2017 Mexico 15 t/m 18 februari

Canada/USA/Mexico 2016/2017  –  periode 60:  15 februari  –  18 februari

woensdag 15 februari – Punta Mita – La Manzanilla


De nacht is ons alles meegevallen, buiten de warmte was er niet zoveel reuring rond de camper. We zijn vroeg op en rijden dan ook al op tijd weg. Eerst langs Nuevo Vallarta waar een Walmart is, we hebben weer een voorraadje yoghurt nodig en wat andere spulletjes. Dan rijden we door Puerto Vallarta en de drukte valt erg mee.

We volgen de MEX200 die zuidelijk langs de kust gaat. De weg slingert door de jungle en we stijgen zelfs nog tot zo’n 775meter hoogte, daar keken we van op, we hadden er tijdens de rit niet zoveel erg in maar de gps gaf het ‘s avonds aan. Het is hele stukken mooi groen maar dan ook weer erg dor.

We rijden zo’n 3,5 uur en komen dan aan in Punta Perula, daar is Hotelito en RV park El Palmer, dit is een camping van een Nederlander Rudi genaamd. Hij woont daar samen met zijn Mexicaanse vrouw Rosalinde. Deze camping staat in iOverlander en het leek ons wel leuk om hier te heen te gaan.

Onderweg er naar toe wordt er druk aan de weg gewerkt, althans tussen de pauzes door. Tijdens zo’n pauze wordt er gerust in de schaduw, gelijk hebben ze, de zon is warm. Een man ligt in zijn kruiwagen, helemaal buiten westen, ondanks het langsrazende verkeer. Wat wel vervelend is is dat er een lang stuk ontzettend veel grind ligt. Elke keer als we een vrachtwagen tegemoet rijden houden we de adem in voor steentjes op het raam. Het gaat goed en toch nog onverwacht, door een gewone auto, hebben we er weer een dikke steenslag plek bij, gelukkig tot nu toe nog niet direct in ons zicht.

Als we aankomen bij de camping zetten we onze auto buiten de poort, eerst maar eens kijken binnen het hek want we zien dat er wat bouw werkzaamheden zijn op het terrein. We lopen het terrein op en worden welkom geheten door Rosalinde. We stellen ons voor en zien Rudi zitten en zeggen goedemiddag. Hij kijkt gelijk blij op en antwoord in het Nederlands terug.

Hij is al zo’n 50 jaar weg uit Nederland en woont nu zo’n 17 jaar in Mexico waar hij samen met zijn vrouw deze camping en hotel heeft. Maar de camping is sinds een paar jaar niet meer in gebruik. Ze kregen te weinig klanten en voor die paar camperaars die nog komen is de licentie te duur dus hebben ze besloten om alleen het hotel te runnen. Dus dat houdt in dat wij verder moeten zoeken.

Maar eerst krijgen we een glaasje kokoswater, van eigen kokosnoten, lekker hoor. We zitten gezellig te kletsen, althans, Rudi en Rosalinde praten en wij luisteren. Wat een spraakwatervallen zeg, we krijgen er bijna geen woord tussen.

Dan nemen we afscheid want het is inmiddels 3uur en we willen nog een plek zoeken. Er zijn in het dorp nog een paar campings maar die vinden we te duur. We rijden verder en vinden via iOverlander een andere plek, bij ene Alejandro maar als we daar aankomen is er een hek dat aangeeft dat het een community is, dus geen camping meer.

We gaan weer verder en komen uiteindelijk in La Manzanilla aan waar een zandpad langs het strand loopt waar diverse campings zijn. Eenvoudige terreinen met of zonder douche en toilet. We hebben camping Don Gabi uitgezocht en worden er welkom geheten door een Canadees stel dat net het terrein af gaat met hun brommer om boodschappen te doen.

Als we staan komt er een ander Canadees stel op fietsen het terrein op, Carmen en Penny. Carmen (een hij) stapt af en even later staan we gezellig te praten. Ze hebben al een groot deel van de wereld bereisd en ze staan nu voor het eerst van hun leven lang op één plek, al vanaf oktober hier. Dan hoor ik een vogel schreeuwen en kijk om, zitten er twee spechten tegen de boom achter de camper. Een kruipt er in het holletje wat in de boom zit. Carmen zegt dat hij zijn camera gaat pakken want hij is een vogelaar en wil dit niet missen. Wij ook niet, dus even later staat de specht op de foto. Hij heeft een kleurig koppie, mooi hoor.

