
Marokko 2014-2015 – periode 14: 5 januari – 8 januari
maandag 5 januari – Foum Zguid – Aït Benhaddou
We spraken gisteren onze NL buurman camperaar en hij kwam die dag uit Zagora vandaan, via de N12. Op onze vraag of die goed te rijden is zegt hij het volgende: De 120km is op één kilometer na geheel geasfalteerd. Die ene kilometer is, verspreidt over de route, onverhard/piste i.v.m. omleidingen bij bepaalde punten, maar wel goed te rijden.
We vertrekken op tijd uit Foum Zguid want het was vannacht weer koud en dus is de camper behoorlijk afgekoeld. Om 7.30uur is het 3° buiten en 10° binnen. Gauw rijden om de auto op te warmen. Dat heeft ook weer als voordeel dat het ochtendlicht weer zo mooi is.
Het landschap is ook weer prachtig met grillig gevormde bergen in allerlei kleuren. Af en toe is er een bypass als er een brug kapot is geslagen door het stromende water. We hebben de R111 naar Tazenakht gereden en daarna de N10 richting Ouarzazate. Ook komen we de eerste sneeuw tegen in de hogere bergen. We rijden uiteindelijk op een hoogte van 1620meter. 15km ten noorden van Foum Zguid wordt de weg slechter, eerst met gaten en op een gegeven moment zijn er hele stukken waar geen asfalt meer aanwezig is, dat is stof happen voor Hannie en Nanda.

Op een gegeven moment rijden we een groepje vrouwen voorbij die allemaal met grote bossen bloeiende planten op hun rug lopen te sjouwen. Als we even verderop stoppen om te eten komen ze uiteraard langs ons. Co wil ze graag fotograferen maar dat staan ze niet toe.
Even later komt er een nieuwe groep vrouwen aan en ze hebben alle lol met Co en schuin voor de camper stoppen ze om even uit te rusten.
Een viertal vrouwen die vanaf de andere kant kwamen hebben water voor ze om te drinken en ze nemen de bossen van de vrouwen over. Co wil helpen om ze op de rug te tillen maar daar hebben ze hun eigen maniertje voor. Co voelt wel dat het ontzettend zwaar is. Ze sjorren de bos op hun rug en duwen het direct klem tegen de muur aan, dan sjorren ze de touwen vast.
Nanda zegt: ‘het zijn altijd de vrouwen die je het zware werk ziet doen’. Co zegt in een grap: ‘terecht’. Hij vlucht gauw weg want Nanda wil hem over de knie leggen. Ik zeg tegen Nanda: ‘je kent hem toch’. Ja, zegt ze, nu wel. 🙂
Verderop zijn ze bij een dorp druk aan de was, kleding maar ook grote kleden voor in huis. Het is een sociaal gebeuren, er loopt van alles rond, groot en klein. Het ziet er kleurig uit.

We worden door de TomTom de P1509 opgestuurd, een kortere route naar Ouarzazate. Op de kaart zie ik dat het een grijs streepje is, dat betekent een onverharde weg. Ik zie ook dat het lijntje op een gegeven moment ophoud en op dat moment houdt ook het asfalt op. Er komt een auto ons tegemoet en we gebaren hem om te stoppen, het busje is helemaal vol geladen met takken en boomstammetjes. Co vraagt of het piste-piste-piste is naar Ouarzazate, en de mannen antwoorden met piste-piste-piste. We weten genoeg en draaien om, niet zo’n straf want het is bijzonder mooi hier, nu kunnen we het nog een keertje zien.
Dan gaan we terug naar de R108 naar Tazenakht, dan de N10 op naar Ouarzazate, op naar Aït benhaddou. Daar zijn een paar campings en een camperplek. We komen uiteindelijk aan bij een parkeerplaats bij hotel La Kasbah. De coordinaten op de NKC app kloppen niet dus ga ik de juiste coordinaten doorgeven.

