
Groot-Brittannië – periode 9: 7 juli – 10 juli
maandag 7 juli – Ballydrenid – Malin Beg
Het was weer een heerlijk rustige plek we hadden stille buren. We gaan wel op tijd rijden want het is maar 12° buiten dus is het in de camper ook fris. Onder het rijden doen we lekker de kachel aan dan is het zo warm. Het weer gaat af en aan, zo regent het pijpenstelen en zo schijnt het zonnetje weer volop. De camper zal in ieder geval niet meer stoffig raken. Als het hier regent gaat het wel van Jetje.


Rond 10uur pauzeren we voor een kerkje. We rijden nu een route landinwaarts door de bergen, ook weer erg mooi, later komen we wel weer terug bij de kust.


We komen aan in Donegal en we gaan daar op zoek naar een lekker ontbijtje en internet.
Beide lukt, internet Abbey hotel in Donegal: N 54.706833, W 8.043631, een lekker snelle verbinding, er is geen wachtwoord nodig.
Ook halen we er een gratis boekje over het noorden van Ierland, eerder hadden we al het zuid-oosten, het zuid-westen en het westen. Daarin worden de bezienswaardigheden in de verschillende county’s beschreven, erg handig. Te verkrijgen bij het VVV.


Dan gaan we verder via de Wild Atlantic Way, richting de Sliabh League (Slieve League), het zijn de hoogste zeekliffen in Europa, zo’n 600 meter boven zeeniveau. De auto parkeren we aan het einde van een steil weggetje (N 54°37’35.68”, W 8°39’52.19”), later zien we dat je met de auto nog een hek door kunt. Maar de weg na het hek, die wij lopend doen is behoorlijk steil we denken dat het met de camper niet te doen is. Vandaag hebben we wel goed zicht en het ziet er indrukwekkend uit.

Dan rijden we nog verder naar Malin Beg, een ander uitzichtpunt aan het einde van een doodlopende weg. Er is alleen nog een mooi strand en veel schapen. We vinden op de parkeerplaats helemaal bovenin een nagenoeg rechte plek. Co gooit wat grof grind onder de linker wielen zodat we met links iets hoger komen te staan en zo krijgen we de camper net recht genoeg. De rest van de parkeerplaats is zo scheef als ‘t maar kan. We hebben naar alle kanten toe een prachtig uitzicht.




Malin Beg, P in doodlopende straat, boven een strand, prachtig uitzicht, geen voorzieningen, geen kosten: N 54°39’54.9”, W 8°46’37.5”
dinsdag 8 juli – Malin Beg – Na Dúnaibh
De dag is al vroeg begonnen, om 6.45uur stonden we naast bed. Het is dan al volop licht en de schapen en koeien zijn al druk aan het grazen.
Om 7.30uur zijn we gaan rijden, pluk de dag. We rijden vandaag veel van de ‘Wild Atlantic Way’.


Eerder deze reis reden we door stukken waar je geen mens tegenkwam maar we weten nu hoe dat komt. In dit gedeelte van Ierland wonen volgens ons bijna alle Ieren, wat een huizen komen we hier tegen zeg. En allemaal kriskras door elkaar, zo ziet het er tenminste van veraf uit. En in de heuvels dus ze hebben allemaal een mooi uitzicht, het ziet er wel gezellig uit.

Vandaag is het met het weer ook weer af en aan maar de meeste tijd is het zonnig. De gevoelstemperatuur is hier in het noorden wel vele malen kouder dan in het zuiden, de wind maakt het koud. De Ieren trekken zich er trouwens weinig van aan en gaan bij een buitentemperatuur van 13° rustig in de zee zwemmen. Toen Co vroeg of dat niet erg koud is zei de vrouw, nee hoor het is heerlijk.

Na een mooie rit met veel keer ‘nice he?’ geroepen te hebben zoeken we een plekje bij een strand en vinden dat op de pier van Na Dúnaibh. We hebben uitzicht op het dorp en het strand. Er staan ook weer auto’s op het strand geparkeerd en als het later vloed wordt zie je een auto over het vrijgekomen strand heen en weer crossen.
In dit deel van Ierland zijn veel ‘blue flag’ stranden. Het ‘blue flag’ label is een internationaal eco-label voor o.a. stranden. Ze voldoen dan aan de volgende punten: informatie en educatie over de omgeving, de kwaliteit van het water is goed, veiligheid en service, omgevingsmanagement.
Connemara vonden wij erg mooi maar County (provincie) Donegal is ook prachtig maar anders, diverser. Dan rij je langs de kust en dan door de bergen met mooie vergezichten. Dus houdt het in dat we weer veel foto’s hebben gemaakt, wederom een aparte fotopagina van deze dag.