Dan lopen we naar het strand en zitten lekker in het zonnetje onze thee te drinken. Bij de camping hoort een grote palapa waar stoelen en tafels onderstaan en er hangen hangmatten. Die zijn van de camperaars die hier langer staan maar mogen we gebruiken.

We zien een echtpaar met 4 kinderen op het strand en Co zegt, volgens mij hebben wij ze ontmoet en gesproken bij de hotsprings in Durango. Ik stap op ze af en ja hoor het zijn dezelfde mensen. En het grappige is dat wij ze op een idee hebben gebracht. Wij vertelden toen dat we een maand naar huis gingen en onze camper in de storage gingen doen.

Zij komen uit Quebec, Canada en dat is zo’n 5000 a 6000km rijden. Nu zetten ze hun camper in Cancun in de storage en vliegen naar huis om de volgende winter weer terug naar Mexico te komen. Wie zijn gemak niet zoekt is lui, toch?

Volgens Carmen gaat de zon tegen 7uur onder. Hij heeft het bijgehouden, op de kortste dag ging de zon om half 6 onder en nu, 15 februari om 7 uur. En ja hoor, rond 7 uur begint de lucht te kleuren en daarmee ook het water wat het prachtig reflecteert. Ik sta met de pootjes in het water de zonsondergang te fotograferen en het water is heerlijk warm. De pelikanen zijn ook weer van de partij en plonsen regelmatig in het water om hun maaltje bij elkaar te scharrelen. Zelf eten we vandaag later dan normaal, om 8uur schuiven we aan tafel en het smaakt allemaal weer erg lekker.

De rest van de foto’s vind je op de aparte fotopagina bij woensdag 15 februari.

Donderdag 16 februari – La Manzanilla

Vannacht was het een prima temperatuur om te slapen, het koelde lekker af, het voordeel van aan de kust staan. Vandaag overdag is het heerlijk weer met een lekker windje erbij.

Onze buurman vertelde dat op het kerkhofje vlakbij er veel vogeltjes zijn, dus Co er op aan. Maar het was al te laat in de ochtend, de vogels waren gevlogen, letterlijk en figuurlijk.

Vanmorgen bakken we brood dus ik kon niet mee, ga morgen even kijken op het kerkhof. Na de middag wandelen we een stuk op het strand, er zijn diverse steltlopers. Normaal gaan ze aan de loop als je aan komt lopen maar deze vogels zijn gewend aan mensen want ze gaan rustig door met speuren naar voedsel.

Als we terug komen bij de camper trekken we onze kleren aan om naar het dorp te lopen. Niet dat we naakt liepen, wat denk je wel, nee we liepen in bikini en zwembroek.

We gaan kijken bij de krokodillen, je kunt er zelf rondlopen voor 25 pesos, je loopt dan over een boardwalk. Maar je kunt ook met een boot mee, de lagune in, er schijnen ook veel vogels voor te komen. Het kost 400 pesos per persoon en we kunnen om 17.30uur mee. Dat doen we, eigenlijk moeten we de helft alvast aanbetalen maar we hebben geen geld meegenomen, dus mogen we straks alles in een keer betalen.

We lopen nog even door het dorp, de metropool, zo noemde Carmen het later. Het is er zeer rustig, morgen is er markt op het plein voor de kerk. Over het strand lopen we terug naar de camper. In de verte zien we heel veel vogels, o.a. pelikanen. Ze zijn behoorlijk aan het duiken dus er zit veel vis. De andere kleinere vogels vliegen elke keer met de pelikanen mee, in de hoop op een klein hapje. Het blijft een koddig gezicht als ze elke keer met een plof in het water belanden.

We zitten nog even lekker te praten met Carmen en Penny, onder de palapa met de benen in de zon. Het is gewoon heerlijk weer, met een beetje wind, onze natuurlijk airco zegt Penny.

Om 17uur zet ik nog twee broden klaar voor later en dan lopen we naar de krokodillen. Vanmiddag zagen we er eentje in de zon op de kant. De boot ligt klaar en als de andere vier mensen er zijn steken we van wal. Onze gids zorgt er met een peddel voor dat we door het water glijden zonder lawaai te maken, ludiek.

Er zijn veel vogels, veel ibissen, reigers, aalscholvers maar ook wat soorten die we niet kennen. We hebben een verrekijker gekregen en een kaart met afbeeldingen en namen van de vogels die hier voor komen.

