
Marokko 2018-2019 – periode 23: 11 maart – 14 maart
Maandag 11 maart: Ras Al Ain – Azrou
Het was een kl….nacht. Wat een hondengeblaf, het hield tot 4uur aan. Er zijn drie honden rond de boerderij, en die hadden vannacht een vergadering met de honden in de regio. Af en toe waren ze stil, en dan schoten ze weer vlak achter de camper langs om te gaan blaffen. En overdag zijn ze dan in diepe slaap. Vanmorgen liepen er twee puppy’s rond de camper.
We denken op tijd te kunnen gaan rijden, maar dan hebben we buiten papa gerekend. Als we de motor starten om de poten in te trekken, komt hij aanlopen. Wat doen jullie nou, we gaan toch wel samen ontbijten? Dat doen we hoor, wees maar niet gerust, haha.
Even later zitten we in de nette salon aan een lage tafel, met daarop brood, boter, olijfolie, een omelet en thee met en zonder suiker. Papa vraagt iets, maar hij praat alleen Arabisch, en dat verstaan we niet. Hij herhaalt het keer op keer, maar keer op keer begrijpen we het niet. Dan zeggen we maar; Insjallah, en hij barst in lachen uit en alles is goed.
Ik vraag of mama de boter zelf heeft gemaakt en maak de beweging zoals we die in Tafraoute hebben gezien van Gia. Die had de melk in een zak van dierenhuid en schudde die heen en weer. Dus ik maar die schudbeweging en ze moeten beiden lachen, zo van, ze weet hoe het werkt.
Er wordt gevraagd of we Hossein niet mee kunnen nemen naar Nederland, nee dat kan niet. Kunnen we dan een permit regelen voor Nederland, nee dat kunnen we ook niet. Ze kijken een beetje bedenkelijk, maar we blijven zeggen dat we dat niet kunnen regelen. Insjallah. Na het eten gaan we naar buiten, we moeten nog even bij de koe kijken, mama gaat hem melken. We mogen wat melk meenemen, dat laten we ons geen twee keer zeggen. Ik pak een paar bekertjes uit de camper en die worden door mama gevuld. Dan nemen we afscheid en gaan we echt op pad, bye bye. En ja, we komen volgende keer terug, Insjallah.

We vervolgen de P-weg en komen door Oulad m’Rah, en via de P3626 en N11 komen we door Khouribha, een bedrijvig stadje. De weg gaat over in de R312. Daar nemen we drie vrouwen mee, bepakt en bezakt met bagage. Ze zijn heel blij dat ze mee mogen rijden en zeggen wel 10x sjoekran bij het uitstappen. Ze zijn op familiebezoek geweest. Op de R312 zijn geasfalteerde zijstroken die voor de fietsers bestemd zijn, en er staat een fietsje opgeschilderd. Er staat ook nog een bord dat die twee zijstroken verboden zijn voor auto’s, kijk dat is nog eens goed geregeld.

We komen door Oued Zem en daar is markt, N32.870949, W6.571654. We moeten er omheen rijden want de straten zijn bezet door de mensen met hun koopwaar. Het is er gezellig druk. We parkeren de camper en gaan een kijkje nemen. We kopen sinaasappels, boter en melk. Als we weer in de camper zitten om weg te rijden komen er twee vrouwen bij het raam. Of we een kip willen kopen, een levende, en eieren. Ze lopen iet toevallig langs want als we lachend aangeven dat we geen kip hoeven lopen ze weer terug naar de markt. Ja, je kunt het altijd proberen.


We gaan weer landelijk rijden via de P3508. We rijden een paard en wagen voorbij en groeten door het raampje, salaam en lébes, dat vinden ze erg leuk. Even verder op zien we een uiltje op een elektrakabel zitten, dus stoppen we en stappen uit met de camera. Als de wagen langskomt stoppen ze en vragen ze waar we heen willen, rechtdoor.
Ze rijden een ietsje door en stoppen dan weer. De vrouw komt naar ons toegelopen en heeft 4 eitjes en een stukje brood, wat ze aan mij geeft. Wat een lieverds zeg, wat zijn de mensen toch gul en gastvrij. Ik bedank haar met een hug en twee zoenen. Even later rijden ze weer verder. Co heeft inmiddels de uiltjes, want het zijn er twee, vastgelegd op de gevoelige plaat. En een paar ibissen die langs de kant van de weg zitten.

Het is bijzonder groen hier in het noorden, en er zijn veel bloemetjes in bloei in de landerijen. Tussen het graan staan klaprozen en koolzaad. Verder over de P3531 naar Braksa. De P3533 naar Had Bouhssoussen en de R712 naar Aguelmous.