Het tarief voor alleen parkeren is 5DH, als we naar de gardien lopen om te betalen vraagt hij of we ook blijven overnachten, ja dus. Dan mogen we 20DH betalen per camper, dat doen we. Later horen we van onze Franse buurman dat je alleen de 5DH hoeft te betalen. De gardien is in dienst van het hotel en van daaruit kwamen ze de Fransman vertellen dat je niet voor de overnachting hoeft te betalen, het gaat in de zak van de gardien zelf. Het is een oudere man en hij blijft hoogstwaarschijnlijk de hele nacht op dus wij vinden het niet erg om hem te betalen. Maar in principe is 5DH genoeg dus.
Morgen gaan we de kasbah bezoeken maar Hannie en ik lopen nog eventjes naar de kasbah toe want nu staat het avondlicht er mooi op, warm licht.
Als we terug komen lopen Nanda en Co net met een Marokkaan ons tegemoet, ze geven ons een hand en zeggen bonjour, Hannie snapt er niets van. Maar ze gaan een ladder halen want Nanda en Hannie hebben weer eens geen tv ontvangst. Co probeert het door de LNB kop te draaien maar het biedt geen uitkomst, helaas geen tv. Misschien straks noordelijker weer.

Denk je nu, wat weinig foto’s na zulke lovende woorden over deze omgeving, wees maar niet gerust, ik heb een aparte fotopagina aangemaakt. Er kwam nog net geen rook uit de camera’s toen we aankwamen in Aït Benhaddou en Hannie en ik hadden bijna eelt op de wijsvinger. 🙂 Dus kijk even hier voor de beeldjes van deze beeldschone route.

dinsdag 6 januari – Aït Benhaddou
Het is vanochtend vroeg 1°, we zitten dan ook op 1300 meter hoogte. Het is een rustige nacht geweest maar we rijden toch 250 meter verder naar een camping. We willen op stroom want we gaan een stoofpot maken en dan hebben we stroom nodig om te kunnen wecken/inmaken.
Bovendien kunnen we daar in de zon staan/zitten. Want als de zon eenmaal op ons schijnt is het snel lekker warm. Dus maken we ons klaar om aan de lange reis te beginnen. Er is onderweg niet zoveel te zien dus geen foto’s van deze tocht. 😉

Op de camping gaan we gelijk aan het werk, in het zonnetje, en na een paar uurtjes is het potje klaar. Als we proeven proeft het vrij bitter, de bataat is hier dus duidelijk anders van smaak. Hij is ook crèmekleurig i.p.v. roze/rood, zoals de bataten in NL. Geen probleem een beetje zoet erbij en wat pittige kruiden en het smaakt heerlijk, dan maar geen hutspot maar een eigen creatie.
Als we de weckpan aansluiten op stroom duurt het heel lang voordat het water eindelijk heet is maar het gaat niet koken en dat hebben we wel nodig om de potten vacuüm te laten trekken, waarschijnlijk is het ampère te laag. Straks maar even kijken hoe we dat op gaan lossen.


Eerst gaan we naar de ksar Aït Benhaddou. We gaan helemaal naar boven om te genieten van het uitzicht en dat is erg mooi. We wachten daar een uurtje totdat de zon ondergaat en ik moet zeggen dat het boven in het zonnetje nog heerlijk is. We hadden ons allemaal warm aangekleed omdat de wind de hele dag best wel fris is. Maar de boven kunnen we lekker in de luwte van het gebouwtje op een paar stenen zitten.



Naarmate de zon lager komt wordt het landschap steeds aantrekkelijker en grilliger om te zien. Alles hult zich in rood licht.



Als de zon weg is koelt het snel af dus lopen we gauw terug naar de campers. Hannie en Nanda komen bij ons het stoofpotje proeven en het is goed bevonden, pffff, gelukkig maar.
Morgen gaan we over de Tizi-N-Tichka pas naar Marrakech. Tijdens onze eerste reis zijn we via Telouet gereden en dat was toen een erg slechte weg. We vroegen aan de gardien of de weg nog veranderd is sinds die twee jaar en dat is niet het geval, kan dus alleen maar erger geworden zijn. Dus gaan we terug naar de N9 om onze weg te vervolgen naar Marrakech.

woensdag 7 januari – Aït Benhaddou – Setti Fatma
Niks Marrakech, we zitten nu in Setti Fatma, het kan verkeren.
Het is vanmorgen weer erg koud, 1° buiten en 8° in de camper, dat houdt niet over. We vertrekken dan ook vroeg om de auto weer lekker op te warmen. Het plan is Marrakech via de Tizi-N-Tichka pas. Die hebben we van deze kant af nog niet omhoog gereden. Vorige keer zijn we vanuit Aït Benhaddou via Telouet gereden. Bij de splitsing naar Tazenakht is een tankstation dus gooien we de tank nog maar eventjes vol. Ook is daar weer een politiecontrole. Ik moet zeggen dat na Guelmim tot hier de politiecontroles zeer sporadisch zijn, waarschijnlijk te weinig verkeer om te controleren.
De dag begint alweer prachtig met mooi weer en warme kleuren op de bergen. Als we eenmaal op pad zijn geeft de thermometer aan dat het -2° is. Rond de middag op 2200 meter hoogte is het 7 graden en heerlijk warm omdat de koude wind ontbreekt. Later op de middag als we bijna in Setti Fatma zijn geeft-ie 16° aan, wat een verschillen op een dag.

