
USA/Canada/Mexico 2016/2017 – periode 24: 23 augustus – 26 augustus
dinsdag 23 augustus – Langley – Sooke
Vanmorgen nemen we afscheid van Daryl, Larry en Leta. Thanks for your hospitality and kindness, we liked it very much to stay those days on your property. It was a nice resting place after three months of traveling.
En nu zijn we dus weer en-route, ook weer leuk. We rijden eerst naar Surrey naar de Gardens of Gethsemani. Het is een begraafplaats, ome Co en tante Vera liggen daar begraven. Co is vernoemd naar deze oom. Ome Co is overleden in 1984 op 63 jarige leeftijd, tante Vera in 2006 op 86 jarige leeftijd.
Het waren bijna buren toen ze elkaar leerden kennen. Toen ome Co naar Canada emigreerde ging tante Vera nog niet met hem mee, ze bleef achter om voor haar vader te zorgen. Toen die was overleden is ze ome Co achterna gereisd en zijn ze getrouwd en in Richmond gaan wonen. Ze zijn altijd kinderloos gebleven. Tante Vera heeft nog diverse keren NL bezocht. Het was fijn om dit graf te kunnen bezoeken, zeker omdat je er zo dichtbij bent. Coördinaten van het graf: N49º03’33.5”, W122º47’08.1”

We rijden verder naar Tsawwassan en kunnen vrijwel direct de ferry oprijden die naar Vancouver Island gaat. We hadden niet gereserveerd maar dat was geen probleem. Wij betaalden voor onze camper incl. 2 personen CAN$ 100,80 voor een enkele reis. Het is een leuk tochtje, we varen langs diverse eilanden voor de kust van Vancouver Island. Helaas zien we geen wildlife.

We komen aan in Swartz Bay en rijden door naar Saanich bij Victoria om boodschappen te doen bij de Walmart. Victoria bewaren we voor later, gisteren zijn we al in een stad geweest, nu even wat anders. We hadden TomTom op ‘kronkelen’ ingesteld en die nam gelijk zijn kans waar. We hebben gekronkeld over een smalle, kronkelige weg door een bos. We moesten regelmatig even stoppen om de vele auto’s achter ons door te laten, wat wel gewaardeerd werd.
Het ziet ontzettend droog op het eiland, veel tuinen met bruin gras. Langs de weg geven de borden aan dat het brand/vuur gevaar ‘extreme’ is, dat wil ik wel geloven. Dit zijn we nog niet eerder tegen gekomen, dat het gevaar voor brand zo hoog is.
We gaan verder naar Sooke en vinden daar een plaatsje met uitzicht op het water. We zien vlak voor de camper een hertje lopen, later blijkt dat er hier zo’n 6 hertjes ‘wonen’, die zien we dan ook.
Er is ook een leuk vogeltje, Quail, genaamd. Je hebt papa en mama Quail en ca. 10 jonkies. Papa staat op uitzicht en mama en de rest scharrelen tussen de beplanting op zoek naar eten. We gaan nog even bramen plukken bij het water, struiken vol staan er, lekker hoor.

Terug bij de camper zien we dus de andere hertjes en gaan we nog even spelen met de telescoop en camera’s. Dan hoor ik: your far away from home. Yes we are. We raken aan de praat met een van de bewoners van het gebouw waar we voor staan. Even later zitten hij en zijn vrouw, Liam en Lisa, bij ons in de camper. Ze zijn ook enthousiaste fotografen dus genoeg om over te praten. Hij vertelt ook nog wat over een paar plaatsen op het eiland die we zeker moeten bezoeken.

‘s Avonds hebben we een aparte zonsondergang, het licht verspreidt zich in een soort stralen, mooi om te zien. Of het een rustige nacht wordt zal blijken, de weg loopt achter ons langs, wel wat hoger gelegen.

woensdag 24 augustus – Sooke – Port Renfrew
Vanmorgen eerste even internetten, chatten met T-mobile maar dat wil niet lukken, een te lange wachtrij en de accu van mijn laptop is bijna leeg. Later maar weer.