Onderweg stoppen we om te eten, het is de buurt van een paar huizen. Er komen kinderen aangelopen over het pad, maar als ze ons zien zitten stoppen ze en twijfelen of ze wel door zullen lopen, wat eng. We wuiven naar ze en voorzichtig komen ze dichterbij, het valt wel mee, die enge mensen.
Er komt nog een groepje en die durfen dus echt niet verder. Ik roep salaam en lébés en dan komen ze voetje voor voetje verder. Dit hebben we nog nooit meegemaakt, meestal is het juist andersom, en gaan we weg omdat ze brutaal worden.
Na het eten lopen we naar een paar vrouwen toe die op een afstandje al een tijdje staan te kijken. Een van de meisjes vlucht het huis in, jeetje is het zo erg, haha. We maken kennis met mama en haar dochters. Even later komt ook oma naar buiten, kijken wat dat lachen allemaal is. Ik krijg gelijk een hug en kussen van haar.
We lopen met mijn naamgenote, Maryam, naar de school. Er zijn jongens aan het voetballen en meisjes aan het spelen. Het ziet er allemaal keurig uit. Er is overblijflokaal waar de kinderen die van verder weg komen kunnen eten. Het eten wordt door de moeder van Maryam verzorgd. Terug bij het huis vragen ze of we thee willen en eten. Nee dankjewel, we hebben net gegeten. De vrouwen komen een kijkje nemen in de camper en zijn helemaal onder de indruk, wat mooi. En er is ook een douche en een toilet, te gek. We nemen afscheid en gaan weer verder.

De route was al leuk, maar na Aguelmous wordt het nog mooier. We hebben vandaag veel verschillende landschappen. Heel veel groen maar ook desolaat met warme kleuren.

Via een naamloze weg rijden we naar de N8. Maar daar zijn we nog niet want als we langs een huis rijden waar een paar vrouwen buiten zijn stoppen we om een praatje te maken. Er komt een man naar ons toe die Frans spreekt, Mohammed. Hij vraagt waar we naar toe gaan, naar Azrou, dan zijn we op de goede weg. Sjoekran.
Hij vraagt of we thee willen, dat willen we wel, dus gaan we parkeren. Even later zit ik naast mama en Co naast papa in de kamer, op een mooie bank met veel kussens. Voor de kamerdeur staat een zware pot met gebreide bloemen, ik bewonder ze en vraag of mama ze gemaakt heeft. Ze moet lachen, dat heeft een nicht gedaan. Ze pakt de pot en zegt cadeau, en geeft hem aan mij. Welnee joh, dat wil ik helemaal niet, dan blijft bovendien de deur niet meer openstaan, dus ik zet het terug. Mama vindt het allemaal wel leuk.
Er komt thee, zonder en met suiker op tafel. En we krijgen ieder 2 gekookte eitjes, weer erg lekker. Er is brood, pannenkoek, jam, een mengsel van pinda, chocolade en amandel, boter, olijven en koekjes. Mangez, mangez, eten, eten, jaja, we zijn druk bezig. Er komen meer vrouwen en kinderen binnen, allemaal handjes schudden en naar ons kijken. We zijn het intussen gewend en lachen vriendelijk terug.
Het is inmiddels 18.30uur dus we gaan verder. Nee, we blijven geen couscous eten, anders moeten we in het donker verder rijden. Er is zo direct geen plekje waar we kunnen staan. En we zijn bang dat het dan pas half 10 wordt voordat we eten. En met dit eten van net zitten we al aardig vol in de buik. Sjoekran en aurevoir. Tot volgend jaar, Insjallah. Op de valreep krijgen we de deurstopper mee, de pot met gebreide bloemen en mama heeft ook nog een pot met een levende plant voor mij. Nee, doe dat maar niet, dat is niet zo geschikt voor in de camper. De gebreide bloemen behoeven geen water. We krijgen ook nog een brood mee en twee pannenkoeken, onder een theedoek, mogen we helemaal houden, ook de doek.

We rijden in het ‘gouden uurtje’ en genieten van het mooie, warme licht in het landschap. Het is met recht goud, de hele dag is goud, we hebben weer zulke leuke ontmoetingen gehad en we bleven zwaaien en salaam roepen. Kregen ook veel lachjes en zwaaitjes terug van de mensen.

