
Omdat periode 11 een beetje vol werd met foto’s en daarom op een iPad niet goed te lezen is heb ik een extra fotopagina gemaakt met foto’s van alle vier de dagen.
zaterdag 2 juli – Dryden – Carberry
Een mugloze nacht, zeker onder onze klamboe, een prima uitvinding. Om half 2 kwam er een trein langs, niet pal langs hoor maar verderop en om 5 uur een vrachtwagen, die kwam wel langs onze slaapkamer, Co sliep door alles heen.
Na een paar boodschappen bij de Walmart gaan we op pad. Na een paar uur steken we de ‘grens’ over van Ontario naar Manitoba, een volgende provincie op weg naar het westen. Bij het visitorcentre halen we weer een wegenkaart op en wat informatie en uiteraard maken we gebruik van het wifipunt.
Na Winnipeg verandert het landschap wat eerder veel bomen, meren en rotsen bevatte in een uitgestrektheid met akkerbouw en veel gele koolzaadvelden. Gisteren hebben we trouwens een erg mooie route gereden, redelijk afwisselend met veel water en het was zonnig, dan kijkt alles anders als dat het bewolkt is.


We stoppen uiteindelijk in Carberry, een klein plaatsje langs de Hwy 1. Via Maps.me heb ik een sportcentre gevonden met een grote parkeerplaats. Na het eten gaan we eerst in het dorp even tanken. Bij de benzinepomp is aan de zijkant van het gebouw een kraantje, na onze vraag mogen we ook onze watertanks vullen. Het is een aardige jongen, Hunter, die ons helpt. Nou ja, helpen. Als Co vraagt of hij het zelf moet doen of dat Hunter onze camper vult zegt de jongen, u mag het ook zelf doen hoor. Co zegt, ja dan kunnen we praten. Co zegt zelf: waar komen jullie vandaan. De jongen moet lachen. Co zegt: uit Holland. Holland in Manitoba, vraagt de jongen. Wat blijkt, er is in deze provincie een dorpje dat Holland heet en wat ook door Nederlanders wordt bewoond. Het is wel jammer, het ligt in de buurt van Winnipeg, daar komen we net vandaan.
Binnen bij het betalen is er een jongen die van zijn achternaam Holland heet en een meisje die Adriaansen heet, grappig. Ze zijn ook nieuwsgierig naar ons en maken graag een praatje.
Ondertussen pakken Co en ik een douche, dan kunnen we daarna de watertank helemaal vol gooien, kunnen we weer even vooruit.
Daarna rijden we naar de bibliotheek maar het internet is traag dus gaan we op weg naar het sportcentrum voor de overnachting. Onderweg heb ik de laptop op schoot en even later zeg ik, stop hier even, er is een sterk, vrij wifisignaal. En nu zitten we dus langs de kant van de weg in onze camper te internetten.

zondag 3 juli – Carberry – Swift Current
Vannacht om 2 uur kwam er een trein langs, luid toeterend deze keer en het was warm in de camper, dus voor mij een beetje een onrustige nacht.
Om half 8 rijden we al weg, lekker op tijd. Gisteren vonden we de route een beetje saai maar vandaag, eenmaal in de provincie Saskatchewan wordt de omgeving erg mooi. Heuvelachtig met veel akkerbouw waarin de gele koolzaadvelden behoorlijk opvallen. Verder zijn er prachtige wolkenluchten wat een extra sausje is over het geheel.

Dit gedeelte van Canada noemen ze de prairie. Maar bij een prairie zie ik beelden voor me van de cowboy films van vroeger, een desolate omgeving waar niets groeit. Hier is rijke akker- en landbouw en er staan koeien en paarden in de weelderige weiden.

We hebben gisteren besloten om richting Alaska te rijden, we gaan via Calgary. Daar heb je het Nationaal Park Banff in de buurt, wat erg mooi schijnt te zijn. Daarvan uit kun je de Icefield Parkway rijden naar Jasper en dan verder noordelijk naar de provincie Yukon. Daar vandaan kun je de grens over naar Alaska wat tot de USA behoort. Maar dat is nog vele kilometers ver van ons vandaan.

Rond 16 uur komen we aan in Swift Current waar we even willen internetten bij de Walmart. Als de campers staan lopen we eerst naar de Canadian Tire. Een winkel waar ze werkelijk van alles verkopen. We kopen er een elektrische vliegenmepper en Hannie en Nanda gaan de deur uit met een klamboe en een verrekijker.
We hebben een gezellig praatje met twee mannen, de een is verkoper en de ander koopt bij hem een geweer. Ze hebben hier kasten vol, wel achter slot en grendel. Ik vraag tot hoe laat de winkel open is. Hij denkt even na en zegt, vandaag tot 18uur. Ik zeg dat is dus nog 5 minuten. Hij kijkt op zijn klokje en zegt, nee hoor, nog een heel uur te gaan. Het is hier dus 1 uur vroeger, weer een tijdzone gepasseerd, nog één te gaan.