Na Dúnaibh, op de pier, waterkraan aanwezig, geen kosten: N 55°11’24.9”, W 7°50’34.4”
woensdag 9 juli – Na Dúnaibh – Bunnagee
We waren vroeg op vandaag na een goede nacht, dus we zijn vroeg op pad. Vandaag volgen we weer de Wild Atlantic Way. In het begin is het weer erg mooi maar als we het schiereiland Inishowen opdraaien is het in aanvang wat saai.

Maar eerst rijden we naar Fanad met een mooie vuurtoren. Maar we zijn te vroeg 8.30uur, de vuurtoren is nog niet te bezichtigen, de hekken zijn dicht.


Onder de middag nemen we een Iers ontbijt in Letterkenny, er is ook wifi dus we zijn weer helemaal bij. We lopen nog even het stadje door, het is er wel gezellig.


Dan rijden we Inishowen over naar het meest noordelijke puntje van Ierland bij Malin Head. Pas als we er bijna zijn wordt het landschap weer zoals we de hele reis al gewend zijn, woest maar toch lieflijk, groen met heel veel witte huizen.
Het is bij Malin Head al net zoals bij het noordelijkste punt in Noorwegen, je kunt zeggen dat je er geweest bent, het was geen spektakel.
Misschien zijn we wel te verwend met al moois dat we elders in Ierland al gezien hebben. Vanaf dit punt kunnen we met de verrekijker wel heel vaag in de verte Schotland zien liggen.


We volgen het laatste stuk van de Wild Atlantic Way, die loopt nog door tot aan het plaatsje Muff bij Londonderry maar wij steken bij Greencastle over naar Noord-Ierland. De afstanden zijn daar weer in mijlen en we hebben dan Engelse ponden nodig.
Daar pikken we de Giant’s Causeway op die naar Larne loopt. Daar pakken we de boot naar Schotland, dat zal vrijdag of zaterdag zijn.

Het was vandaag weer heerlijk zomer weer, maximaal 21°, je moest wel in de luwte zitten want de wind blijft hier fris. Maar we klagen niet hoor.
In Bunnagee lopen we nog eventjes naar het haventje, er staan een paar visbakken vol met kokkels. En ook zien we er een visbak staan uit Den Helder, hebben ze zeker even ‘geleend’.

Bunnagee, parkeerplaats bij haventje, geen voorzieningen, geen kosten: N 55°17’58.3”, W 7°09’20.2”
donderdag 10 juli – Bunnagee – Ballinton
Wat een spannende wedstrijd gisteren helaas mocht het niet baten, NL verloor met de strafschoppen van Argentinië, jammer.
En toch gaat vandaag het leven gewoon weer verder, zo ook onze reis. Het is miezerig en bewolkt maar wie weet schijnt vanmiddag de zon wel weer. We vervolgen de Wild Atlantic Way naar Greencastle vanwaar een ferry vertrekt naar Magilligan in Noord-Ierland, we gaan dus de grens over naar het Verenigd Koninkrijk, oftewel Engeland. Om 11 uur gaan we van wal voor 10 minuutjes varen.
Voor een camper langer dan 6 meter kost het € 24,00 maar de ferryman matst ons en vraagt uit zichzelf € 14,00 (voor een camper tot 6 meter, hij heeft vast een timmermansoog).

Aan de andere kant pikken we de Causeway Coastal Route op die geheel langs de noord- en westkust naar Larne gaat. We komen door Coleraine en zien daar een McDonalds, een internetpunt dus. En de verbinding is bijzonder snel. We proberen een aantal mensen te skypen en/of facetimen maar er is niemand thuis. Ons reismaatje naar/in Marokko, Cees, bellen we eventjes om te horen hoe het met hem is, niet zo goed dus. De ziekte sloopt hem langzaamaan, heel jammer allemaal.
We zijn weer aan yoghurt maken toe dus ik zoek via Google op ‘raw milk in Northern Ireland’ en krijg twee adresjes door. Eentje is zo’n 23km zuidelijk van waar we nu zijn, de andere is nog verder zuidelijk. De eerste kunnen we wel naar toe rijden en dan terug naar het noorden om de Causeway verder te vervolgen. Ik probeer de boer te bellen zodat we niet voor niets rijden maar er wordt niet opgenomen, we gokken het er maar op.