Tegen kwart voor 8 zijn we op camping Amazigh. Er is voor ons een groep van 8 Poolse motoristen gearriveerd. We zoeken ons een plekje en ik loop naar de gardien. Maar die is druk bezig met de motorrijders, hij komt straks wel naar de camper toe. Als het donker wordt zien we vleermuizen vliegen. Op het dak van het huis zitten ooievaars die we horen klepperen.
Het hoogste punt was …., het was 24,5º vandaag. We zijn er achter dat Insjallah een toverwoord is. Je kunt van alles beloven of beloofd krijgen en als je de Insjallah erachter aan zegt, is alles goed. Of het dan uitgevoerd gaat worden, als Allah/God het wil.

dinsdag 12 maart: Azrou – Oued Sebou
Het was een lekker temperatuurtje om te slapen, dat wel. Maar de buren van de camping hebben een hond, en die liet zich dus horen vannacht. Vervelend weer. Vooral in de bergen klinkt geluid altijd erg ver en fel.
De camping zelf is wel leuk gelegen, in een kersenboomgaard, de bomen beginnen uit te lopen, sommige dragen al bloesem. We pakken een douche, en die is heerlijk heet met veel water. De douche is hout gestookt.
Tegen half 10 gaan we rijden, richting Fes. We rijden binnendoor over kleine wegen. We starten op de N8 naar Ifrane en daar duiken we de P7048 en P7075 op naar Ain Taoujdate. Daarna komen we op de R716 en N6 naar Fes. In Fes bezoeken we de Marjane voor yoghurt en Franse kaas. We horen al tijden lang veel vogeltjes fluiten omdat we landelijk rijden, maar hier in de Marjane gaat het fluiten gewoon door. Hier vliegen veel vogeltjes rond omdat er losse granen te koop zijn vanuit grote bakken.
We rijden via de R5003, R501 en R506 naar het noorden. We rijden door een bijzonder mooi en groen landschap. Eerder heeft het hier veel geregend en dat levert weelderige landerijen op.
Maar dat is in sneltreinvaart onze dag, de dag zelf heeft veel meer gebracht, vooral veel gezelligheid en lachen, met lieve mensen.

In deze streek worden veel uien geteeld. Als ze volgroeid zijn worden ze opgeslagen. Men maakt van stenen een soort rug waar de uien opgelegd worden.Dan komt er hooi overheen en dan plastic. De lucht die door de stenen circuleert zorgt ervoor dat de uien goed blijven. Als ze aan verkoop toe zijn wordt het plastic en hooi eraf gehaald. Naast de stapel worden kisten neergezet en vrouwen en mannen zorgen dat de uien in kisten komen, het meeste loof wordt eraf gehaald en slechte uien worden apart gehouden. Het is een stoffig gebeuren. De vrouwen zijn goed ingepakt, ook hun gezicht. Alleen hun ogen zijn zichtbaar. De mannen tillen de zware kisten op de vrachtwagen, wat een zware lichamelijke arbeid voor allen.
De uien zijn van een gemeenschap/commune. Het werk wordt door de vrouwen van de commune gedaan en de opbrengst is voor de gehele commune. We nemen een kijkje bij de ‘oogst’. We merken dat men het leuk vindt dat we belangstelling hebben. We mogen een paar foto’s maken en we worden uitgenodigd om thee te drinken, het is pauze voor de harde werkers. Iedereen hier in Marokko heeft een telefoon. Er gaat een telefoon over van een vouw. Ze neemt op en duwt haar mobieltje in haar hoofddoek, nu belt ze in feite dus handsfree, ze gaat helemaal mee met haar tijd.
Er is thee, brood, olijfolie, grote rode tomaten en uiteraard ui. Ze pakken een half plat brood, maken dat open/hol. Doen er stukken tomaat en ui in, olijfolie erbij en een beetje zout. Er is ook smeerkaas. Ze laten het zich goed smaken. Wij delen mandarijnen uit, we hebben van hun mooie grote uien gekregen.

In de camper haal ik de mandarijnen op en doe ik er een zakje pinda’s bij. Als ik weer terug loop zie ik aan de overkant een vrouw bij een huis staan, ze houdt een fles melk omhoog. Die is voor mij, nou ja zeg, wat lief. Ik loop het pad op en neem de fles van haar aan en geef haar een hug. Het zakje pinda’s vindt hier een nieuwe eigenaar. Ik moet mee naar binnen om thee te drinken. Ik zeg met gebaren dat ik eerst naar de uienplaats ga en daarna terug kom. Dat is goed.
Na de thee nemen we afscheid en lopen naar de overkant. We mogen op stoeltjes plaats nemen maar de man en vrouw spreken alleen Arabisch. Eventjes later nemen we afscheid en gaan verder, we beloven om terug te komen als we een volgende keer in de buurt zijn langs komen en blijven slapen. We geven een dikke toeter, Co zwaait naar het echtpaar links, en ik zwaai rechts naar de uienrapers.

