2019 Marokko 15 t/m 17 januari

Marokko 2018-2019  –  periode 9:   15 januari  –  17 januari

dinsdag 15 januari: Taroudant  –  Tiourar, langs P1510, route Aoulouz – Agouim

Om half 10 rijden we weg, rechtsaf de camping af, naar Aoulouz. De route van Aoulouz naar Agouim noemen wij onze blije route. Bij Aoulouz ga je de bergen in, dat allen al vinden wij leuk. Je komt daar veel mensen tegen, langs de weg en in de dorpjes. Dat weten we nog van de vorige keren dat we hier hebben gereden.

Het eerste stuk naar Aoulouz is nogal saai te noemen. De vorige keer was het stuk tussen de weg naar de Tizi-N-Test pas en Aoulouz slecht te noemen. Nu is het asfalt wel goed, maar de weg is nogal smal, wel met een tussenstreep erop en je mag er bij tijd en wijle 100km per uur. Als er een vrachtwagen of bus komt moet je bijna de kant in om elkaar niet te raken.

De weg vanaf Aoulouz is eerst de P1737 en wordt bij de afslag naar Toubkal de P1510. Er zijn inderdaad veel mensen langs de weg en ze zwaaien allemaal vriendelijk terug, zowel vrouwen, mannen als kinderen. Daar worden wij zo blij van. Je hebt niet veel nodig om je gelukkig te voelen.

Als we zitten te eten, naar we denken in de middle-of-nowhere, loopt er een vrouw langs de camper. Ze vraagt om drinken, we geven haar twee mandarijnen, dat is ook goed. Even later loopt ze langs met een bos takken op haar rug. Dan komt er een andere vrouw langs met takken op haar rug maar die heeft ook een ezeltje mee, het beestje bezwijkt zowat onder de vracht die hij op zijn rug heeft.

Wat is er nog meer leuk aan deze route. Je rijdt constant boven de vallei met daarin een rivier. Er stroomt nog behoorlijk water doorheen. En doordat er water is zijn er veel akkertjes, wat kleur geeft aan het landschap. Er is op dit moment niet zoveel activiteit op de akkertjes, het is groeiende en dan hoef je niet zoveel te doen. Als we hoger komen, boven de 1000m zijn daar ook weer de bloesembomen, altijd prachtig om te zien.

Het valt ons op dat er hier veel negroïde mensen wonen, heel Afrikaans. De vrouwen zijn allemaal heel kleurrijk gekleed, een lust voor het oog. Naarmate we hoger komen merken we dat de mensen armer zijn, vooral aan hun kleding. We nemen drie vrouwen mee voor een lift, ze hebben werkkleding aan, het is niet helemaal nieuw meer, zal ik maar zeggen.

Ze vinden het prachtig en genieten ervan. Zo’n 3km verder stappen ze uit, er is geen huis in de buurt, maar we begrijpen dat ze hier kruiden gaan snijden en zo. Even verderop zit er een andere vrouw langs de weg. Ze maakt een stopgebaar, dus dat doen we dan maar. Even later zit ze op de bank en is heel blij dat ze mee mag.

In een plaatsje geeft ze aan dat ze er uit wil. Ze verontschuldigd zich dat ze geen geld bij zich heeft, walu, ik heb niets. Maar dat hoeft ook helemaal niet wijffie, je mocht zo mee. Het hele dorp kijkt naar ons, wat moet deze camper hier. Maar als ze de vrouw uit zien stappen krijgen we lachende gezichten en gaat men verder waar men mee bezig was.

In de diepte zien we af en toe een voetbrug naar de overkant gaan, naar het een of andere dorp. Af en toe wordt er de was gedaan in de rivier. Het is wasdag vandaag want we zien overal kleurige vlekken in het landschap.

De dorpen bestaan voornamelijk uit lemen huizen maar je ziet ook betonnen huizen ertussen. De lemen huizen zijn heel leuk om te zien, het leven speelt zich veelal op het dak af. De was wordt er gedroogd, men zit in het zonnetje, er staat een koetje bij het huis, heel campestre.

We zien veelal de vrouwen het zware werk doen zoals het sjouwen met de takkenbossen. We zien drie jonge meisjes sjouwen met hele zware zakken, poeh, ga er maar aanstaan.

