2016 USA 4 t/m 7 september

USA/Canada/Mexico 2016/2017  –  periode 27:  4 september – 7 september

zondag 4 september – Swartz Bay (Vancouver Island/Canada) – Lawrence (USA)


Niemand heeft ons gewekt en gevraagd om weg te gaan en het was een bijzonder rustige plaats, we waren er blij mee. Om 7 uur vanmorgen zijn we weg gereden en we waren dus vrij snel bij de ticket terminal van de haven. Even voor 8 uur konden we de boot op en even later stak de boot van wal, zo snel kan het gaan. Er waren maar weinig mensen aan boord.

Het was mooi weer maar eenmaal varende was de wind erg koud. We hebben geen dolfijnen of walvissen kunnen spotten en de overtocht was erg rustig. Dat hebben we tot nu toe wel goed getroffen, tijdens elke ferry tocht waren het water en weer heelrijk rustig.

In Langley hebben we nog wat boodschappen gedaan, daar kwamen we Daryl tegen, dus we hebben even afscheid genomen van hem. Op de parking hebben we gekeken welke route we willen gaan rijden naar Glacier National Park in de staat Montana. Dat kan via Canada vlak boven de grens met de USA of in de USA zelf. Co heeft in NL voor onze reis een atlas gekocht en daarin zien we dat als je in de USA tegen de Canadese grens blijft je ook door de bergen gaat. We kiezen voor de route in het uiterste noorden van de USA.

Dus gingen we vandaag de grens over naar de USA in het plaatsje Aldergrove. We moesten stoppen voor en stopbord, daar werd onze kentekenplaat gefotografeerd. Er kwam een officier naar buiten die ons streng gebaarde verder te komen. Bij het kantoortje heette hij ons welkom en hij vroeg wat voor avonturen we vandaag hadden meegemaakt. Kijk, dat begint goed.

Hij was bijzonder goed gemutst en ik denk dat we de eerste Nederlandse campers zijn die deze grenspost passeren. Hij moest tenminste helemaal bellen wat hij aanmoest met ‘NL’. Alle auto’s in Canada en USA hebben op hun kentekenplaat twee letters staan van de staat waarin ze wonen, maar NL komt in deze twee landen niet voor. Terwijl hij op een telefoontje terug wachtte stelde hij de gebruikelijke vragen: wapens, alcohol, sigaretten, kadootjes vanuit Canada. Ik gooide er nog een ‘we hebben fruit mee’ tussendoor maar daar was geen belangstelling voor.

We kregen onze paspoorten terug en mochten verder. Ik ben toen uitgestapt om Hannie en Nanda te helpen, moest de ‘gebruikelijke vragen’ even vertalen maar wist het antwoord natuurlijk al. Hij vertelde ook nog dat we straks door het plaatsje Lynden rijden en dat dat veel Nederlanders herbergt. We kunnen er poffertjes en oliebollen eten maar niet vandaag. Het is zondag en het is een gereformeerde geloofsgemeenschap dus is alles gesloten.

Ik zei tegen hem dat ik het geweldig vindt dat hij zo vriendelijk en vrolijk is, dat we dat lang niet altijd meemaakten bij een grenspost. Hij heette ons alsnog welkom en wenste ons een fijne reis in de USA.

Het verschil met Canada: weinig bomen en we kunnen TomTom op kronkelen zetten daar er meer wegen zijn. Er wonen hier meer mensen in dit gebied dus zijn er meer wegen om tussen te kiezen.

We rijden door agrarisch gebied en de weg slingert zich voort, we vinden het wel leuk hier. Rond 15uur stoppen we bij een Lutherse kerk op de parking om thee te drinken. We zitten lekker in het zonnetje en besluiten om hier te overnachten, achter de kerk. We doen twee potjes Keezen, West-Friesland tegen Maarssen, 1-1, we hebben weer een hoop lol samen.

Tegen etenstijd loopt Co nog even het doodlopende weggetje in om te kijken of we daar kunnen staan en ik zet het eten alvast op. Het duurt maar en duurt maar voordat hij terug komt, zal wel weer aan het kletsen zijn. Dat moet je wel bijhouden trouwens anders verleer je het nog. Co komt gelukkig toch weer terug en heeft een plastic beker mee met mooie bloemen er in. Gekregen van de mevrouw waar hij mee heeft staan praten, gezellig hoor.

Na het eten parkeren we de campers achter de kerk, hebben we misschien wat minder erg in het verkeer. Even later stopt er een auto en er stapt een mevrouw uit. Co loopt naar buiten om toestemming te vragen. Ze praten even samen en zij geeft aan dat zij niet beslist. Ze gaat even bellen en zegt dat er hier een paar aardige Hollanders zijn die rondreizen door de USA en hier willen overnachten met hun camper. Nou geen probleem hoor, we zijn welkom en er wordt ons een goede nacht gewenst. Aardige lui die Amerikanen.

