg geweest. Bekijk onze route van vandaag op Komoot.nl


Terug naar 25 februari
Terug naar ‘overzicht
Naar ‘coordinaten
Naar ‘reisroute

Verder naar 27 februari