
Klik op een foto om het groter te bekijken. Daarna kun je via de pijltjes bladeren door de foto’s. Veel lees- en kijkplezier.
Als je het handig vindt, kun je je aan de rechterkant aanmelden voor de nieuwsbrief. Dan krijg je automatisch een mailtje als ik een nieuw reisverslag heb geplaatst.
Maandag 2 maart 2020: Tafraout
Waar zal ik eens beginnen, over vandaag. Het was zo’n leuke dag, met een onwijs mooie fietstocht. Ik begin gewoon bij het begin…..
Nee, toch eerst nog even iets over gisteren. We zijn ’s middags nog naar de nieuwe hammam geweest. Co alleen, ik was met Ria. We zijn al vaker naar de hammam geweest maar ik kwam er nu pas achter dat het echte scrubwerk zonder zeep gebeurt. Een paar vrouwen naast ons zag ik dat doen. En toen kwam er toch een vuil los, ik wist niet dat ik zo vies was. haha. Het was trouwens wel weer erg lekker, zo’n hammam rondje.
Je gaat eerst in de warmste ruimte zitten en jezelf wassen met zeep en warm water. Lekker opgieten en schoonspoelen. Het is een soort voorweken. Dan ga je naar een minder warme ruimte en herhaalt het ritueel en rust tussendoor lekker uit. Als je genoeg bent geweekt ga je scrubben.
Vandaag om 10uur vertrekken we per fiets vanaf de camping, Toni, Annelies en wij. Het belooft een stevige klim en afdaling te worden , Ria had wat last van haar rug, dus hebben Frank en zij een rustdag. Althans ze gaan wel nog wat wandelen.
In het dorp stoppen we bij een fietsenmaker, annex bromfietsreparateur. We willen een binnenband kopen. De eerste heeft wel een 26 inch binnenband maar die had een Frans ventiel.
Bij de tweede moesten we even wachten tot er een man uit een winkeltje erbij zou komen, voor de nodige vertaling. Even later waren we een binnenband rijker. Toni zei dat ik nu aan de beurt was om ‘plat’ te rijden, alsjeblieft niet zeg.
Om 10.20uur rijden we echt weg, voor onze ‘barre’ tocht naar Anergui, hoog in de bergen, het dorp ligt op 1630m. Dus we hebben wat voor de boeg. Van de week hebben Wilfried en Ria het met de Burton gereden, ze hadden het idee dat het voor ons op de fiets een zware kluif zou zijn. Wij zien het als een uitdaging.
We rijden Tafraout uit, naar de grote rotonde bij de Ammelne vallei. Daar gaan we linksaf de vallei in. Na 14km gaan we rechtsaf de P1011 op, richting Tanalt. We zitten dan op 864m hoogte.
Na 3.7km gaan we rechtsaf een betonpad op naar Anergui. We hebben dan 8km voor de boeg, alles omhoog, van 918m naar 1630m hoog. Het steilste stuk is 20%, de rest is tussen de 11 en 15%.
Het is een leuke route met mooie vergezichten naar de Ammelne vallei. Het gaat gestaag omhoog, over een redelijk goed betonpad. In de bochten ligt veel grind op de weg, dus daar voorzichtig aan.
We komen op een gedeelte waar de afgronden behoorlijk steil zijn. Daar zie je onder de weg stenen muren. Wat zal dat gevaarlijk geweest zijn om aan te leggen. Toni had vanmorgen van iemand gehoord dat er hier voorheen een aarden weg lag. Elke keer als het geregend had werd de weg slechter. Gelukkig hebben ze nu een redelijk goede weg.
De rotsen zijn immens groot, wat voel je je dan nietig op je fietsje.
Dan zien we hoog boven ons, het dorpje Anergui liggen, het lijkt al redelijk dichtbij. Als we verder omhoog rijden en op een punt komen waarvan je denkt, gaat de weg nog verder hier, zien we, oeps, de weg weer naar beneden gaan. En verderop zien we de weg steil en zigzaggend omhoog gaan. Het dorp lijkt gelijk een stuk verder weg.
In dit deel zit de 20% stijging, dus zetten we een tandje meer ondersteuning erbij. Tot nu toe reden we in de ecostand, wat goed te doen was. Een beetje sporten vinden we wel fijn.
