
Week 9 – 11 t/m 17 maart
11 maart – maandag – Tizi-N-Tichka – Setti Fatma
Het was vandaag een volle dag, ik begin gewoon bij het begin. Om 7 uur vanmorgen was het buiten 0 graden en binnen 6 graden, dus buiten zo’n beetje als in Nederland. Vanmiddag om 14uur zaten we in het zonnetje en was het 22 graden, niet zoals in Nederland.
Cees is altijd wat later wakker dan ons dus wij hebben de camper even van zijn plek gereden naar één etage hoger zodat we in het zonnetje stonden, zelf zijn we buiten in de zon gaan zitten. Het was 2 graden boven nul maar het voelde warmer, in ieder geval warmer dan in de camper.
Er kwam al snel een man naar ons toe die mineraalstenen verkocht, ze waren wel erg mooi. We hebben eentje gekocht met witte kristallen en eentje die paars was van binnen, ze flonkeren naar je toe. Toen Cees reisvaardig was, hij moest eerst even zijn oliepeil meten, zijn we op pad gegaan. Wat een prachtige route hebben we gereden, magnifiek. Zoveel kleuren weer, gewoon weg prachtig.


Cees ging even vlees kopen en wij stonden buiten van het zonnetje te genieten. Er waren twee jongetjes aan het voetballen en Co kon het niet laten en ging meedoen. Al gauw stonden er zo’n 8 jongetjes te voetballen of hun leven ervan af hing. Van klein tot groot, en Co maar genieten. 2 Steentjes vormde het doel en alleen doelpunten via de grond telden.
Toen de stand gelijk was gingen we verder maar niet voordat Co een nieuwe voetbal overhandigde aan de jongens, bedoelt voor hun allemaal om te gebruiken. Ze waren helemaal in hun sas. Tijdens het voetballen lag die nieuwe bal aan de kant van het ‘veld’. De jongste van het stel liep er eventjes heen, raakte de bal aan, je zag hem genieten van zo’n mooie nieuwe bal. En, je ziet het overal; sport verbroedert.


Elke keer als we een bocht om gingen kwam er weer een nieuw uitzicht, op een gegeven moment met zoveel groene beplanting, prachtig, niet in woorden uit te drukken.
We zijn van Tizi-N-Tichka richting Marrakech gereden en bij Ait Ourir zijn we linksaf de L’Ourika vallei ingereden. Cees had gelezen dat dit een prachtige vallei is. Geen woord teveel. Na 1 km. hebben we de campers langs de kant van de weg geparkeerd en even gepauzeerd in het zonnetje.
Onderweg hier naartoe, op de hoger gelegen weg stonden er verschillende mannen die mineraalstenen verkochten. Zodra je maar even stilstond kwam er direct 1 of 2 mannen met plastic tasjes naar je toe. We hebben nog een paar mooie stenen gekocht, ze schitteren tegen je op.


We reden door het stadje Ourika en kwamen midden in de jaarmarkt terecht, wat een drukte, je kon over de hoofden lopen, zie de foto’s. We konden niet meer ophouden met lachen, wat je allemaal ziet: overvolle auto’s met mensen en gekochte producten, brommertjes, ezeltjes…… Toen we de drukte voorbij waren gereden hebben we direct de campers geparkeerd en zijn we terug gelopen.
We hadden gelijk een ‘vriend’ aan onze zijde die aan Co wel een djellaba wilde verkopen en een ‘tulband’. Hij begon met 600 DH, Co gaf direct al aan dat hij geen Berber is maar een Nederlander en dat hij deze kleding niet in Nederland zal dragen. De man gaf niet op en ging omlaag naar 500 DH, 400DH, 250DH, 150DH en uiteindelijk fluisterde hij in Co zijn oor (in het Nederlands) 100DH. Maar helaas. Kwam hij even later terug met kettingen en armbanden. Hij hield stug vol, helaas voor hem Co ook.
De markt was bijzonder druk bezocht, wat een drukte en hektiek, maar wel weer errug gezellig. Heel veel groente en fruit van de boeren uit de wijde omtrek waren er te koop.