Tijdens de reis hebben we constant uitzicht op de besneeuwde toppen van de hoge Atlas, soms met palmbomen in de voorgrond, een leuk contrast. Er zijn veel kraampjes en souvenirverkooppunten langs de weg. Ook komen we op een gegeven moment weer de mannetjes op fietsen tegen met nepstenen in de verkoop. Amethist en andere soorten maar ze zijn in basis kleurloos en met verf bespoten, ze zijn ook bijzonder fel van kleur, zulke kleuren vind je in de natuur niet terug hoor.
De rit is prachtig met in elke vallei weer een ander landschap en andere kleuren, een lust voor het oog. Dat wordt dus weer een aparte fotopagina. De pas is prima te rijden over goed asfalt. Af en toe even opletten bij punten waar de wateroverlast heeft huisgehouden. Op een gegeven moment liepen er allemaal mannen met scheppen op de schouders, er wordt dus wel flink gewerkt aan de weg.
Twee jaar geleden hebben we een deel van deze route ook gereden maar we konden ons er weinig van herinneren. Totdat we in een plaatsje langs de moskee rijden, ik zeg, hier heb je toen gevoetbald met de imam en een jochie dook onder de camper om de bal te pakken, onder het stof zat-ie toen.
De rit naar Setti Fatma is ook leuk, we hadden een slechtere weg in gedachten als dat-ie is. Je kunt wel zien dat het water hier ook flink tekeer is gegaan. Er liggen dikke rotsblokken langs de weg en dode bomen. Er is van alles naar beneden gespoeld en de weg kleurt helemaal rood van de rode aarde.
Het is een hartelijk weerzien met Jamal en hij is bedroefd dat Cees niet mee is en zeker als hij de reden hoort waarom Cees er niet is. We drinken een jus d’orange op het terras en gaan dan even het dorpje in om appels te kopen. We lopen langs de kapper, vorig jaar stond er op zijn bord: ‘coifeur’ met één f, nu is er een kleinere f bijgeschilderd, grappig hoor. Hannie en Nanda zijn toe aan een knipbeurt, Jamal die achter ons liep gaat even horen of deze kapper ook dames knipt. Ja wel hoor, dus op de terugweg leveren we ze af bij de kapper. Als ze later terug komen is Nanda boos. Ze hadden niet van tevoren naar de prijs gevraagd en de kapper vroeg na het knippen 200DH, veel te duur zegt Nanda. Uiteindelijk mogen ze weg na het betalen van 150DH. Is naar NL maatstaf niet duur maar wel voor Marokkaanse begrippen, het zij zo, ze kunnen in ieder geval weer voor de kraam langs. 🙂
Vanwege de vele foto’s die we vandaag gemaakt hebben heb ik een aparte fotopagina aangemaakt, veel plezier bij het bekijken van de foto’s.

donderdag 8 januari – Setti Fatma – Marrakech
Ik zal niet alle dagen meer uploaden i.v.m. de beperktheid van internet hier. Voorheen hadden we onbeperkt internet nu is het gelimiteerd. Dus niet ongerust worden als het een paar dagen ‘stil’ is.
Hier, in Setti Fatma, moet je in januari niet zijn, veel te koud, althans in de avond en vroege morgen. Zodra de zon op de camper komt is het snel lekker. Andere keren waren we hier in februari/maart en dan staat de zon natuurlijk al hoger dan nu. Om 12.30uur komt eindelijk de zon op de parkeerplaats maar dan zijn wij al weg.