Naarmate we hoger komen worden de bergen kleurrijker, wat is het hier toch mooi. De camera draait overuren.

We rijden door een dorpje en dat gaat rustig aan vanwege zelf gemaakte drempels, en die zijn vaak venijnig. Bij zo’n drempel staan twee jongemannen naar ons te kijken. Co draait het raampje open en een van de mannen komt naar ons toe, hij spreekt Engels, that’s very nice. De andere jongeman vraagt of we thee willen drinken.

Dat willen we wel. We steken een ietsje achteruit en zetten de camper zoveel mogelijk aan de kant. We maken kennis met Hischam en Mohammed. We stappen het huis van de moeder van Mohammed binnen en zetten ons neer op de banken, kussens achter de rug. We kunnen zelfs een deken krijgen maar het is niet koud. Zeker niet als Mohammed het raam dichtdoet.

Er komt thee, met een beetje suiker erin, en grote suikerstukken op een schotel. Er is brood met echte boter en olijfolie. Even later komt mama binnen met een bord met iets lichtbruins er op. Hischam probeert uit te leggen wat het is en uiteindelijk begrijpen we dat het fijngemalen mais is. Het smaakt goed.

Hischam is de directeur van 6 scholen hier in de omgeving, hij heeft 560 kinderen onder zijn beheer. Zijn vrouw woont in Rabat, hij is afgelopen zomer met haar getrouwd. Hij gaat 1x per maand naar huis, het is 7 uur reizen hiervandaan. Vorige week heeft hij zijn vrouw ontmoet in Marrakech, dat is dichterbij. Hij praat goed Engels, en vindt het wel leuk om het weer te oefenen. Op een vraag van mij antwoord hij dat de gezinnen minder groot zijn als vroeger, nu heeft men 3 a 4 kinderen i.p.v. 6 a 7 kinderen.

Eerder in het verslag noemde ik het zware werk van de vrouwen maar we begrijpen van Hischam dat de mannen werken in Casablanca of Rabat en 1x per maand thuis komen, dat houdt in dat de vrouwen het werk thuis doen. Hischam is erg goed onderlegd en heeft een brede kennis. Hij wil heel graag de mensen positief beïnvloeden, middels NLP, en hij vindt dat dat heel goed gaat. De Marokkanen zijn vrij positief ingesteld vind hij zelf. Hij is ook erg goed op de hoogte over gezonde voeding en gezond leven. We zitten wel aardig op dezelfde lijn daarover.

Hij krijgt een telefoontje en verontschuldigd zich, loopt weg en stapt in Co zijn Marokkaanse sloffen, doei, haha. We wilden eigenlijk naar de camper gaan maar dat gaat nu even niet. Als hij terug is komt mama ook weer de kamer binnen met een dienblad, met daarop een groot bord met warme rijst met melk en 4 kommetjes.

We bedienen onszelf, en op advies van Hischam doen we er boter op en olijfolie, een prima combinatie. Daarna nog een kommetje rijst en dan wat extra melk erbij, het is smullen geblazen. We hoeven vanavond niet meer te eten. En ze blijven maar zeggen, mangez, mangez, eten, eten.

We hebben aan de mannen gevraagd of we hier ergens kunnen staan met de camper voor de nacht. Dat kan wel bij de school. Dat is terug van waar we gekomen zijn. Mohammed stapt bij ons in, en ik zet hem op de bijrijderstoel, dat vind hij wel leuk, hij glundert. Vooral als hij een paar vrienden tegenkomt.

Ver buiten het dorp is een plateau daar keren we om. Het landschap is prachtig, met mooie frisgroene akkers. We rijden door het dorp heen naar de school, maar dat vinden we te afgelegen liggen, dus gaan we terug naar het dorp, misschien is er daar toch ergens een plekje.

Bij terugkomst is er tussen twee huizen een rotsplateau, ongelijk en een hoge rand om van de weg af te rijden. Maar voorzichtig aan lukt het wel. Even later staan we. De mensen zijn nieuwsgierig en staan te kijken. We stappen naar buiten en geven Mohammed een paar broeken en een blouse, hij wil ze eerst niet aannemen maar als we zeggen dat het een cadeau is neemt hij het blij aan.