Nog geen 40 minuten later staat de camper geparkeerd op een erf en 10 minuutjes later drinken we een glas melk. Dat heb je als je stopt waar mensen zijn. Een man komt naar ons toe en vraagt waar we heen gaan, naar Fes. Dan rijden we goed, dat is fijn om te weten, haha. Of we thee willen. Uh, even nadenken, het is even na 12uur, laten we het maar doen.
Direct komen er een aantal vrouwen en kinderen naar ons toe. Vrouwen zijn altijd zo assertief, nieuwsgierig en erg vriendelijk. Er staan al twee stoelen klaar en Mohammed, de man die ons uitnodigde, gaat op de rotsen zitten. Hij praat genoeg Frans dat we met elkaar kunnen communiceren. Er komt een tafel en een kan met water en een glas.
Even later brengt Zikoun, de dochter van Mohammed drie glazen melk, vers van de koe. Als ze naar ons toe loopt met brood, neemt haar broer het over, hij wil ook zijn goede wil laten zien. Zikoun heeft zich omgekleed in een leuke jurk, dus maken we complimentjes. Ik ga mer haar op de foto en even later staat er een grote groep, we zijn zo net allemaal familie.
Mohammed vraagt ons adres en hij schrijft zijn adres op. Hij is zo geconcentreerd aan het schrijven dat als ik iets aan hem vraag, het nog twee keer moet herhalen. Uiteraard komt de vraag of we blijven slapen, maar we vinden het nog te vroeg en zeggen dat we een andere keer terug komen, Insjallah. En wederom kunnen we met dat woord toveren en accepteert hij dat we nu verder gaan. Maar wat zijn de Marokkanen toch gastvrij.

Het is op dit moment zo dat mensen geen lift aan ons vragen maar dat wij de mensen vragen of ze een lift willen. Het werkt niet altijd, dan zijn ze al bijna thuis, maar ze vinden het wel heel leuk dat we het vragen. Vandaag hebben we ook weer een paar keer mensen mee gehad. Sjoekran, het wordt zeer gewaardeerd.


De wegen zijn redelijk goed te noemen. De R506 kent veel verzakkingen, maar dan is het gewoon voorzichtig rijden. Maar het laatste uur is de weg slecht te noemen, vooral door de vele regenval, waardoor er veel water over de weg is gespoeld. Een auto rijdt ons voorbij als we even stoppen en zegt dat de weg verderop slecht is, dat is geen nieuws hoor, want hij is hier al slecht. Hij herhaalt het nogmaals, maar zo eigenwijs als we zijn rijden we verder.
En het gaat nog steeds goed. Dan is er een grote plas op de weg en rechts een diep spoor met water er in. Ik stap uit om te kijken, gooi een paar steentjes in de plas om te peilen hoe diep die is. Hij is niet diep. Er komt een Mercedes aanrijden en ik wijs op mijn ogen dat ik wil kijken hoe hij er doorheen rijdt. De man moet erg lachen, geeft gas en rijdt door de plas, piece of cake, appeltje eitje, de plas is inderdaad niet diep en met een harde ondergrond, pfffff.
Even verderop zien we een groot grasveld voor een café. We draaien het terrein op en Co vraagt binnen of we hier kunnen overnachten, dat mag. Als we geïnstalleerd zijn heeft iemand twee stoeltjes en een tafel neergezet, met daarop een fles met water en een glas. Even later is er ook thee, wat een hartelijk welkom.

Achter de camper zijn een paar meisjes met schapen. We schudden handjes en ik geef ze een mandarijn, sjoekran is het dan. Ze mogen even in de camper kijken en zijn heel verlegen. Als ze later naar huis gaan met hun schaapjes groeten ze vriendelijk, lief hoor. Er komen allemaal mensen op ezeltjes langs. Men komt water tappen en anderen komen thuis van de akkertjes, de ezeltjes dragen het groen. Een man maakt zijn ezeltje vast aan een boom naast de camper en gaat zelf naar het café. De ezel begint aan de voorraad op zijn rug, zo dat wordt al een stuk lichter om te dragen en het smaakt hem prima.
We zijn vandaag ontzettend veel vriendelijke mensen tegen gekomen en hebben heel wat gezwaaid. Het was dus weer ontzettend genieten hier.
hoogste punt 1685m, laagste punt 94m, temperatuur 32,5º. Het was vandaag een hete dag met weinig wind. ‘s Avonds om 22uur is het nog 20º en in het café is er nog volop reuring, men kijkt voetbal.


woensdag 13 maart: Oued Sebou – Bni Zoo
Het was tranquil hier, lekker stil. In het café werd gisteravond de voetbal nog even nabesproken, en daarna nagespeeld met de tafelvoetbal. Hier in Marokko drinken ze geen alcohol, is verboden. En je ziet hier dus dat het zonder alcohol ook erg gezellig kan zijn in het café.
We doen eventjes wat huishoudelijke dingen in de camper, tanken water, na het gevraagd te hebben en iemand de pomp heeft bediend, en gaan even 10 uur op pad.