We komen dichterbij het dorp en zien mooi gekleurde huizen staan en een grote witte moskee. Als je vanuit Ait Baha komt zie je van ver de moskee staan. Elke keer als we daar op uit keken, dacht ik, daar wil ik wel een keertje naar toe. Nooit gedacht dat we dat op de fiets zouden doen.
We stoppen bij de moskee, daar zitten twee mannen op het dak van een gebouw. Ze zijn een lantaarn aan het maken, ja er moet wel licht zijn in het donker.
We komen aan boven in het dorp en zien een mannetje op een kussentje zitten, langs de weg. Hij staat direct op en groet ons. Het is Abdellah, en hij heeft een cafeetje, waar we thee kunnen drinken en eventueel tajine eten. We willen wel thee, dus komt hij in actie.
De fietsen kunnen we op de parking zetten, onder de boom. Hij loopt ondertussen door de bijbehorende speeltuin naar een hokje verderop en opent de deur.
Even later ligt er onder de boom een groot kleed, met gekleurde kussens erop. Ik loop naar het cafeetje toe, het ziet er bijzonder kleurig uit, met een leuke beschildering erop. En veel foto’s, o.a. van Fanta en Coca Cola. Abdellah duwt mij een ingeseald formuliertje in handen, het is een overzicht van de bergen rondom ons, dan kan je zien waar je kunt klimmen. Doe maar niet, dat heeft me nog nooit aangetrokken om dat te gaan doen.
Hij kruipt onder de kleine toonbank door. Er staan al dienblaadjes met daarop een theepotje, een glas en een schoteltje met suikerklonten. Het ziet er leuk en keurig schoon uit. Hij gaat direct aan de slag met de thee.
Toni en ik lopen wat rond, verderop staan nog meer huizen, onder een loodrechte wand. Volgens Abdellah wordt hier druk geklommen door veel mensen. Ook wordt er gewandeld met een gids, dan eten ze vaak in het huis van Abdellah. Soms slapen ze er ook, dan is het een gîte.
Voor het café, annex speeltuin, is een sportveld. Er kan voetbal en basketbal worden gespeeld. Er is zelfs een heuse tribune.
Co is languit op het kleed gaan liggen, een kussen onder zijn hoofd. Als wij erbij komen gaat hij zitten. We doen de schoenen uit en even later is daar de thee, ieder een eigen dienblad. In het midden een schoteltje met FrouFrou koekjes. Heel huiselijk allemaal, haha.
Er loopt een Husky rond ons, met mooie blauwe ogen. Hij is een beetje vervelend en kwijlt bij het idee dat hij misschien wel een koekje krijgt. Dacht het niet.
Na de thee lost Toni, met succes, nog een probleempje op met het tandwiel van zijn fiets. Daarna lopen we een stukje verder het dorp in. Er is achterin zelfs nog een heuse parking, keurig aangegeven met een bordje. Verder is er niet veel te beleven.
We hoorden van Abdellah dat er in het dorp 5 vrouwen en 6 mannen wonen. De rest woont in Casablanca, Marrakech en Frankrijk. Er is zelfs een gardien aanwezig om op de huizen te passen. In de zomermaanden zijn er 60 personen meer. Dan komen de mensen uit de steden naar hun zomerhuis om daar een aantal weken te verblijven.
Abdellah wast ondertussen de theespulletjes keurig af met bergwater uit een slang.
Dan vraagt hij of we zijn huis willen zien, terug in het lagere gedeelte van het dorp. Dat willen we wel, dus lopen we achter hem aan. Voor wij aankwamen was hij aan het werk geweest, hij heeft groenvoer gesneden in de bergen voor zijn schaapjes.
Ik vroeg aan Abdellah of hij een vrouw heeft. Hij zei heel gedecideerd, non. Co zegt, maar de Marokkaanse vrouwen zijn toch lief en mooi. Dat was hij niet met ons eens. Hij wil het liefst een visum om naar Europa te gaan en daar een vrouw te trouwen. Hij is 57 jaar, maar we vinden hem eruit zien als iemand van 70 jaar. Oei. Dat zeggen we uiteraard maar niet. Hij is zo vriendelijk, echt een lieverd.
We komen aan bij zijn huis, het ziet er mooi uit, drie verdiepingen hoog. Daar kan toch makkelijk een vrouw bij. Co zegt, hier kunnen wel vier vrouwen wonen, je ziet Abdellah een beetje lachen.