We varen door de mangrove bossen en de gids vertelt er veel over, in het Engels. De mangrove zorgt, middels een ingenieus systeem, ervoor dat er balans blijft in het brakke water tussen zoet en zout. Af en toe zien we een krokodil, of onder de bomen of dat ze over steken. Maar meer krijgen we er niet van te zien, ze komen pas ‘s avonds en ‘s nachts in actie.

Tegen kwart over zeven zijn we terug, net op tijd om de broodjes in de oven te doen, want ze zijn er aan toe. We gaan lekker eten en daarna foto’s en filmpjes kijken van onze tocht over het water, het was leuk om te doen.

De rest van de foto’s vind je op de aparte fotopagina bij donderdag 16 februari.

vrijdag 17 februari – La Manzanilla – Maruata

Wederom hadden we een goede nacht, we waren helemaal laat op voor ons doen, half 8 pas, we worden nog lui. Co ligt er nog in, ik ga op stap met de camera, naar het kerkhof.

Het is een eenvoudig kerkhof en naar mijn gevoel worden niet alle graven meer bijgehouden. Er vliegen wat vogeltjes rond, het is een vredige plek.

Ik loop over het strand weer terug naar de camper. Daar aangekomen zie ik de specht weer aan de palmboom hangen, bij het holletje. Het is een fotogeniek beestje.

De camper is op slot, de vogel is gevlogen. Terwijl ik over het strand terug liep is Co over de weg naar het kerkhof gelopen, hij riep me nog maar ik heb hem niet gehoord, waarschijnlijk door de branding van de oceaan.

Ik voeg me bij Co en geniet van de vogeltjes die nu af en aan vliegen. Ik laat Co alleen en ga de ochtend opstarten vwb drinken en eten. Even later is Co terug en laad ik de foto’s voor hem in. Hij heeft mooie plaatjes gemaakt, wat een kleurige vogeltjes, om blij van te worden.

Co laat ze aan Carmen zien en die komt met Co mee terug om op de kaart een route te laten zien. Al met al rijden we pas tegen half 11 weg. Carmen zei: Als ik er niet voor 8 uur uit hoef te zijn waarom zou ik dan eerder op staan? Zo ook hebben wij de tijd genomen maar nu moeten we toch echt weg. We hebben ruim 250 km te rijden en dat gaat op deze wegen niet zo snel.

De route is weer leuk te noemen, erg groen, daar houden wij wel van. Er is veel verbouw van bananen- en kokosbomen, het is wel tropisch te noemen hier. We komen door allerlei plaatsjes en op het einde van de route komen we door indianen dorpjes, de mensen groeten vriendelijk terug en zien er erg aardig uit. In sommige dorpen zijn er veel palapa’s met hangmatten waar allemaal mensen in liggen.

Af en toe hebben we een mooi uitzicht op de kust, de ene keer op kliffen en de andere keer op oneindige stranden, mooi hoor. Dan komen we aan in Maruata, een klein plaatsje met een camperplek bij een restaurant. TomTom laat ons de toeristische route nemen, een smal zandpad, hobbel-de-hobbel-de-hobbel. Later zien we dat je er gewoon via de dorpsstraat ook kon komen.

We staan nu bij Bruno, tegen een kleine helling opgereden staan we voor zijn restaurant met uitzicht op zee. Er zijn flinke golven en het geluid van de branding is luid.

We pakken de stoelen uit de camper en gaan lekker onder de palapa in de schaduw zitten en genieten van het uitzicht. Er zijn een aantal planksurfers bezig in het water. Maar de golven zijn niet hoog genoeg voor ze.

Om 19uur gaan we eten in het restaurant, we kiezen de garnalen in knoflook gebakken. Er komen patatjes bij, met zeezout en rauwkost. De rauwkost is hhhhhheet te noemen, echt heet, maar wel lekker. In de camper eten we nog een bak yoghurt.

Dan gaan we op zoek naar internet, want we hebben sinds maandag al geen internet meer gehad, de mensen zullen wel denken, waar zitten ze, gaat alles wel goed. Ja hoor, alles gaat prima. Maar in dit deel van Mexico is het internet niet zoveel aanwezig. We gaan maar eens een TelCel kaartje aanschaffen voor de nodige verbinding, kunnen we gebruiken voor email, whatsapp en messenger.