Vandaag tarten we tot twee keer aan toe het wettelijk gezag, één keer bewust en één keer domweg omdat we niet konden vinden wat we moesten zoeken.
We vervolgen de R506, en gaan dan op de N8 richting Taounate. Maar we blijven ‘klein’ rijden via de R508, P5331, P5333 (slechte weg), P5318 en P5314,. Het landschap is afwisselend, zo ook de weg. Heel vaak goed maar er zitten lange stukken tussen met gaten, oplappingen en hoge rafelige randen. Maar dan gaan we langzamer rijden en hopen we dat de weg straks weer beter wordt.
We komen door een grote plaats, Tissa. Het is er druk op straat. Er is politiecontrole en we moeten naar de kant, eerst snappen we het gebaar niet en rijdt Co langzaam door. Maar dan ziet hij in zijn spiegel de agent die net de fluit naar zijn mond wil doen, dus zetten we de camper aan de kant. De agent gebaart voor ons uit dat daar een markt gaande is en dat we er niet langs kunnen, we moeten terug.
Dat willen we niet, want we willen tussen de landerijen rijden en niet over de N-weg. We zeggen dat we de markt willen bezoeken en verderop gaan parkeren. Hij kijkt een beetje bedenkelijk maar laat ons gaan.
We komen bij de markt en die is bijzonder druk. Maar we hebben al eerder door drukke markten gereden, over veel smallere straten dan deze, dus we gooien ons letterlijk en figuurlijk in het feestgedruis.
Voor ons uit rijdt een grote vrachtwagen met muildieren in zijn laadbak, de koppen steken er bovenuit. Een man wijst naar de vrachtauto, kijkt ondeugend en gebaart, gauw er achteraan, dat laten we ons geen tweede keer zeggen.
Verderop staat het vast, er zijn veel auto’s en mensen onderweg. Een man loopt voor onze camper langs, gebaart naar boven, naar Allah, en gaat het verkeer regelen, even later rijden we langzaam verder achter de muildierenauto aan. De mensen lachen en maken plaats. Aan het einde van de markt rijdt de vrachtwagen een terrein op en wij het open landschap in. Ik zeg, zullen we even terug rijden naar de politieagent om te zeggen dat het wel kan, over een markt rijden met een camper. haha

Een aantal kilometers verderop komen we juist volgepropte auto’s tegen, met mensen op het dak, we komen dus straks weer door een markt. En ja hoor, in een grotere plaats, Ain Mediouna, is souk. Maar we hoeven er niet dwars doorheen, ons padje gaat de andere kant op.

We waren eigenlijk van plan om naar het oosten te rijden en dan meer noordelijk door het Rifgebergte weer naar het westen. Rond 13 april moeten we weer thuis zijn en we willen io de terugweg een weekje te skien dus hebben we uitgerekend wanneer we ongeveer terug moeten gaan. De 22e maart is de uitreisdatum volgens onze visa. Eerst wilden we langer blijven, verlengen via in- en uitrijden van Ceuta, maar we hebben besloten om rond de 22e terug te varen naar Spanje.
Dus besluiten we om nu noordelijk te gaan rijden i.p.v. verder naar het oosten. Maar hoe noordelijker we komen, worden de mensen stugger en meer gesloten, er wordt niet meer terug gelachen en gezwaaid. het voelt een beetje ongemakkelijk. We weten wel dat iedereen anders is en reageert, maar toch. We veranderen wederom ons plan en rijden via de N8 door Taounate zuidelijker en dan naar het westen.

Na Taounate wordt gelijk het landschap meer open en ook de mensen. Hier voelen we ons ‘thuis’. Rond 17uur gaan we op zoek naar een slaapplek en vinden die langs een weg die onderhanden genomen wordt, het is er stoffig maar de auto’s rijden er rustig.