We hebben er zin in om Amerika te verkennen en de nationale parken te bezoeken. We denken dat dit een heel ander land zal zijn als Canada, v.w.b. de natuur maar ook de mensen. We gaan het zien en beleven. We gaan een nieuw avontuur tegemoet.

Maar wat vonden wij van Canada en Alaska?
In het begin was Canada koud en nat, dat was aan de oostkust. Het is daar wel mooi maar op een gegeven moment verlangden we naar de zon op onze huid. Canada heeft heel veel bomen, die moeten er wel zijn want het zijn de longen van de aarde maar op een gegeven moment kun je geen boom meer zien. We hebben er heel veel vriendelijke mensen ontmoet en gesproken. Heel veel hebben een connectie met NL, in de vorm van familie die daar woont, of ze zijn zelf Nederlands of van origine of ze zijn er op vakantie geweest.

Als we ergens stonden werden we vaak aangesproken, waar komen jullie vandaan en hoe heb je in hemelsnaam die campers hier gekregen. Men was zeer belangstellend en geinteresseerd.

Het wildlife vonden we GEWELDIG. We hebben veel beren gezien, adelaars, kariboes, mooses, diverse vogels, herten, elanden, eekhoorns, walvissen, otters, zeehonden, zeeleeuwen, vossen etc.

We hebben hier probleemloos vrij gestaan waarbij we zelf de plekken gevonden hebben via o.a. Maps.me, iOverlander en Allstays Camp&RV en een paar keer via de reizensite van Ton en Anneke.

De wegen in Canada waren over het algemeen wel goed, op wegwerkzaamheden daargelaten, dan was het gravel. In Alaska vielen de wegen ons in het algemeen tegen, de Hwy’s daargelaten.

Wat wij als prettig ervaren hebben is op kruispunten het ‘4-way’ stopbord. Wie het eerste komt mag als eerste weer wegrijden. En bij stoplichten mag je als je rechtsaf wilt altijd je weg vervolgen, mits je het verkeer dat groen licht heeft voorrang geeft. Dit komt de doorstroming ten goede.

We hadden een Nationale Parken pas maar die hebben we niet ten volle benut. Dit komt omdat er simpel weg niet zoveel parken zijn en de entree is niet al te hoog. De parken in de USA zijn veel duurder en er zijn er veel meer dus die zal zeker niet bekocht zijn.

Bij elke overgang naar een andere staat was er een visitor centre die je graag informatie meegaf in de vorm van folders etc. Ook was er vaak goede wifi waar je gratis gebruik van mocht maken. Ook bij diverse bibliotheken was er gratis en goed internet en je mocht er zolang blijven zitten als je wilde.

Bij heel veel Walmart supermarkten mag je overnachten met je camper en ze hebben gratis wifi.

Alaska had een mooie natuur, ook wel veel bomen maar je had ook de kust en dat is altijd mooi. Wel waren de temperaturen aan de kust lager en het weer was ook onbestendiger dan in het binnenland en in Canada.

Kortom, in Canada en Alaska waren voor het eerst maar zeker niet voor het laatst.

maandag 5 september – Lawrence (USA) – Winthrop

Vanmorgen kwam de pastor langs, Pastor John en hij heette ons hartelijk welkom in zijn gemeente. Hij was heel vriendelijk en gaf ons zelfs het wachtwoord voor de wifi. Konden we gelijk even FaceTimen met het thuisfront.

In het volgende dorp deden we nog even boodschappen bij een IGA supermarkt maar de schappen waren behoorlijk leeg. Tegen 10.30uur reden we pas echt weg. Onderweg kwamen we nog een rommelmarkt tegen, even de auto’s langs de kant en effe snuffelen. Ze hadden leuke vogelhuisjes, Wilfried en Ria, ik heb helaas niets meegenomen, anders moeten we het zolang bewaren.

We gaan in Newhalem langs bij het info centre voor het North Cascade National Park. We zien een filmpje van 8 minuten over de beren in het park. De aantallen Grizzlies zijn gedurende de afgelopen decennia behoorlijk minder geworden, er zijn nog wel veel zwarte beren in het park. Niet dat we ze zien hoor.

Tijdens onze rit door het park, over de Hwy 20 die zo’n 28mijl het park doorkruist, stoppen we af en toe bij een mooi uitzicht. Er zijn drie meren die allen een stuwdam hebben, samen zorgen ze voor de stroomvoorziening voor Seattle. Het zijn gletsjermeren dus ze hebben groen/blauw water.

Na het park stoppen we bij ‘Washington overlook’, het is een prachtig uitzicht een vallei in die geflankeerd wordt door hoge steile bergen.