De rest van de foto’s vind je op de aparte fotopagina bij vrijdag 17 februari.

zaterdag 18 februari – Maruata – La Saladita

Het is al vroeg warm, om half 9 is het al 26º. En het was een onrustige nacht, tot laat in de avond zaten ze bij het buurcafé te praten en te lachen en je hoorde heel erg de branding. Het strand loopt hier heel steil af en dan slaan de grote golven er op stuk. Dus voor ons geen plek om lang te blijven.

We rijden dus al op tijd weg. We rijden al een tijdje te slingeren over de kustweg, wij slingeren niet hoor maar de weg. En het is een beetje saai te noemen. Het is wel mooi groen maar veel van hetzelfde. Dus we stoppen voor een thee pauze en pakken de kaart van Mexico er bij om te kijken hoe we onze route gaan vervolgen.

Een optie is bij Lázaro Cárdenas weg van de kust de bergen in maar dan rijden we eigenlijk weer een gedeelte wat we al gereden hebben toen we van Mexico City naar Puerto Vallarta gingen. We besluiten om onze weg langs de kust te vervolgen en pas bij Acapulco de bergen in te gaan richting Oaxaca (spreek uit: Waggaka).

Op een gegeven moment wordt de weg wat meer snelweg en kunnen we wat kilometers maken. Af en toe houdt dat op en wordt het weer ‘klein’ en rijden we door kleine dorpjes, met natuurlijk de nodige topes. Gelukkig weten we ze nu aardig te herkennen, maar het blijft opletten geblazen. Want soms staan ze helemaal niet aangegeven en hebben ze dezelfde kleur als de weg. Soms staat het bord zo’n 10 meter van de weg af en soms staat er een bord en is er geen tope, vast gedaan door grapjassen.

We zien weer veel bananenbomen en kokospalmen, en af en toe een papaya kwekerij. Het is echt jungle-achtig met veel weelderig groen en hangplanten. Er is al het een en ander aan het bloeien met mooie felle kleuren.

En dan opeens komen we vanuit een gebied met golfplaten daken zomaar in een grote stad en zien we een bord met over 2 km een Walmart. We hebben een paar dingetjes nodig die we in de kleinere winkels niet kunnen kopen dus er op af. Daar is ook een Starbucks, McDonalds en meer. Co stapt bij een ‘Red Hot’ binnen (een soort McDonalds) en vraagt naar het wachtwoord voor het internet. Dat krijgt hij en zo kunnen we na 5 dagen radiostilte eindelijk de site bijwerken, krantjes ophalen van de hele week en alle emails lezen en beantwoorden, fijn weer. Maar wat een contrast zo, tussen het platteland en de grote stad.

Dan komen we aan in La Saladita, daar zijn bij het strand 2 camperplekken en een camping. We komen uiteindelijk op een andere plek dan deze drie. Het is bij restaurant Jacqueline, achter het gebouw is een plek waar we voor 100 pesos kunnen overnachten. Het lijkt ons wel een leuke plek.

We lopen 15 meter en staan op het strand met een mooi uitzicht naar alle kanten. We lopen gelijk het water in want we voelen ons plakkerig, het was vandaag weer erg warm, zo’n 35º. Het water is heerlijk, zo’n 27º dus we zijn effe lekker aan het dobberen.

Co pakt daarna een paar gieters water en vult de watertank en even later hebben we lekker gedoucht en voelen we ons weer fris en fruitig. Als we willen gaan eten en een pot soep pakken komen we er achter dat die wel erg gemakkelijk open gaat, verdorie die is bedorven. Als ik de dozen naloop blijkt dat er van de 23 potten 9 potten niet goed dicht zijn, gelukkig niet allemaal. Het zal allemaal wel te maken hebben met het feit dat we op grote hoogte hebben geweckt. Dit hebben we nog niet eerder aan de hand gehad, maar daar leren we weer van.

Vlak voor de camper staat een hond aan een ketting, volgens mij komt-ie nooit los en hij krijgt ook niet zoveel aandacht. Het water in de bak begint al een beetje groen te worden. Als we in de buurt komen begint-ie hevig te kwispelen maar we durven niet te dicht bij te komen, we weten immers niet of-ie voor de ‘waak’ is of niet, waarschijnlijk wel en dan zijn ze meestal niet om aan te halen, jammer.

‘s Avonds koelt het toch wel af in de camper en we slapen met een van de dakluiken open, dan is het wel te doen.

De rest van de foto’s vind je op de aparte fotopagina bij zaterdag 18 februari.

Ga naar periode 61

terug naar overzicht