We zien een groepje huizen met ruimte rond het huis. Een man en meisje komen aangelopen en we leggen uit wat we graag zouden willen, hier parkeren voor de nacht. De man vindt het duidelijk leuk en gebaart om zijn erf op te komen. We rijden helemaal naar achteren toe en krijgen een plekje toegewezen voor een paar huisjes.
Even later zitten we bij de madre-de-familias, oftewel oma, op de thee. Er lopen meer vrouwen en meisjes rond die de oudere mevrouw voorzien van waar ze om vraagt. Ze heeft vier dochters en vier zonen, die allemaal elders in Marokko hun domicilie hebben gevonden. De landerijen rondom haar huis en over de rivier heen zijn van haar en haar man, die nu nog met de geiten en schapen onderweg is. Mama karnt zelf de boter, maar dat doet ze niet handmatig (schuddend), zoals op vele plekken in Marokko, maar met een elektrisch apparaat. Ze laat het ons zien. Gemak dient de mens.
Terug bij de camper stappen we binnen bij een kleindochter die daar woont. Er wordt een tafeltje voor ons neergezet en ze gaat naar de keuken. Ik loop er naar toe en vertel haar dat we al thee hebben gedronken en brood hebben gegeten. Ze begrijpt het en zet het vuur uit. Even later brengt ze sinaasappels en banaantjes. Ze zijn zo gastvrij hier en daar hoort eten en drinken bij. Sjoekran.

Om 19.15uur stopt er een politieauto op het erf. Ik pak de paspoorten, het zal wel voor controle zijn. Maar nee, ze zeggen dat we hier niet mogen blijven staan, vanwege de veiligheid. We moeten, 15km, terug naar Taounate, en daar een slaapplek zoeken bij een hotel. We zeggen dat we morgen naar Chefchaouen gaan en nu niet naar Taounate, het wordt zometeen donker.
Ze overleggen en wij hopen dat we hier kunnen blijven, het begint al te schemeren. Maar de agent is onverbiddelijk, we moeten weg. Onze paspoorten worden gefotografeerd (wat redelijk normaal is hier) en we kunnen in het volgende dorp bij een service station staan, de Winxo, daar zijn camera’s en bewaking.
Het is niet anders, we nemen afscheid van de familie en gaan op pad. In het dorp vragen we aan diverse mensen naar de Winxo en een man wijst ‘rechtdoor’ en dan aan de linkerkant. Maar we vinden geen Winxo. Wel een onverharde weg een dorp in. We gaan er in en keren verderop om. Een man komt naar ons toe en we vragen of we ergens kunnen staan voor de nacht.
We rijden achter hem aan en hij gebaart naar de kant van de weg, tegenover zijn huis. Het is inmiddels bijna donker, dus we gaan zo krap mogelijk staan, zodat er personenauto’s langs kunnen. Geen Winxo, maar eigenlijk vinden we dit veel leuker. Maar we hebben echt gezocht hoor, eerlijk waar, jullie zijn er getuigen van.
We worden uitgenodigd om binnen te komen om te eten. Het is papa Amin, mama Fatiha, dochter Mazda en zoon Karim. Karim spreekt Engels, dat heeft hij gestudeerd aan de Universiteit van Fes. We eten mee en praten gezellig met de familie, via Karim. Dan willen we opstaan om naar de ‘caravana’ te gaan. Maar ze willen perse dat we blijven slapen, in huis. We houden vol en lopen terug naar de camper, tot morgen, en slaap allemaal lekker.

Hoogste punt 652m. laagste punt 116m, het werd rond de 26º. We hebben twee keer lifters meegenomen. De eerste was een oudere man, hij zat op een steentje langs de weg. Toen hij uitstapte zag ik dat er allemaal rommeltjes aan de achterkant van zijn djellaba kleefde. Een volgende keer sla ik met een mattenklopper eerst maar de achterkanten af denk ik. Zie je het mij al doen? haha.

donderdag 14 maart: Bni Zoo – Chefchaouen
We hebben gisteren alleen bij de buren honden gehoord, vannacht hebben ze zich koest gehouden. We doen rustig aan, want bij het huis van Amin en Fatiha is het nog rustig. Als we tegen 9 uur de ramen van de camper aan het schoonmaken zijn komt Amin naar ons toegelopen. Hij vraagt of we binnen komen om te ontbijten. Dat hadden we gisteravond afgesproken.
Als we de woonkamer binnen willen stappen houdt Amin ons tegen, we mogen in twee stoeltjes gaan zitten in de patio, naast de deur naar de woonkamer. Een beetje vreemd vinden we het wel, want het is best wel een beetje fris buiten. Even later komt de aap uit de mouw, Mezda lag nog te slapen op de bank in de woonkamer, dat is dus haar slaapkamer. Ze wrijft nog in haar ogen, sorry hoor meis, dat je er zo vroeg al uit moet.
Ik loop even terug naar de camper, daar haal ik een fotoboekje op met daarin foto’s van mijn moeder en mijn familie, om te laten zien. Als ik terug kom roept Amin mij. Fatiha is iets in olie aan het bakken, een soort ronde koeken.
We laten de foto’s zien, ze vinden ze wel mooi. Het zal voor hun een vreemd gezicht zijn, de vrouwen zonder hoofdbedekking. Ze vinden de foto’s mooi. Het ontbijt komt op tafel en is uitgebreid en lekker. De koeken die Fatiha aan het bakken was zijn eierkoeken. Een combinatie van geklutste eieren en graan, ze smaken heerlijk. Er zijn pannenkoeken, gebakken door Mezda, olijfolie, boter, jam en thee.
We hebben cadeau’s meegebracht, een lange broek voor Amin en Karim en voor Mezda en Fatiha een mooie ketting uit Tafraoute. Ze zijn er blij mee. We lopen de tuin in, waar papa de koeien en schapen uit de stal haalt. Een van de koeien begint te plassen en een schaap staat er met open bek onder, het op te vangen. Alles wordt weer gebruikt, zal ik maar zeggen.