De mannen vragen of we een stukje door het dorp willen lopen, nou dat willen we wel, daar zijn we altijd wel voor in. We lopen een klein stukje de weg af en gaan dan tussen de huizen door naar beneden. In vroegere tijden woonden hier o.a. veel Joden, en men leefde heel vreedzaam naast elkaar, zoals het hoort. Ze zijn er niet meer, de huizen staan leeg.

Het is heel leuk om hier rond te lopen, de mensen zijn vriendelijk en zien er mooi uit. Men geniet van het laatste zonnetje, die nog lekker warm is. Hischam waarschuwt wel dat het hier heel koud kan zijn. Vorig jaar februari lag hier nog een meter sneeuw, nu hebben ze niets gehad. Als er zoveel sneeuw ligt zijn ze afgesloten van de buitenwereld en is er ook geen school. De kinderen moeten immers overal vandaan komen. De kinderen gaan hier van 7 tot 13 jaar naar school, daarna niet meer, er is geen vervoer om ze naar andere scholen te brengen.

De akkers staan er goed bij, de gewassen zijn aan het groeien. Er groeien hier veel crocussen, dat is voor de saffraan. De meeldraden, 3 stuks per bloem, worden geplukt en gedroogd. Je hebt heel veel bloemen nodig voor een beetje saffraan, daarom is het zo duur.

Als we terug zijn in de camper trekt het leven aan ons voorbij. We kijken uit op een voordeur van een huis. Kindertjes spelen op straat, er komt een groep goed uitziende ezels voorbij, twee jongemannen begroeten elkaar zeer hartelijk, er komt een omaatje langs, een meisje met een lege wasmand die later gevuld op haar rug weer langskomt en een van de ezels komt weer terug…. Jongetjes voetballen op straat. Er stapt een oude man naast het huis omhoog en even later komt hij terug met een lammetje onder zijn arm. En waar het lammetje is zijn ook de oudere schapen. Het verdwijnt allemaal door de deur naar binnen. Even later ook een ezel en nog wat andere mensen en kinderen.

De kinderen roepen constant bonjour maar als we niet reageren wordt het vanzelf minder. Af en toe tikt er iemand op onze deur, net zoiets als belletje trekken in Nederland. Maar het is niet vervelend.

De zon gaat weg maar het voetverkeer gaat gewoon verder, er komt nog heel wat volk langs. De mannen hebben dikke djellaba’s aangetrokken voor de kou. Even later zien we de lucht kleuren en is er weer een hele leuke dag voorbij.

Tegen 20uur is er een klop op de deur. Hischam zei eerder dat hij nog even langs zou komen om te kijken of alles okay is. We mochten ook bij hem in huis slapen, maar we gaan lekker in ons eigen bedje, ik denk dat het in onze camper warmer is als in zijn slaapkamer. Het is Mohammed, hij heeft een dienblad bij zich met daarop een grote kan, twee glaasjes en een bord met de gemalen mais. We bedanken hem hartelijk en we worden uitgenodigd om morgenochtend thee te komen drinken, Insj Allah. Ik kijk in de pot en zie hem voor de helft gevuld met warme melk, hoe lief toch. We drinken het lekker op.

Er is zowaar straatverlichting hier, af en toe zien we iemand voorbij lopen en om kwart over 9 horen we nog wat kinderstemmen. Het zal hier vannacht wel rustig zijn.

woensdag 16 januari: Tiourar, langs P1510, route Aoulouz-Agouim  –  Ait Benhaddou

Het was, zoals we verwacht hadden, een zeer koude nacht. Toen we wakker werden was het -1º. Onder het extra dekbed was het wel lekker hoor. Ondanks dat je dan in de bergen bent kwam er toch rond 4 uur een auto langs, en eentje om half 6. Als je dan pal aan de weg staat hoor je die wel langs gaan. Maar voor de rest was het oorverdovend stil. Tot 7 uur toen de imam begon te zingen.

Als de zon op het dorp begint te schijnen stappen we naar buiten, net als een aantal bewoners en kinderen, er komt weer leven in de brouwerij. Er is in het dorp een waterbassin, dat gevoed wordt door een van de vele watertjes die door het dorp lopen. Het water van het bassin heeft een dun laagje ijs.

De zon is al lekker warm. We lummelen wat rond en zien het dorp ontwaken. De muildieren komen van alle kanten naar het bassin gelopen en als ze er allemaal zijn gaan ze onder begeleiding het dorp uit, volgens Mohammed zijn er 25 muildieren, allemaal voor het werk op het land.