We kochten aardbeien en gingen op een bankje zitten om ze op te eten. Dat was naast een ambulante slager, die kwam ook even een aardbeitje uitzoeken. Die smaakte naar meer dus hij kwam nog een 2e halen, het leek wel zelfbediening. Even later ging er nog een andere hand het plastic zakje met aardbeitjes in, bleek de man te zijn waar het bankje van was waar we op zaten; een soort ‘zitgeld’, zeg maar.
Daarna hebben we nog een heerlijke verse jus d’orange gedronken en toen weer door de menigte terug gegaan naar onze campers.



We reden door naar Setti Fatma, helemaal aan het einde van de vallei. We hadden op de site van Frans en Lean gelezen dat zij hier geweest waren en dat ze in het plaatsje naast een restaurant hadden gestaan voor 20DH. We kwamen in het plaatsje aan en werden al snel door een jongeman naar een parkeerplaats gewezen waar je 24uur mag staan. Het is hier erg ‘tranquil’ (rustig) zei hij en het kostte niets. Zijn vader had een hotel/restaurant ,Azilal geheten, schuin tegenover de parkeerplaats, stille hint. We begrepen de hint en daar het al 18uur was zijn we lekker gaan eten in het restaurantje. Moeder en dochter stonden in de keuken dus dat zag er goed uit. We hebben eerst een Berber soep, Harira, gegeten, heerlijk een beetje een kruising tussen ossenstaartsoep en bruinebonensoep. Er stonden 3 schaaltjes met olijven op tafel en na de soep kregen we nog een schotel rauwkost. We hadden alle drie een tajine kefta (gehakt) met ei besteld ook die was heerlijk. Kortom prima gegeten.
Morgen gaan we met Jamal (de zoon) op pad naar de zeven watervallen (cascades) die hier in de buurt zijn. Want het was ons tijdens de rit naar hier al opgevallen dat er ontzettend veel terrasjes waren, dus er komen hier veel toeristen naar de watervallen kijken.
Cees zei toen we hier aankwamen: ik heb onderweg 1400 terrasjes en 9000 stoelen geteld. Kun je je voorstellen hoeveel toeristen hier gewoonlijk komen. Er waren veel terrasjes aan de andere kant van de rivier, bereikbaar via een hangbrug.
12 maart – dinsdag – Setti Fatma
Het is 9 graden buiten en binnen 11. We staan wel op een heerlijk rustige plek, alleen het ruizen van de beek is hoorbaar.

We zijn om 11 uur van start gegaan met onze wandeling naar de watervallen met als gids Jamal. Een leuke spontane jongen van 22 jaar die samen met zijn vader, moeder en zus het restaurant/hotel runt. Hij heeft geen opleiding genoten maar spreekt wel Frans, Engels, Spaans en Berber. Hij heeft het zichzelf aangeleerd en is een zakenman in de dop. Hij weet zijn klanten te behagen en zich welkom te voelen en loopt het vuur uit zijn sloffen, dat hebben we vandaag wel gezien. Als iemand op deze plek wil staan: het is de laatste parkeerplaats aan je linkerhand. Eerst kom je een bord tegen met 24u Parking, dat is het niet maar de 2e 24 Parking is de plek waar wij gestaan hebben. Schuin er tegenover aan de rechterkant vind je hun restaurant/hotel Azilal genaamd. Je kunt er prima eten en voelt je welkom. Moeder en zus staan in de keuken, dus het is prima eten.
Maar we gingen dus naar de watervallen. Heen een route langs de soevenier winkeltjes en we kwamen ook langs een tapijten weverij van de vrouwencoöperatie. We gingen naar binnen om te zien dat de kleden niet machinaal gemaakt worden maar nog op het weefgetouw. En dan wordt je uitgenodigd om te gaan zitten en wat kleden te bekijken. De kleden worden ook met natuurlijke middelen gekleurd, zoals saffraan en henna. Dat sprak ons wel aan. We hebben 3 kleden gekocht, 1 voor op de tafel in de camper, 1 voor thuis op tafel en 1 voor thuis in de zithoek. Een mooie herinnering aan Marokko. De prijs sprak ons ook goed aan en de opbrengst is voor de vrouwen die de kleden maken. Op de terugweg hebben we de kleden opgehaald en later aan Jamal betaald. Het gaat op goed vertrouwen.