Na het eten lopen ze mee naar onze camper om een kijkje te nemen, ze vinden het heel erg zjwiena, mooi. We mogen nog niet weg want mama heeft ook nog een cadeau voor ons. Karim overhandigd een tasje met daarin drie potten met olijven, zwarte en groene. Mama, heel erg bedankt, we zullen ze met smaak opeten. Vlak voordat we wegrijden geeft Karim een cadeautje aan Co, een flesje met een luchtje. Het is allemaal niet nodig maar we weten dat het vanuit het hart komt. Sjoekran. Een toeter en we zijn weer en-route.
Het is mistig, daarom was het vanmorgen best wel fris. We rijden een stukje terug naar het dorp waar we gisteren doorheen zijn gereden. Er is een politiecontrole. Oh je, als nu maar niet de agent dienst heeft die ons gisteren naar de Winxo heeft gestuurd. We mogen doorrijden, pfffff.
Als we op de rotonde rechtsaf slaan komen we na ca. 1km de Winxo tegen, oh hier is het. Echt waar hoor, we hadden gisteren goed geluisterd naar de route beschrijving. Maar we zijn wel blij dat we het niet hebben kunnen vinden. haha.
We rijden op de P5304 en dat is een brede piste. In het hele dorp zijn de wegen op de schop, het is een grote stofbende. Maar het kan alleen maar beter worden als het asfalteren helemaal gedaan is. De piste is goed te rijden, beter dan een asfaltweg met gaten. Later wordt het asfalt en we rijden boven de wolken zo de zon in. Het dal hang vol met grote wolken, een mooi gezicht.

De route is onwijs mooi, met vergezichten en heel veel groen van de akkertjes. Er zijn veel mensen langs de weg en bij de huizen en ze groeten allemaal vriendelijk terug. Er is zelfs een man die ‘I love you’ roept en een man die handkusjes geeft, daar kun je toch alleen maar vrolijk van worden?
We draaien de R419 op. Tja, wat zal ik over die weg zeggen. Hij was goed, redelijk, minder redelijk, slecht tot een ‘kl…weg’ aan toe, maar we rijden hem zo weer in zijn geheel nog een keer. Want de omgeving en de mensen maken heel veel goed. En ze zijn er nog hoor, verlegen kindertjes. We komen ze hier tegen. Ze durven bijna niet te groeten. Wat is dat nou voor een vreemde auto, met vreemd uitziende mensen erin.



We zijn vandaag in de overgang geraakt, de overgang van Frans naar Spaans. Als we zitten te eten komen er een paar jongetjes aanlopen. Ze staan eerst te kijken maar durven dan toch iets te vragen. We verstaan het niet, echt niet. Even later komen ze terug en hebben ze een paar Dirham in hun handen. Oh, ze willen Dirhams. Ze krijgen ze niet maar het is wel een ludieke manier om duidelijk te maken wat ze bedoelen. Op de markt doen ze dat ook wel eens. De mensen die alleen Arabisch spreken, laten dan zien wat je betalen moet. Soms maken we dan een gebaar om het geld aan te nemen en zeggen dan sjoekran. Dat levert vaak hilariteit op.
De gehuchtjes rijgen zich aaneen, de huizen hebben allemaal golfplaten daken, sommige in de originele kleur grijs, maar heel veel zijn bruin van de roest. Achter een rieten omheining zien we een vrouwtje achter een ezel lopen, de ezel zit vast aan een molensteen. We stoppen en gaan een kijkje nemen.
Hier woont Achmed met zijn zus, zijn vrouw ligt in Rabat in het ziekenhuis met een geperforeerde darm, oei dat is niet best. En Rabat is een giga afstand hier vandaan. Een broer van Achmed is met haar mee.
We zien het procédé van olijfolie maken. De geplukte olijven liggen in een betonnen bak waarin een molensteen rechtop staat. Een ezel loopt met een balk de molensteen rond, altijd hetzelfde rondje, nooit andersom. De ezel heeft aan de kant van de molensteen een stoel op zijn oog, oh nee, het is een stukje karton, ik was even in de war. Het is een soort oogklep.
Co neemt het ‘stuur’ over van de zus van Achmed en krijgt ook nog zo’n mooie gekleurde strooien hoed op. Achmed vindt het duidelijk leuk. Hij spreekt goed Frans, dat is wel prettig. De olijven worden geperst. Daarna worden ze in touwen zakken gedaan. De zakken worden gestapeld onder een pers. De pers wordt aangedraaid en de olie wordt opgevangen in een bak. Er zit ook nog een bak naast waar pulp in zit, maar we weten eigenlijk niet wat dat is. Want in de zakken zit droog materiaal wat ze er uit laten vallen op een grote hoop. Het is droog en je ziet de pitjes van de olijven zitten.