Mohammed heeft thee gezet en serveert het buiten in de tuin, naast de mesthoop, hoe landelijk. Papa doet toevallig een luik open en ziet ons op de boomstam zitten die er ligt. Het luik gaat even later weer open en er worden twee witte tuinstoelen door aangegeven, voor de gasten, sjoekran papa.

We nemen afscheid van Mohammed en het dorp en rijden om half 10 verder naar het noorden. Onderweg komen we een watertappunt tegen met helder bergwater. De gieters worden tevoorschijn gehaald en even later is de watertank weer vol. Naast het waterstroompje staat een graspol, de grassprietjes zijn helemaal omhuld met een dikke laag ijs, ontstaan door het spattende water.

Er is een omaatje aan komen lopen en die wil me erg graag iets vragen. Het is een omaatje die ik gisteren in het dorp begroet heb, ze pakt mijn hand vast en ik krijg hem bijna niet meer terug. Ze wil graag dat we thee komen drinken, maar we willen eigenlijk verder, we hebben vanmorgen al zoete thee gehad, een andere keer maar. Ze vindt het goed en laat mijn hand en ons gaan.

De rit gaat verder door een prachtig decor, het is net of je constant in een mooie ansichtkaart rijdt. Anders dan gister maar ook weer onwijs mooi. Wat een kleuren heeft Marokko.

Mensen zeggen wel eens, gaan jullie nu alweer naar Marokko. Co zegt: laten we de volgende keer vragen, vinden jullie de tulpenvelden ook zo mooi. Ja, die vinden wij mooi. Maar die vinden jullie toch elk jaar mooi. Nou dat vinden wij nu van Marokko, het is elke keer weer mooi. Vooral deze route Aoulouz-Agouim, die houden we er jaarlijks in.

De kleuren in de bergen zijn net als de kruidenbergjes in de souk, heel mooi om te zien, je raakt niet uitgekeken. Deze route is trouwens het mooiste om van zuid naar noord te rijden, vanwege het zonlicht dat je dan in de rug hebt, dan komen de kleuren nog beter tot hun recht. De weg is prima, behoudens een paar rivierdoorgangen, maar dien zijn prima te doen, rustig aan.

We komen aan op de N9, de weg van Ouarzazate naar Marrakech. We gaan richting Marrakech en gaan op een gegeven moment rechtsaf de P1506 op naar Telouet en Ait Benhaddou. Deze weg heeft een beetje van zijn charme verloren voor ons. Hij is geheel geasfalteerd, dat is voor de bewoners natuurlijk prachtig maar het is min of meer een snelweg geworden. Maar als je hem nog nooit gereden hebt, wel doen hoor, je rijdt door een mooie omgeving.

Het mooiste stuk zit vlak voor Telouet, wat een kleuren kom je daar weer tegen, rood, groen, geel, goud, zwart, oranje, het is er allemaal. Ook hier wordt in de rivier gewassen, wat zal dat een koude klus zijn.

We rijden door Ait Benhaddou heen naar camping Atlas View, onze eerste bezoek aan deze camping. Even later staan we geïnstalleerd en kunnen we  achter de camper redelijk uit de wind zitten in het zonnetje, het is 15,5º. We zijn de enige bezoekers.

We worden hartelijk welkom geheten door Josef, de patron. Hij heeft thee mee en geeft aan dat we ook kunnen eten, couscous of tajine. We bestellen een kleine tajine kefta voor 50DH, we bestellen hem voor 18uur. Tegen 19uur komt Josef hem brengen met een brood en een bord met fruit. Hij smaakt heerlijk en is lekker gekruid en precies genoeg voor ons.

We staan redelijk dicht bij de weg maar gaan er maar vanuit dat er ‘s nachts niet zoveel verkeer langs komt. Het hoogste punt vandaag was 2268m, we hebben 127km gereden.

donderdag 17 januari: Ait Benhaddou – Imi-N-Ifri

We zijn nog niet op de terug weg hoor, wel nee joh, we hadden zin om in de bergen te rijden.

Ondanks dat we dicht bij een drukke weg stonden was het ‘s nachts rustig, we hebben geen verkeer gehoord. Het was wel weer koud toen we op stonden, rond de 0º.