Onderweg naar boven komen we langs een groot rotsblok met een vuurtje eronder. Jamal legt uit dat het vuur de rots verhit, op een gegeven moment gooien ze water over de rots, er komen dan krimpscheuren in de rots, er wordt een beitel in de scheur gezet en zo krijgen ze grote brokken graniet voor van alles en nog wat.

We komen bij de watervallen, het is een pittig klimmetje maar goed te doen. Het is voor Cees een nieuwe ervaring, hij heeft nog nooit zo geklauterd in de bergen en vind het fantastisch allemaal. In zijn eentje had hij dit niet zo snel gedaan.

‘s Middags besluiten we om nog een ommetje te maken, we lopen de weg af richting Marrakech en zien op een gegeven moment aan de rechterkant een dorpje boven op de berg met allemaal terrasjes. We begrijpen van Jamal dat er veel fruit geteeld wordt in dit dal: appelen, kersen, amandelen en peren. We lopen eerst een andere vallei in langs de rivier. We vragen aan twee oudere mannen of het de goede weg is om naar het dorp boven te lopen, Ait Barka. Het is de goede weg, we moeten verderop de rivier oversteken. Zij gaan ook die kant op dus we volgen ze. Op een gegeven moment gaan ze via stapstenen de rivier over. Wij volgen ze, het zijn grote stappen maar Cees kijkt toch wel een beetje bedenkelijk en durft het niet aan. De twee mannen waren blijven staan en eentje kwam er terug om Cees te helpen, erg aardig, we hebben hem uiteraard bedankt voor zijn hulp, leuk.

We lopen rechtsaf gestaag omhoog, een leuke wandeling langs de terrasjes, in dit geval terrasjes die aangelegd zijn met akkertjes, met veel fruitbomen er op. We komen een paar vrouwtjes tegen die wol aan het spinnen zijn en andere hebben een paar schapen bij zich, diep beneden ons op een steile helling lopen een flink aantal geiten. Ook komen er drie mannen omhoog lopen met grote zakken, met een behoorlijk gewicht erin. Ze hebben flink de pas erin, wat een conditie. We zijn niet helemaal naar het dorp gelopen maar halverwege aan de andere kant afgedaald. Een leuke wandeling in een mooie omgeving, lekker in het zonnetje. Het was weer genieten.

We komen terug bij de campers en gaan lekker aan de thee. Even later komt Jamal aanlopen met de bewaker/eigenaar van de parkeerplaats waar we op staan. De man wil graag, met bemiddeling van Jamal, 15 DH per camper per nacht, dus we geven de man 60 DH. Er zijn geen voorzieningen maar we staan wel op zijn eigendom, prima hoor. Jamal had ons vanmiddag uitgenodigd om zijn huis te bezoeken, van het uitzicht te genieten en thee met hem te drinken. Zelf waren we het al vergeten, op zich hadden we er ook niet zoveel zin meer in, het was al 18uur, bijna etenstijd maar we hebben onze schoenen aangetrokken en zijn met hem mee gegaan.



En we hebben er geen spijt van gehad. Jamal woont met zijn ouders, broers en zussen in een huis schuin boven het restaurant met een geweldig uitzicht. We gaan via de bovenkant van de wijk naar zijn huis toe en komen langs plekjes waar we zelf als toerist niet zo gauw zouden komen. Een vrouwtje is brood aan het bakken, er loopt een ezeltje met berijder voorbij, zo hoog op de smalle paadjes, er lopen ook nog vrouwen die helemaal gesluierd zijn. Via een achteropgang, even flink klimmen komen we op het dak van Jamals huis. In het huis van zijn ouders is hij een eigen etage aan het bouwen, kan wel 5, 6 jaar of langer duren voordat het af is.
Jamal geeft aan dat het die etage hem 1,5 miljoen DH gaat kosten maar volgens ons is hij een nulletje in de war. Dat zou betekenen dat de etage hem uiteindelijk € 135.000,00 zou kosten, dat zou enorm veel zijn voor Marokkaanse begrippen. Het zal waarschijnlijk om € 13.500,00 gaan.
Alles wat Jamal verdient gaat in het huis zitten, het gaat hem nog lukken ook. Ze kennen hier geen hypotheek, ze werken en het geld wordt geïnvesteerd in het huis. Ook begrijpen we van Jamal dat ze geen ziektekostenverzekering of ziekenfonds kennen. Als je iets breekt of je wordt op een andere manier ziek dat je naar het ziekenhuis moet dan betalen ze dat zelf. Alleen een bevalling hoeven ze niet zelf te bekostigen.
Jamal is 22 jaar en als zijn huis af is dan gaat hij trouwen. Hij heeft geen vriendin maar tegen die tijd zoekt hij een vrouw uit en trouwt daarmee als de beide families daarmee instemmen. Dat gaat dus totaal anders als bij ons. Het houdt wel in dat als het huis af is Jamal geen hypotheek heeft. Dan zijn de levenskosten niet hoog meer.