Als we bij de kassa afrekenen vraagt Co aan het meisje waar de ballen zijn, de vliegenmepper is zo groot dat het wel een tennis racket lijkt. Ze kijkt ons aan en zegt dan heel gevat: Er vliegen er genoeg rond hier.
Bij de camper gaan we lekker in de schaduw zitten, ja de schaduw, de thermometer blijft steken op 31,5º. In de schaduw is het prima te doen met een beetje wind, het zal wel een warme nacht worden.

maandag 4 juli – Swift Current – Calgary
Gisteravond zijn we toch weer terug naar voren gegaan, we stonden te alleen. ‘s Nachts waren er een paar mensen op de parking aan het praten en lachen, moesten zeker niet te bed, wel vervelend voor ons. Dat is soms een klein nadeel als je vrij wilt staan.
Om 4.30uur waren we op, we waren klaar met slapen. Dat zal wel het 2 uur tijdsverschil zijn, in 2 dagen tijd 2x 1 uur terug. Halen we wel weer in.
Om 8.30uur gaan rijden. We vervolgen onze rit door een mooi, golvend landschap, alleen zijn er geen mooie wolkenluchten zoals gisteren, het ziet er een stuk saaier uit.
We gaan van de Hwy 1 af om Maple Creek te bezoeken. Het schijnt dat je je daar nog in het Wilde Westen kunt wanen. Eerst bezoeken we de VVV aldaar. Ik krijg een plattegrondje van het dorp en er zijn wel drie straten die wat geveltjes hebben die er voor kunnen zorgen dat je een ‘Wild-west’ gevoel krijgt.

Co en Nanda hebben dat gevoel wel want ze gaan er helemaal naar lopen, net of ze sporen hebben en pistolen. Even later neem ik een filmpje op waarbij ze een duel uitvechten, midden op straat. Nanda wint, Co valt dood neer. Je moet er zelf iets van maken toch?

Onderweg zagen we langs de kant van de weg, in de berm aldoor kleine diertjes, een soort grond eekhoorntjes, het is lastig om ze zo rijdende voort te fotograferen maar ze zijn wel heel grappig. Ze zitten rechtop, net als stokstaartjes.
Er wordt hier en daar ook naar olie geboord, er staan dan van die ja-knikkers. Ik vraag aan Co of hij enig idee heeft wat die dingen doen, die ja-knikkers. Co schudt nee met zijn hoofd, heeft geen idee, hij is dus een nee-schudder. 😉

We gaan verder op onze tocht en langzaam aan komen de wolken weer terug aan de blauwe hemel, prachtig weer.

We komen steeds dichter bij Calgary, daar schijnt het gisteravond noodweer geweest te zijn. Wij zien de lucht steeds donkerder worden, het ziet er dramatisch uit. Ja, dramatisch, misschien vind je het dramatisch klinken maar dat was het ook. Heb ik al gezegd dat het er dramatisch uitziet? Oordeel zelf via onderstaande foto’s.

We stoppen voor een pauze en als we weer gaan verder gaan rijden we zo de regen in, gedurende 10km regent het behoorlijk hard. Opeens zien we iets op de weg lopen, iedereen gaat gelukkig langzamer rijden, het is een hond die zeiknat is en verwilderd kijkt. Wij rijden voorzichtig door, de hond kijkt me een beetje wanhopig aan. Gelukkig is er een auto die helemaal stopt en misschien wel actie onderneemt, fijn.

Even later rijden we weer in het zonnetje met weer die prachtige wolkenluchten. Achter ons is de lucht inktzwart.
Om 16.30uur gaan we de Hwy 1 af en rijden naar Gleichen, een klein dorpje niet zover van de Hwy, maar ver genoeg om er geen last van te hebben. We vinden een plekje bij het sportcentrum van het dorp, er is een ruime parking. We zijn door het dorp gereden en het valt ons op dat het een beetje armoe troef is hier. De huizen zijn slecht onderhouden en zo.
Op een gegeven komt er drie keer dezelfde auto langs de campers. Er zit een oudere vrouw in met een hondje, kan toch geen kwaad? We hebben er toch geen goed gevoel bij, bij het dorp en het auto kerkhof bij het huis iets verderop. We besluiten om naar Calgary door te rijden, naar een Walmart, een uurtje rijden. Als je je niet veilig voelt slaap je niet, zo simpel is het en gelukkig hebben we een huis op wielen.
Dat resulteert in een natte rit, de buien zitten los, achter ons hangt weer een inktzwarte lucht. Tegen 21uur zijn we in Calgary.


dinsdag 5 juli – Calgary – Lake Louis
We hebben zowaar goed geslapen vannacht, ondanks dat we dicht bij de weg stonden. Wel vroeg wakker maar dat komt ook allemaal wel weer goed.
Tegen half 8 rijden we weg uit Calgary. Onderweg komen we nog een tankstation tegen waar de diesel CAN$ 0,889 kostte per liter, dat is tot nu toe het goedkoopste, dat is € 0,63, leuke prijs. We kunnen er alleen geen water krijgen, dat is dan weer jammer.