Ondertussen is er nog meer familie aan komen lopen, vrouwen en meisjes en 1 jongen. De jongen helpt Achmed met de pers en het legen van de zakken met de pulp. Achmed ging net een pijpje stoppen maar als hij ziet dat ik de jongen film komt hij ook in actie. Je kunt zien dat hij het leuk vindt dat we bij hem komen kijken. Achmed vertelt dat een van de meisjes over 4 maanden gaat trouwen. Ik kijk haar aan, volgens ons is ze nog maar een jaar of 16. Zal het echt trouwen zijn of vieren ze dan het feit dat ze uitgehuwelijkt wordt, beloofd wordt zeg maar.
We laten de camper zien aan de vrouwen en meisjes maar Achmed komt ook even kijken. Het is een vrolijk mannetje met een ondeugend gezichtje. We zitten klaar om weg te rijden maar moeten nog even wachten. Achmed wil ons graag wat olijfolie meegeven, of we een fles hebben. Ik pak een klikbeker maar dat vindt hij te weinig, we krijgen een 1/2 liter van hem. Ze hebben zelf wel een fles, en even later hebben we een liter olijfolie. Jeetje, dat is veel te veel, we willen hem er voor betalen maar hij wil er niet van weten, het is een cadeau. We geven maar een zak mandarijnen aan hem en bedenken later onderweg dat we wel een lange broek hadden kunnen geven, maar dan zijn we te laat. Wat een lieverd zeg.

Terwijl we op de olijfolie stonden te wachten, stond de zus van Achmed aan mijn kant in haar eentje. Ze vroeg aan mij of ze met ons mee mag naar Nederland. Ik kan alleen maar met mijn hoofd schudden. Ze heeft hier een beetje een uitzichtloos bestaan, de hele dag achter de ezel aanlopen bij de molensteen, ik heb met haar te doen. Het is een eenvoudige vrouw maar ze wil graag meer uit het leven halen, begrijpelijk.

We gaan weer verder over de R419, die volgen we gedurende vele kilometers. De kleding van de vrouwen wordt weer met de mooie rood met wit gestreepte schorten en strooien hoeden met gekleurde pompoenen erop.

Via de N2 en de R412 rijden we naar Chefchaouen. Daar is het markt en we parkeren de camper op een parking in de stad. Hier hebben we vorig jaar ook gestaan. Nu gaan we de nacht hier door brengen, dat kost 30DH. We hebben gelijk goed contact met de gardien, Abdullah. We krijgen een plekje achterop het terrein.

We lopen naar de medina waar de souk is. Dat is altijd een kleurrijk gebeuren, met veel ‘kleine’ boeren en boerinnen van buuten. De boertjes zitten met hun groenten, kippen, eieren, melk en boter langs een steile weg naar boven, of naar beneden net van welke kant je komt.


Daar we zaterdag naar de markt in Oued Laou gaan, kopen we nu niets, we genieten alleen van de sfeer van deze markt en zijn mensen. Daarna lopen we terug naar de parking en gaan lekker in het zonnetje zitten. We bekijken het komen en gaan van auto’s en mensen. het is waarschijnlijk extra druk vanwege de markt.
Hoogste punt vandaag: 836m, temperatuur 28º. We hebben enorm genoten van deze rit door het Rifgebergte, met veel vriendelijke mensen en kinderen langs de weg. Een leuke ontmoeting met Achmed en zijn olijf perserij, wat een bijzonder gebeuren.

Hieronder kun je de foto’s van deze afgelopen periode groter bekijken, tevens staan er foto’s bij die niet in het verslag staan:
11-09: Ras Al Ain naar Azrou – 12-03: Azrou naar Oued Sebou – 13-03: Oued Sebou naar Bni Zoo – 14-03: Bni Zoo naar Chefchaouen
ga naar periode 24
terug naar overzicht