We doen rustig aan, we willen naar de camping in Skoura en dat is niet zo ver hier vandaan. Als ik af ga rekenen bij Josef is er een jongeman aanwezig, zijn zoon. Hij zegt dat het samen 170DH is. Ik kijk hem verbaasd aan. In de app van de NKC staat bij de reviews dat hier iemand ooit 350DH heeft moeten betalen voor overnachten en avondeten. Die man had niet van tevoren een prijs gevraagd voor het eten. Wij wel.

De kleine tajine was 50DH (en voor ons voldoende), een overnachting kost volgens de app 30DH en elektra 15DH, dat maakt samen 95DH. De jongeman spreekt Engels dus ik leg hem uit wat de kosten werkelijk zijn. Hij wil er eerst niet aan maar als ik de telefoon erbij heb gehaald en laat zien dat iedereen hier 30DH en 15DH betaald en ik hem vertel over het feit dat camperaars een review kunnen plaatsen draait hij bij. Zeker als hij hoort over de slechte review van een 1.

Ik noem op dat als de prijzen verhoogd zijn dat hij dat nu aan mij door kan geven dan kan ik het aan laten passen. Maar nee, hij wil graag dat wij een goede review schrijven en dan betalen wij 30DH en 15DH. Ik vraag; en als er vanavond nieuwe gasten komen, betalen die dan morgen ook weer een andere prijs als in de app vermeld staat? Nee, die betalen ook 30DH. Dus bij deze mensen, vraag van tevoren de prijs.

Josef stond er een beetje verloren bij, ik denk dat deze jongeman probeert om de boel te belazeren. Josef is hartstikke aardig en weet volgens ons niet eens wat zijn zoon uitvreet. Maar ons Frans is niet voldoende om dat aan hem uit te leggen.

We danken mama voor de lekkere tajine, geven Josef een hand en gaan verder met onze reis. In Ouarzazate gooien we de tank vol en ook onze portemonnee, die was er ook aan toe.

Onderweg besluiten we om toch al de route te gaan rijden die we voor morgen in gedachten hebben, en we zien wel waar we overnachten. Na Ouarzazate draaien we de R307 op naar Demnate. Deze route, Skoura-Demnate, hebben we vier jaar geleden andersom gereden, daar bedoel ik niet achterstevoren mee. Toen schreef ik het volgende over die dag:

Wat was het ‘skitterend’, allemachtig prachtig tot vloeken aan toe. De euforie duurde 140km van de 162km en de rest was matig, slecht, nog slechter tot bijna niet te doen. Je ziet het, van alles wat. Het ergste stuk was vlak voor de grens met de provincie Ouarzazate. Daar zijn door aardeverschuivingen (door de vele regen in december) ontzettend veel modder en stenen op de weg terecht gekomen met als gevolg diepe kuilen, dus hebben we met de achterkant van de camper twee keer de weg schoon geveegd.

We weten niet hoe de weg er nu bij ligt, vorig jaar konden we hem niet doen omdat er veel sneeuw op de route lag. Vanavond weten we meer. We gaan in ieder geval proberen zover mogelijk naar het noorden te rijden.

Het eerste stuk is een overbruggingsstuk om bij de bergen te komen, dat duurt 29km. Omdat we naar de bergen toe rijden heb je een leuk uitzicht. Links van ons staat een hoge paal die fel schittert in de zon, of hij straalt zelf licht uit, dat is niet te zien. We zien hem al als we in de stad rijden en ook nog als we al heel lang in de bergen rijden naar het noorden. Geen idee wat het voor een paal is en waar het voor dient.

Als je zo naar de bergen toe rijdt heb je niet het idee dat je op de vlakte al op hoogte rijdt, het is hier al zo’n slordige 1400 meters hoog. We slingeren direct naar nog hoger en zien allerlei kleuren in ons blikveld verschijnen, wat is het hier toch mooi. De Atlas heeft echt ons hart veroverd.

We komen een rood transportbusje tegen, er zullen er nog vele volgen vandaag. Ze rijden heen en weer tussen Demnate en Skoura en mensen kunnen op en af stappen, met of zonder goederen, een soort van Connexxion, zeg maar. We zien een man uitstappen en naar zijn huis beneden lopen. De hond ligt al kwispelend op hem te wachten. Hij woont in een prachtig decor.