En dan opeens is daar een zwarte beer die de weg over wil steken, altijd leuk dus even in de rem, dit is de 25e beer die we zien. Hij rent de weg over en duikt tussen de bomen. Wij duiken het weggetje op naast die bomen en even later komt-ie het weggetje op lopen. Doordat we de motor uit hebben gedaan loopt-ie rustig verder, hij kijkt nog wel eventjes naar ons maar vindt het niet storend.

We rijden door naar Winthrop en slaan linksaf richting het visitor centre, dat hier volgens Maps.me moet zitten. Maar we komen uit bij een Ranger station. Er staan zo’n 40 witte ranger auto’s geparkeerd maar voor de rest is er niemand te zien. We gaan hier eten en zien dan wel verder. Maar er komt niemand, het zal wel komen door Labour Day, iedereen is natuurlijk vrij en is lekker thuis. We besluiten om hier te blijven slapen.

dinsdag 6 september – Winthrop – Chilliwack

Vanmorgen nemen wij afscheid van Hannie en Nanda. Oei, schrik maar niet hoor het is maar voor twee dagen. Afgelopen zondag hebben wij in Langley een extra fotocamera gekocht voor als we gaan wandelen (straks in de Nationale Parken), dan hoeven we niet de zware spiegelreflex mee te nemen. Gister overdag hebben we een aantal foto’s gemaakt met die camera en die waren prima. Toen ik ze had ingeladen in de computer en het geheugenkaartje terug plaatste om te formatteren deed de camera helemaal niets meer. Ook niet nadat we de batterij nog een keertje hadden opgeladen. Vanmorgen hebben we besloten om terug te rijden naar de fotozaak in Langley en een oplossing te vragen van dit probleem. Hannie en Nanda rijden rustig aan verder en morgen zullen we elkaar weer ontmoeten in Colville.

Om 8uur rijden we weg, niemand heeft er een probleem van gemaakt dat we hier vannacht gestaan hebben. De zon schijnt prachtig op de bergen, zo vroeg heb je altijd van dat warme licht.

We zijn 1,5uur onderweg en opeens klinkt er veel lawaai en begint de camper te hobbelen. We stoppen midden op de weg en ik loop om de camper heen maar kan zo niets ontdekken, geen lekke band of zo en de steunen zijn ingetrokken, want het klonk net alsof een van de poten omlaag gekomen was en over de weg sleepte. Co trekt rustig op maar het geluid blijft. Ik doe de zijdeur open en kijk nog eens waar het geluid vandaan komt. Nu zie ik dat de achterband niet zo erg lekker rond loopt.

We rijden voorzichtig naar een plek waar we de weg af kunnen, even later staan we op een klein stukje vlak naast de weg. We stappen uit en zien dat de buitenkant van de band compleet eraf is, de band is aan gort maar niet lek. Wat zijn we ook nu weer blij met onze stelpoten. Al snel staat de rechterkant van de camper met de banden vrij van de grond. Co haalt de band er af en dan zien we dat de rest van de band vastgeslagen is achter de band. Hij kan het met veel moeite los krijgen.

Tijdens andere reizen hadden we nooit een reserveband mee maar nu gelukkig wel, blij dat we dat gedaan hebben. Binnen no-time heeft Co de reserve band erom heen, de moeren weer vast en kunnen we weer rijden.

Maar als we rijden hoor je toch nog een tikkend geluid. Dus weer aan de kant en Co gaat op zijn rug onder de camper kijken. De houder van de remkabel is verbogen, door het stuk band wat er tussen geklemd zat. Dus weer op de poten, wiel eraf en het verbogen stuk rechtslaan. De remkabel met ti-rips vastgezet, wiel er weer op en rustig weer optrekken. Gelukkig geen vreemde geluiden meer. We zijn een uur verder. Ik heb ondertussen op de uitkijk gestaan voor beren want we stonden dicht langs allerlei struiken. We hebben maar even muziek aangezet voor wat lawaai.

We komen weer langs het Diablo Lake en het is net theepauze. Als we over het meer uitkijken is het prachtig stil water, dus een spiegelmeertje. Daar houden wij wel van he? De camera ook.

We gaan natuurlijk weer de grens over en dit keer treffen we weer een vriendelijke officier. Hij is heel belangstellend en vergeet helemaal zijn normale vragen te stellen, we zijn er zo door.

We komen aan in Langley en in de fotozaak maken ze er totaal geen probleem van, we krijgen excuses en ze vinden het vervelend voor ons. In een ander filiaal ligt er nog zo’n camera, een half uurtje noordelijker in Coquitlam. Daar zijn we tegen half 6 en 10 minuten later sta ik weer buiten met een werkende camera. Nog even naar de Walmart en bij de kassa geef ik geld maar dat zijn dus Amerikaanse dollars, die had ik al in de portemonnee zitten. Dan maar met plastic geld.