We rijden dus vrij laat weg. Eerst gaan we de potholes bekijken in Sooke. We hebben geen idee wat we er ons bij voor moeten stellen. Het blijkt een canyon te zijn met natuurlijk gevormde bassins middels uitslijting van het water. Ze worden gebruikt door de bevolking als ‘zwembad’. Er zijn een paar mensen beneden in de diepte. Ze liggen te zonnen en zijn aan het zwemmen.
Op de parking treffen we twee oudere mannen aan. Ze zitten aan een picknicktafel en een van de mannen is van oorsprong Nederlands. Hij spreekt nog een klein beetje NL maar is al heel lang terug geëmigreerd. Hij verstaat en spreekt het nog wel maar kan het niet meer lezen.
We willen ook nog naar een klein mijndorpje nog verder de weg op maar de weg wordt gravel. En het is erg droog dus ook erg stoffig. Het mijndorpje wordt niet door ons bezocht deze keer.

We gaan op weg naar Port Renfrew. De route valt ons niet helemaal mee. Volgens de kaart rijden we regelmatig langs het water maar op de kaart staat niet aangegeven dat er veel bomen tussen de weg en het water staan. We krijgen er niet veel van mee.
Dan is er een parkeerplaats links van de weg met uitzicht over het water. Daar pauzeren we voor een paar uurtjes. We zetelen ons in onze stoeltjes met de voeten op een boomstam en hebben onze verrekijkers en de telescoop bij de hand.
In de verte zien we vier orka’s zwemmen. Ik zie ze zelfs twee keer flink boven het water uitspringen, als ze landen spatten ze flink water op. Dan zwemt er een grote walvis de andere kant op en dichterbij zien we twee dolfijntjes.
Verder zijn er heel veel meeuwen dichtbij op de kant. Het is eb en eventjes uit de kant ligt er zand, we gaan pootje baden. Er ligt een stuk zeewier wat ik gebruik om mijn benen en armen in te smeren. Het is plantaardige olie uit de zee, het levert een zachte huid op.
Het is net of audiëntie hebben. We zitten er een paar uurtjes en er komt iemand langs wiens grootouders uit NL komen. We krijgen zijn emailadres voor als we in San Diego zijn, dan moeten we maar even contact opnemen.
Even later stoppen er een vader, moeder en twee dochters die een praatje komen maken. Ze zijn 3 weken met een huurcamper door een deel van Canada aan het reizen. Ze hebben 2600km gereden, wat een mooie afstand is. Dan heb je de tijd kunnen nemen om rustig van dingen te genieten. Ze vonden het erg mooi.
Het wordt vloed en de zon schijnt op een bepaalde hoek over de aanrollende golfjes. Het geeft een mooi lichteffect, het zijn net kerstlichtjes.

Tegen 16uur rijden we verder op zoek naar een slaapplek. Die vinden we in de jachthaven van Port Renfrew, althans op het gedeelte waar de boottrailers staan. We hebben uitzicht over de baai en zien af en toe zeehondjes spelen in het water.
We spelen twee potjes Keezen, 2-0 voor Co en Nanda.

donderdag 25 augustus – Port Renfrew – Chemainus
Op zich een rustige plek alleen om 12uur vannacht stond er een zware truck of zo te draaien, vervelend. We rijden al vroeg weg en zijn om half 9 bij de parking voor de Botanical Beach in Port Renfrew. Het is een rondwandeling van 2,5km die langs het strand gaat. Een strand kan hier op verschillende manieren worden gezien: zand, grind of stenen. Hier is geen zand aanwezig maar wel ‘aquaria’. Het is nu eb en als het water zich terug getrokken heeft ontstaan er allemaal kleine poeltjes waar waterplanten, visjes, zee-egels en misschien zelfs wel zeesterren in te zien zijn.