Het is in Kilrea, 54 Bann Road, Coleraine BT51 5RY, UK, ze hebben ook een website: www.culmoreorganicfarm.com. coordinaten: N 54°57’37.06”, W 6°32’06.48”, is het begin van het laantje, helemaal doorrijden naar het eind. Daar aangekomen vragen we aan een vrouw naar de farm van David Culmore, ze verwijst ons naar de volgende ‘lane’ en dan helemaal doorrijden naar het einde van dat weggetje. We rijden het smalle weggetje in, alsmaar verder en komen dan tegenover een tractor te staan. De man seint naar ons dat we kunnen blijven staan en stapt uit en loopt naar ons toe. We zeggen dat we op zoek zijn naar David Culmore en hij zegt dat we tegenover hem staan. We geven aan dat we graag rauwe melk willen kopen en hij krijgt een smile van oor tot oor. Hij rijdt zijn trekker het land in en rijdt met ons mee naar zijn boerderij.
We raken in gesprek en ze zijn helemaal goed bezig en zitten ook op dezelfde golflengte als ons qua voeding en gezondheid. Hun koeien zijn grasgevoerd en krijgen ook zeewier toegevoegd in hun voer, ze vinden het heerlijk, hij gebruikt 4ton zeewier in het jaar. David geeft aan dat er in Noord-Ierland maar twee adresjes zijn waar je biologische rauwe melk kunt kopen. Er zijn nu meer boeren die er wel oren naar hebben om ook op zijn manier te boeren en rauwe melk te verkopen.

Hij heeft voor het eerst ook kaas van rauwe melk, dat wordt gemaakt door een Zuid-Afrikaanse man die getrouwd is met een Nederlandse vrouw. Ik geef aan dat wij bij onze eigen boer ook rauwmelkse roomboter kunnen kopen. Hij doet zijn vrieskist open en laat het allereerste pak rauwmelkse roomboter zien, dat heeft laatst iemand voor hem gemaakt van hun eigen melk. Hij glimt van trots, het is heerlijk om met David en zijn vrouw Ann te praten.
David en Ann zijn er, net als ons, helemaal van overtuigd dat heel veel ziektes en klachten komen van het vele ‘suiker’ gebruik en verkeerde vetten in bewerkte voeding. Zelf eten ze alle dagen rood vlees van hun eigen koeien en drinken ze alle dagen hun eigen rauwe melk en ze zien er goed uit.

Co is ondertussen in gesprek met een imker die zijn bijenkasten op de boerderij heeft staan. De bijen waren wat sloom vanwege de warmte die dag. Ze zijn bezig om koninginnen te ‘kweken’ om volgend jaar een paar nieuwe, zuivere volkeren te hebben.
We krijgen nog een potje met gedroogd zeewier mee, het zeewier zoals ze het aan hun koeien geven, kunnen we door de yoghurt doen. Zeewier bevat veel jodium en dat is weer goed voor de schildklier.
We gaan helemaal blij weer op pad, voorzien van heerlijke rauwe melk, rauwmelkse kaas, vlees en een potje zeewier, lekker hoor.

De Causeway Coastal Route pikken we weer op en het rijdt wel weer leuk, langs de kust is toch een apart sfeertje.
We komen in de buurt van Ballinton langs een plek waar je via een touwbrug een kloof oversteekt naar een eilandje, het werd vroeger gebruikt door de vissers. De naam van het gebeuren is Carrick-a-Rede: Rots in de weg. De weg is in dit geval de doorgang voor de Atlantic zalm tijdens hun westwaartse route langs Carrick eiland. Gedurende 350 jaar spanden vissers een touwbrug naar het eiland om de zalm te kunnen vangen.
Nu is de brug een toeristische attractie maar wel leuk om over te lopen. Er kunnen ca. 8 mensen tegelijk overheen. Als het erg druk is moet je soms 10 minuten wachten op je beurt.





Er zijn veel meeuwen hier dus we maken wat foto’s en filmpjes. Op de Iphone zit een functie om vertraagd te filmen en dat is in dit geval erg leuk. De meeuwen zweven zo mooi langs de kust op de thermiek die aanwezig is. Ze vliegen zo voor de camera langs en een vertraagde opname is geweldig om terug te zien.

Op onze wandeling heen komen we een Franse dame tegen die tegen haar wandelgenoten zegt dat ze een dolfijn zag. Co krijgt gelijk haast en even later zien we inderdaad een dolfijn zwemmen in de baai. We kunnen er nog snel wat foto’s van maken want hij/zij zwemt gestaag verder weg van de kust, jammer. Misschien zien we de dolfijn later nog.


We mogen hier op de parkeerplaats overnachten en mogen gaan staan waar we willen als we morgen voor 9 uur weer ruimte maken voor de bezoekers. Dat is voor ons geen probleem. De parkeerwachter wenst ons een goede nacht, aardige mensen die Noord-Ieren.
Daarin is er geen verschil met de Republiek Ierland, ze zijn hier even vriendelijk, ook rijden we hier ‘gewoon’ links.
Het enige verschil is dat we nu weer met Engelse ponden betalen en de snelheid en afstanden worden weer in mijlen aangegeven (1 mijl = 1,6 km).



Morgen gaan we in Larne met de ferry over naar Schotland, het is nog zo’n 63km rijden van hier.
Ballinton, parkeerplaats bij Carrick-a-Rede/touwbrug, toilet tijdens openingstijden, geen kosten: N 55°14’19.7”, W 6°20’47.4”
ga naar periode 10
terug naar overzicht