Er zijn veel kamers, een paar zijn heel sober ingericht. Maar de andere ruimtes zijn leuk beschilderd. Zijn eigen leefruimte ziet er mooi en sfeervol uit. Hij houdt heel erg van kleuren en heeft de muren van leuke tafereeltjes voorzien. Net als zijn cafeetje boven.
De keuken ziet er heel gezellig uit, let maar eens op de muren, ook is het schoon en opgeruimd. Wel erg vol, maar alles is keurig gerangschikt.
We lopen de trappen op naar het dak, vergezeld door de huiskat, die zwanger is. Het is een kleine deur waar we door moeten, het is behoorlijk bukken. Op het dak kijken we neer op de schapen, ze zijn al lekker aan het smikkelen van het verse groen.
Er staat een jong geitje apart in een hok, de opening afgesloten met een stuk karton van een tv-doos. Het diertje staat apart omdat het anders verdrukt wordt door de grote schapen.
Je moet goed uitkijken waar je loopt op het dak, er ligt plastic op sommige punten met stenen er op, daar kun je niet op lopen. En direct bij de dakrand is er een diepe afgrond.
We kijken uit op het dal waar we net gefietst hebben. Er staan huizen lager dan die van Abdellah. De daken zien er mooi uit, met prachtige tegels.
Er liggen kruiden te drogen, ik denk dat het tijm is. Er ligt een groot houten werktuig. Als de tijm droog is slaat Abdellah het daarmee fijn. Hij verkoopt het op de souk van Tafraout.
Abdellah gaat elke woensdag met de benenwagen naar beneden naar de doorgaande weg in de Ammelne Vallei. Dat is drie uur lopen. Daar pakt hij een taxi naar Tafraoute. Rond elf uur is hij daar en drinkt dan een koffie bij hotel Tifawine. Rond 17uur pakt hij een taxi terug en loopt hij weer drie uur omhoog. pfffff.
We gaan terug naar binnen en naar beneden. In de huiskamer van Abdellah schrijft Toni zijn Marokkaanse telefoonnummer op, voor whatsapp. Even later heeft hij een paar foto’s doorgestuurd gekregen van Abdellah. In november heeft het hier nog gesneeuwd, en was er later een heuse waterval. In een kast ligt een hele stapel cassettebandjes. Het huis is tegen de rotswand aangebouwd, die zie je in de hal als muur.
We nemen afscheid van Abdellah, hij vraagt of we voorzichtig zullen zijn, het is bijzonder steil. Dat doen we, Slemma.
We genieten onderweg van de mooie uitzichten en moeten af en toe stoppen om onze handen rust te geven. We remmen wat af, het is eigenlijk alleen maar remmen. Fijn dat we onze remblokjes hebben vernieuwd van de week.
Bij de zendmast nemen we een pauze en eten onze meegebracht yoghurt op en genieten van het mooie uitzicht naar de Ammelne vallei. We zien de weg lopen waar we langs zijn gekomen.
Dan komen we op het laatste stuk naar beneden naar de P1011, en daar dalen we verder af naar de Ammelne vallei. Vanaf dan is het weer naar boven rijden. Dan horen we opeens een bekende toeter/claxon. Wilfried en Ria rijden ons met de Burton achterop. Of we naar Anergui geweest zijn, jazeker. Het was een straffe rit, maar ook een toffe rit. We hebben er erg van genoten.
We rijden onder de leeuw door, met de naar hem opkijkende Cocker Spaniel en zijn om 16uur terug bij de campers.
Daar vlijen we ons buiten neer in onze stoelen, lekker even uitrusten. Het is inmiddels wat bewolkt geworden, dus het is niet te heet om in de zon te zitten, lekker.
We genieten na van een hele leuke dag, met een bijzondere ontmoeting met een vriendelijke en goedlachse man.
Het laagste punt van de rit was op 860m, het hoogste punt op 1630m. We hebben 47,5km gefietst, daar hebben we 5 1/2 uur over gedaan, waarvan we 3.40uur werkelijk hebben gefietst. Het waren 1030 hoogtemeters vandaag, we hebben gemiddeld 13km/u gereden. Het steilste stuk was 20%. Bekijk onze fietsroute op Komoot.nl
![]() Terug naar 1 maart | Terug naar ‘overzicht‘ Naar ‘coordinaten‘ Naar ‘reisroute‘ | ![]() Verder naar 3 maart |