Het is een leuke wandeling door het bos, in ieder geval lekker koel want het is zo vroeg in de ochtend al aardig warm. Na 1km komen we aan bij het eerste strand. Een echtpaar met twee kinderen is daar al en de vrouw zet de andere drie, die boven op een rots staan op de foto. Ik zeg tegen haar, als je hier komt staan zie je ze ook weerspiegelt in het water. Dat doet ze en ze vindt het prachtig. Ik zeg, zal ik jullie alle vier op de foto zetten. Maar ze heeft hoogtevrees en durft de rots niet op. Ze vraagt of ze ons er op zal zetten met de weerspiegeling. Nou, graag.

ls wij boven staan en op de foto zeggen we tegen haar dat ze dit makkelijk kan hoor. Ze komt naar boven en gaat aan de andere kant naar beneden richting haar gezin. Ze is duidelijk trots dat ze dit gedaan heeft, leuk.
De poeltjes zijn inderdaad net kleine aquaria, met zee-egels, zee-anemonen, kleine visjes, Hermiet krabbetjes, zeewieren en zeeplanten. Erg apart en mooi om te zien.

Het begint alweer vloed te worden dus we breken op en lopen naar het andere strand. Nanda redt nog een zee-egel van verdroging door het terug in het water te zetten. We zien geen zeesterren, die zullen waarschijnlijk wel dichter bij de waterlijn zitten en daar kunnen we nu niet meer komen vanwege het opkomende water.



Aan het begin van de wandeling staan altijd infoborden, zo ook hier. Er wordt gewaarschuwd voor beren en ook voor de Cougar. Een Cougar, ook wel een mountain lion is een panter. De panter komt niet veel voor in Canada en laat zich ook niet zien. Het is wel een intelligente en snelle jager. Conflicten tussen panter en mens zijn uiterst zeldzaam. Als er al een mens aangevallen wordt is het vaker een kind, vanwege hun hoge stemmetjes en kleine lengte. In de laatste 100 jaar zijn er 5 mensen gedood door een panter, waarvan 4 op Vancouver Island. Tijdens deze zelfde periode zijn er 29 niet-fatale aanvallen geweest waarvan 20 op het eiland. De meeste aanvallen waren op kinderen onder de 16 jaar.
De Cougar is de grootste katachtige in Canada. Ze hebben lange staarten die zo’n 1/3 van hun gewicht uitmaken. Een volwassen cougar kan tussen de 63 en 90kg wegen. Een volwassen vrouwtje 40 tot 50kg. Ze eten vooral herten, maar en-passant pikken ze ook nog wel eens een schaap, eland, konijn, bever, knaagdieren en soms huisdieren. Ze zijn het meest actief in de vroege morgen of late avond. Maar ze jagen ook wel gedurende de dag en in elk seizoen.
In de late lente, begin zomer worden de 1 tot 2 jarige panters zelfstandig. In hun zoektocht naar een onbezet gebied kunnen ze grote afstanden afleggen, tijdens deze zoektochten is een conflict met een mens mogelijk. In principe leven panters solitair, als je al meer sporen ziet is het vaak van een moeder met jongen.
We zijn tegen 11uur terug bij de campers en het begint nu druk te worden, de parking staat bijna vol. Ik vraag aan iemand met een geel hesje of de weg naar Cowichan Lake gravel is of verhard. De weg is 5 jaar geleden geasfalteerd en prima te rijden. Dat scheelt een stuk, anders hadden we terug gemoeten.
Het begin van de weg is golvend dus we rijden rustig aan, anders kunnen we straks bij het openen van de kastjes alles oprapen. In Cowichan Lake kunnen we internetten in de bieb. Het is binnen bijzonder koud door de airco, buiten is het zo’n 34º. Dus als we later buitenkomen lopen we zo een muur van warmte in.
We rijden door naar Chemainus, een plaatsje aan de kust, aan de kant van Vancouver. Misschien is het daar wat koeler. In Chemainus zijn allemaal ‘murals’, muurschilderingen op de huizen. Maar het is te warm om nu door het plaatsje te lopen. We rijden naar de kust en vinden een plekje langs de kant van de weg in de schaduw. We gooien alles open en gaan zelf lekker buiten zitten. Straks zoeken we wel een slaapplekje.