Nu nog weer even terug naar Hannie en Nanda, we hebben contact gehad via Messenger en ze genieten lekker van het zonnetje en de dorpjes waar ze door rijden. Wij nemen nu een andere route dan vanmorgen, anders rijden we 3x langs het zelfde stuk. We rijden nu eerst een heel stuk oostelijk door Canada en gaan dan de grens over naar de USA.

Rond 19uur stoppen we in Chilliwack bij de VVV om te internetten en via ‘kaarten’ van Apple een plekje te zoeken voor de nacht. Dat vinden we dus straks rijden we daar naar toe.

woensdag 7 september – Chilliwack (Can) – Colville (USA)

We zijn vroeg wakker en rijden terug naar de VVV om te internetten, te douchen en vers water in te nemen tegenover de VVV bij het sanistation. Tegen 8uur rijden we verder. Eerst met veel regen en als start temperatuur 10º.

Maar gaandeweg knapt het weer op en met theetijd schijnt de zon. Terwijl we pauze houden ziet Co een buizerd in een boom zitten. Ik loop wat dichterbij en dan vliegt-ie weg, Co pakt hem mooi in de vlucht. Hij gaat verderop zitten dus daar rijden we nog even naar toe. Terwijl Co zich bezig houdt met de buizerd fotografeer ik wat bloemetjes.

Daarna rijden we door een mooi omgeving, het is er wel erg droog, het brandgevaar is hier nog ‘high’. De temperatuur loopt op tot 27º maar later loopt het terug naar 22º. We rijden tot zo’n 1758meter hoogte, daar is het 17º, dus het veranderde nogal eens vandaag.

In Keremeos is het in de vallei een en al fruit kwekerijen en heel veel fruit kramen langs de weg, soms complete winkels. Het is hier heel vruchtbaar kennelijk.

Bij Osoyoos (lijkt wel een beetje op Oôs Joos, mensen uit Westfriesland weten wel wat ik bedoel) gaan we de grens over naar de USA. Er staat een strenge jonge officier op ons te wachten, zonnebril op. Dat vind ik altijd vervelend als mensen een zonnebril op hebben, je kunt de ogen niet zien. Hij stelt de gebruikelijke vragen maar wat nieuw is is de vraag of alles op slot is. Ja alles buitenom is op slot. Of we nog fruit mee hebben, ja een paar appels. En Vlees, nee dat hebben we niet.

Daarna moeten we iets verder rijden en achter een andere camper stoppen voor controle van de camper. Uit de andere camper stapt een vrouwelijke officier, die een stukje vriendelijker kijkt. Ze stap bij ons naar binnen en vraagt of we fruit bij ons hebben, ja, een paar appels en aardbeien. Waar de appels vandaan komen, uit Canada mevrouw. Zeker weten, ja hoor zeker weten. De koelkast moet open en daar ziet ze ook nog een zakje kiwi’s, oh ja die hadden we ook nog. Ze kijkt op het zakje en ziet dat ze uit Nieuw Zeeland komen. Dat mogen we dus niet meenemen. Ze neemt ze mee, wij vinden het een beetje een vreemde manier van winkelen. Voor de rest is alles goed en ze vertrekt, wij mogen verder. We vinden het wel vreemd hoor, die kiwi’s zijn geïmporteerd in Canada waar wij ze gekocht hebben en dan mag je ze niet meenemen naar de USA, hoe krom.

In de USA is het weer mijlen en diesel tank je in gallons (= 3,8liter) en uiteraard betalen we met Amerikaanse dollars. We hebben voorin de auto een lijstje hangen met een omreken tabel voor mijlen-kilometers en feet-centimeters. Kan nog wel eens handig zijn, ook voor de hoogte van bruggen waar je onderdoor moet.

We rijden door het plaatsje Republic, het ziet er wel grappig uit, een beetje wild west achtig maar we moeten nog een stukkie verder dus we rijden door. Het is vandaag een lange rit, we hebben uiteindelijk 503km op de teller en dat door bergachtig terrein, het is een lange dag.

In Colville treffen we Hannie en Nanda aan op de parking van de Walmart. We doen wat inkopen en rijden na het eten weg naar een parking bij een school. Bij de Walmart is het voor ons veel te druk, wat een lawaai van de weg er naast en van de houthandel verderop.

Overigens kocht ik bij een supermarkt naast de Walmart nog een zakje kiwi’s, laten dat nu precies dezelfde zijn als die bij de grens in beslag genomen zijn, snap jij het nog?

ga naar periode 28

terug naar overzicht