Eerst rijden we de Hwy 1 maar gaan op een gegeven moment naar de Hwy 1A, we hopen dat we zo door wat dorpjes komen.
Het begint al goed want we rijden nog niet ‘koud’ op die weg of we zien twee coyotes in het weiland. We stoppen langs de kant van de weg en dat is het sein voor de dieren om te vertrekken, maar niet nadat Co ze heeft ‘geschoten’ met zijn camera.
Aan het begin van de Hwy 1A was een koe rooster / cattle grid en direct daarachter stonden ‘wilde’ paarden met veulens, ook leuk. Het is een leuke weg om te rijden, in ieder geval leuker dan op de snelweg.

In Canmore parkeren we de auto’s in een straat bij een playground en lopen daarna naar een wasserij/laundrette, een straat terug. Terwijl Nanda en ik daar wachten op de was raakt Co in gesprek met de vrouw des huizes waar we voor staan. Ze vraagt of we water nodig hebben, dat is niet tegen dovemansoren gezegd en ze hoeft het ook maar 1x te vragen. Even later zijn de beide watertanks gevuld.
Het wassen duurt een half uur en kost CAN$6 per schommel, we gebruiken twee wasmachines tegelijk. Het drogen kost CAN$ 0,25 per 5 minuten, we besteden CAN$ 3, dus voor CAN$ 15 is de was weer schoon en droog in de kast, lekker.
Om de bomen die bij het huis staan zitten onderin groene zakken. Daar wordt water in gegoten en na 2 dagen is het via gaatjes in de grond gezakt, dat is beter dan 1x in de 2 dagen een plens water te geven.

Dan gaan we de Bow Valley Parkway rijden naar Banff. Dat is een weg waar je niet harder mag dan 60km per uur, dat staat ons wel aan, dat noemen ons Marokko tempo.
We stoppen bij Johnston Canyon voor een wandeling naar een waterval. Een tochtje van 1 uur heen en weer. Het is over een asfaltpad langs de rivier. Onderweg zien we af en toe een eekhoorntje langs schieten. Ze zijn gewend aan mensen want als je op je hurken een hand uitsteekt denken ze dat ze iets te eten krijgen, terwijl er een bord staat dat je ze niet mag voeren.
Bij de waterval kun je door een grot lopen waardoor je er heel dichtbij staat. De bovenste waterval bezoeken we niet want we zijn al wat later in de middag en moeten nog een slaapplek zoeken.


Onderweg zegt Nanda net tegen Hannie: ik ben benieuwd of we nog beren gaan zien en vijf minuten later zien we onze allereerste beer in het echt. Hij loopt langs de kant van de weg te grazen en heeft een hoog tempo, dus we laten de motor aan om telkens naar voren te kunnen rijden. Co zag hem als eerste, dus gelijk in de rem en terug, we zitten 1e rang. En wat gebeurt er als er een of twee auto’s stil staan langs de weg, dan volgen er meer. Binnen no-time staan er 15 auto’s langs maar ook stil op de weg, iedereen wil het meepikken. Leuke ervaring.
Dan rijden we, langzaam zo’n 55km p.u. naar Lake Louise. En dan staan er verderop weer auto’s langs de weg. We stoppen achteraan en zitten wederom 1e rang. Er komt een Grizzly beer uit de struiken vandaan en die steekt zo voor onze auto de weg over, top en wat een beest.
Vandaag hebben we een hoop eerste dingen meegemaakt: Laagste prijs voor diesel, kennismaking met de laundrette voor de was, een coyote gezien, twee beren (ze waren geen broodjes aan het smeren) en ook, helaas voor ons, de 1e keer betalen voor een overnachting.

In Lake Louise staan overal bordjes: no parking between 11pm and 7am. Er staan hier en daar wel campers maar we willen niet het risico lopen dat we straks in het donker nog ergens heen moeten rijden. Hannie zag tijdens onze zoektocht een gebouw met parkeerplaatsen dat er verlaten uit ziet. Als we het pad opdraaien staat er een bord: politie, wij schieten direct in de lach. We parkeren en Hannie zegt: het is echt leeg hoor. Achter het gebouw kun je ook nog staan en als we daar heen rijden zie ik binnen licht branden en bureaustoelen en kasten, dus zo onbewoond is het niet. Maar we parkeren achter het gebouw. Als we staan komt er een politieauto aanrijden en de agent loopt naar ons toe. Ik ga gauw naar hem toe en vraag of we hier een nachtje kunnen staan. Nee, dat kan niet, ik zeg, dat dacht ik al.
We moeten naar de camping, als we daar aankomen is die vol. We kunnen nog naar een ‘overflow’ dat is 5km verderop langs Hwy 1 richting Banff. Het kost CAN$ 10,80, het is er al druk als we aankomen. Helaas niet alleen met campers maar ook met vrachtwagens en die hebben vaak ‘s nachts hun motor aan. Maar het moet maar, we kunnen niet anders.

Omdat periode 11 een beetje vol werd met foto’s en daarom op een iPad niet goed te lezen is heb ik een extra fotopagina gemaakt met foto’s van alle vier de dagen.
Ga naar periode 12
Terug naar overzicht