Om 20uur zijn we nog gaan wandelen door het dorp, dat bekend staat om zijn murals/muurschilderingen. Ze zijn werkelijk prachtig en sommige zijn al 26 jaar ‘oud’. Het is allemaal heel herkenbaar en het verbeeldt de tijd van vroeger.

We zijn verder gewandeld naar het strand en daar zagen we een spetterende zonsondergang, dat hebben we deze reis nog niet veel gezien. Daarna hebben we de campers naar de parking gereden van de VVV en alles weer open gezet want het was nog steeds erg warm.
De rest van de mural foto’s vind je op een aparte fotopagina.

vrijdag 26 augustus – Chemainus – Parksville
Na een vroege ochtendwandeling door dit leuke dorp want dat is Chemainus, een bezoek waard, gaan we verder naar het noorden van het eiland. We stoppen in Nanaimo, vanmiddag is daar tussen 14-18uur een Farmers Market. We rijden naar de haven en zien een kleine markt. We rijden verder naar een parkeerplaats waar je 3uur onbetaald mag staan en lopen terug langs de waterkant.

Er is net een watervliegtuig geland, best wel een grote er komen tenminste heel wat mensen uit vandaan. Even later zien we hem weer opstijgen en hij is snel los van het water.
Als we bij de markt aankomen blijkt dat de Farmers Market te zijn en die wordt dus van 10-14uur gehouden. Alleen zijn de Farmers, op 2 na, thuis gebleven. Het is meer plaatselijke kunst wat je er kunt kopen. En je kunt een workshop Tai-Chi volgen.
We lopen naar de VVV voor informatie over deze plaats, er schijnt een ‘old town’ te zijn. Boven het VVV is een klein museum wat we even gaan bekijken, het is summier ingericht. Om 11.45uur wordt er een kanon afgeschoten maar we hebben (nu om 11.50uur) nog niets horen bulderen, gaat misschien niet door.
Als we terug buiten komen roept Co dat het kanon afgeschoten gaat worden. Ik kan het nog niet zien, en horen, maar kon het niet meer vastleggen. Het was dus om 12uur, ze nemen het hier niet zo nauw met de tijd.
Na het eten lopen we nog even naar de ‘old town’. Volgens Capitool is dit gedeelte van Nanaimo het meest bezocht door toeristen. Nou, ik kan je vertellen het stelt helemaal niets voor, kan wel uit de Capitool vandaan.
We gaan weer verder, naar Parksville. Daar rijden we naar parkeerplaatsen in een Provinciaal park, vlak bij het strand. We verblijven de rest van de middag in de schaduw en spelen twee potjes Keezen. 2-0 voor Co en Hannie.
Daarna lopen we nog even naar het strand en lopen een eindje het water in, het is tot een heel eind bijzonder ondiep water, ideaal voor kindertjes. Er wordt goed gebruik van gemaakt, je kunt er alleen niet zo goed in zwemmen als het zo ondiep is.
Na het avondeten gaan we op pad om een slaapplek te zoeken, hier in het park mag het niet, bovendien sluiten de hekken om 23uur. Op Maps.me heb ik een haven gezien maar daar mag je ook niet overnachten. Bij een strandparking ook niet maar daar maken we nog wel even een prachtige zonsondergang mee. Uiteindelijk komen we uit op de parking van een school. De scholen zijn nu nog een week dicht dan zijn de vakanties weer over.


Ga naar periode 25
terug naar overzicht