Af en toe zien we herders met schapen en geiten, eerder kwamen we al de stallen tegen die tegen de hellingen aangebouwd zijn. Er zijn regelmatig vrouwen aan het sjouwen met takken en struiken, het zijn soms net wandelende bomen.

Net na de provinciegrens van Azilal en Ouarzazate wordt de weg slechter maar het is nog steeds te doen. Vier jaar geleden was dit een heikel punt waar we een paar keer met onze kont over de grond schraapte. Dit zal altijd wel een slecht punt blijven, je gaat door een kloof en er schuift bij elke regenbui heel veel aarde op de weg. Dit duurt ca. 11 kilometer. Het is niet aan een stuk door slecht hoor, er zitten gelukkig ook asfaltstukken tussen. Deze route moet je dan ook alleen rijden als het al dagen mooi weer is en het op de reisdag droog is.

Eerder zagen we in de valleien in de verte dorpen liggen, nu komen we er door heen. De mensen zwaaien vriendelijk terug. Er staan in het algemeen lemen huizen, de moskeeën zijn van beton. De bergen zijn af en toe net een schilderspalet, wat een kleuren. Je moet er zelf geweest zijn, het is bijna niet te beschrijven.

Naar het einde toe zijn er weer veel dorpen waar we doorheen rijden maar hier zijn de kinderen vervelend. Eerst zwaaien ze maar als ze merken dat je niet voor ze gaat stoppen veranderd hun gelaatsuitdrukking naar boos en wordt het zwaaien meer gebiedend. Als we een bocht naderen zie ik bij een huis verderop een moeder in actie komen, ze pakt ‘iets’ op en loopt naar boven naar de weg. Als we bij het huis aankomen staat er een kleine dreumes van 1,5 jaar lief te zwaaien. Co stopt en het jongetje weet niet wat hij nu moet. Co hoort zijn moeder, die wij niet zien, iets zeggen en het zwaaien veranderd in handje ophouden. We gaan maar weer verder, maar als de ouders dit aan hun kinderen leren……  Laat dit je er niet van  afhouden om deze route te rijden, het is maar een klein stukje in de hele rit.

Het laatste stuk zijn er wegwerkzaamheden. De weg wordt verbreed en opnieuw geasfalteerd, dat is wel nodig op dit deel van de route. We zijn van plan om in Imi-N-Ifri te overnachten in een straatje bij de natuurlijke brug. Vlak voor de plaats zien we een plateau met een gazen afrastering er omheen. Het is een werkplaats van de wegwerkers. Er lopen mensen buiten dus we draaien het terrein op en vragen of we hier mogen overnachten. Dat is geen probleem, de man vertelt dat hij hier de hele nacht is. Het zal zijn om de brandstof tank te bewaken waar alle vrachtwagens en bouwmachines komen tanken. We geven hem een broek, een blouse en twee koeken, hij blij, wij blij. De chauffeurs die komen tanken groeten vriendelijk.

We staan nog lekker in het zonnetje dus de camper warmt nog even verder op. Het zal wel weer een koude nacht worden.

Resume over deze dag en de route Skoura-Demnate. Wij vinden hem bijzonder mooi, vooral het landschap waar je doorheen rijdt, wat een kleuren en vormen heeft moeder natuur hier neergelegd, prachtig hoor. De weg was prima te doen, ook de 11 kilometer slecht wegdek, gewoon rustig aan. Maar nogmaals, rij deze route alleen met droog weer en ook dat het al een langere periode droog is. En het mooiste is van zuid naar noord. Vanwege de kleuren die je dan beter ziet en omdat het stuk naar het slechte gedeelte korter is als dat je dat van de noordkant benaderd. Als het echt slecht is heb je een kortere afstand terug te rijden.

Het hoogste punt van onze route lag op 2195m en het was overdag zo’n 14º.

De slechte weg rond de grens tussen de provincies Azilal en Ouarzazate is rond deze coordinaten: N31.34385 W6.91642

Hieronder kun je de foto’s van deze afgelopen periode groter bekijken, tevens staan er foto’s bij die niet in het verslag staan:

15-01: Taroudant, via Aoulouz naar Tiourar  –  16-01: Tiourar, via Telouet naar Ait Benhaddou   –  17-01: Ati Benhaddou naar Imi-N-Ifri

ga naar periode 10

terug naar overzicht