De schoenmaker kon elk moment komen zei de mevrouw van de winkel waar hij een stukje van gebruikt voor zijn schoenmakerij. Maar als we Jamal spreken zegt hij dat de schoenmaker op donderdag altijd naar de souk gaat, wie zal het nu juist hebben.
We lopen nog naar de kapper want 150DH voor 2 knipbeurten is veel te veel. Volgens Jamal kost het knippen van iemand met kort haar 20DH en met heel lang haar 100 a 120DH. Kleine kinderen betalen 10DH. Als we bij de kapper aankomen is hij er niet, we lopen weer naar buiten om in het zonnetje te wachten als Hannie de man aan ziet komen lopen in de steeg naast het pand. Hij ziet ons al en lijkt wel een beetje te schrikken.
Als hij eenmaal beneden is proberen we hem in ons beste Frans duidelijk te maken dat 150DH veel te veel is, dat het voor 2 personen 40DH is en dat we 100DH terug willen. Hij sputtert flink tegen en is niet van plan om ons te betalen. We dreigen met de politie en ik loop naar binnen om een foto te maken van zijn ‘patente’, dat is een vergunning die elk bedrijfje heeft hangen. Hij betaald ons 50DH terug, we dreigen nog wat maar hij geeft niet meer toe. We nemen het maar zoals het is.
Als we weg rijden geef ik de andere, hele, schoen aan Jamal en zeg tegen hem om de schoen aan de schoenmaker te geven, kan hij het paar verkopen. Ik had ze in Marokko gekocht voor niet te veel geld heeft die schoenmaker een voordeeltje.

Zo rond dit uur vertrekken uit deze vallei heeft wel z’n voordelen, we komen nog niet zoveel taxi’s en toeristenbusjes tegen, wel zo rustig op de weg.
De route naar Marrakech is vrij saai, een lange rechte weg met aan weerskanten veel plantenkwekerijen. En je hebt op een gegeven moment het idee dat je al tijden in Marrakech rijdt, nu is het wel een grote stad dus het zou kunnen. Onderweg komen we nog een grote groep mensen tegen, we denken eerst aan een demonstratie maar dan zien we dat ze een baar meedragen, dus het zal een begrafenisstoet zijn. De auto voor ons daar is de man van uit gestapt en hij staat in een eerbiedige houding de stoet gade te slaan.



We parkeren de auto’s op een groot terrein dicht bij het centrum en Koutoubia moskee. Hier hebben we vorige keer overnacht maar toen stonden er meer campers, nu zijn we de enige. Maar dat kan natuurlijk nog veranderen, als andere camperaars ons zien staan volgen er misschien meer.
We gaan naar de stad en komen langs hotel La Moumania, vorige keer stonden we voor de poort om de hoteltuin te bezichtigen. Maar we mochten niet naar binnen omdat het qua tijd niet mocht. Toen we later terug kwamen mocht het niet omdat we in korte broek waren, zijn we terug gelopen naar de campers om ons om te kleden en mochten we er niet in omdat Co op sandalen liep, nou ja zeg.
Nu waren we allemaal passend gekleed en mochten we zo door lopen. We waren ook zo brutaal om het hotel in te lopen, wat een pracht en praal, je zou kunnen zeggen ‘overdone’ al die weelde. Maar ja, wel mooi om te zien.




Er ligt een gigantische tuin achter het hotel waar volgens mij nooit een mens komt, alles blijft in de buurt van het hotel en zwembad.
We dwalen wat rond en gaan binnen nog naar de eerste verdieping. Als we weer beneden komen worden we aangesproken of we gast zijn. Op ons antwoord dat we dat niet zijn krijgen we te horen dat je dan niet de trap op mocht dat is alleen voor gasten. Wat waren we lekker stout joh.
Overal zijn luxe zitjes en Co kijkt in een prijslijst, een biertje van 25cl kost 100DH/€ 9,00, een glas verse jus d’orange kost 80DH/€ 7,20 dus mocht je je geld moe zijn, dan kun je hier goed terecht. Op het Djeema el Fna plein koop je een glas jus d’orange voor 4DH/€ 0,36 het is dus toch waar dat op de markt je ‘gulden’ een daalder waard is.


Dan lopen we nog even naar het Djeema el Fna plein, het is er gezellig druk. We drinken een glaasje jus d’orange voor 4DH en gaan dan een stukje de medina in om wat pinda’s te scoren.
Als we terug komen op het plein is het nog een keer zo druk en ik maak een paar filmpjes alleen voor de geluiden die je hoort, wat een sfeertje.

Dan lopen we terug naar de campers, we besluiten om hier te overnachten. Als we het modem aandoen blijkt dat er geen internet ontvangst is. Ook Hannie en Nanda hebben geen bereik. Volgens hun kun je op het vliegveld in de vertrekhal gratis internetten, we hoeven niet lang na te denken en gaan linea recta naar het vliegveld. Hannie en Nanda hebben immers geen tv en dan is het wel leuk als je iets anders om handen hebt.

ga naar periode 15
terug naar overzicht