Op het dak komt Jamal even later met een groot kleed en dikke kussens, we ‘vleien’ ons neer op het kleed en Jamal schenkt thee, lekkere thee, niet zo sterk, goed te drinken zonder suiker. Hij vertelt het een en ander, wat je hierboven kunt lezen.
Als we op een gegeven moment naar links kijken zien we boven in de bergen nog het laatste zonlicht, het is net of de berg in brand staat, prachtig. We roepen naar het broodvrouwtje dat haar vuur de berg verlicht. We hebben het goed naar ons zin.

Om 20.15uur zijn we weer terug bij de camper. Nog even een yoghurtje eten en dan is de dag weer ‘rond vol’ met een heleboel indrukken en heel veel plezier.
Ik moet wel zeggen dat wij deze vakantie anders beleven met Cees in ons gezelschap dan als we met zijn tweetjes zouden reizen. Cees is een bijzonder lieve man die de mensen gewoon aantrekt en ook leuk met de mensen omgaat, joviaal en spontaan. We lachen heel wat af met zijn drietjes. En zoals we weten: lachen is gezond of een dag niet gelachen is een dag niet geleefd. Nou en leven doen we hoor, hier in Marokko, geen twijfel over mogelijk. Dus Cees dank je dat je op ons pad bent gekomen, het geeft een bijzonder tintje aan deze reis.
13 maart – woensdag – Setti Fatma – Ouzoud
We waren er voor ons doen laat uit, dachten we, maar het klokje naast bed was een uur vooruit gegaan tijdens de nacht (satelliet). Dus we zaten om 6 uur al te kijk. Niet erg hoor, even internetten, dan vliegt de tijd.
Vanmorgen afscheid genomen van Jamal en hem veel geluk gewenst ook met de bouw van zijn huis. We rijden op een prima tijdstip, net als toen we hier aankwamen, nog geen toeristen onderweg naar de watervallen. Dus geen bussen en taxi’s die we tegen kwamen, prima.

In de vallei kopen we nog prima honing, hele donker en erg lekker. Cees krijgt nog een bakje mee met een mix van Argan olie, amandelen en honing, om je vingers bij af te likken. We kochten het in een winkeltje langs de weg, een van de vele zoals hierboven de winkel met potten en tajines.
We zijn onderweg naar Ouzoud, camping Zebra en rijden via Marrakech om bij de Marjane supermarkt voorraad in te slaan. Daar aangekomen slaan we emmertjes yoghurt in, die zijn in de dorpjes niet te krijgen, alleen de kleine verpakkingen maar dan schep je je helemaal ‘moe’ als je een paar bakjes leeg wilt maken in een kommetje. We hebben ook kruiden ingeslagen: kaneel, kurkuma, komijn en nog wat andere lekker ruikende kruiden. Het scheelt toch wel enorm in prijs met Nederland.
Dan rijden we verder. De rit naar Marrakech en daarna eruit is eigenlijk wel saai te noemen, zeker na de landschappelijke pracht waar we de laatste dagen doorheen zijn gereden. Pas na de afslag naar Demnate wordt het weer mooi, en weer een ander ‘gezicht’ van Marokko: het doet bijna Engels aan. Helaas niet zoveel foto’s deze keer, het weer nodigde niet uit om te fotograferen, zelfs niet vanuit de camper.
We hebben tenminste een flink eind gereden om in Hollands aandoend weer te komen: regen, nevel en 11 graden. Maar vanaf morgen schijnt het weer lekker weer te worden, je raakt er zo aan gewend he? Dan is een dagje minder al heel wat. 🙂

14 maart – donderdag – Ouzoud

Het is nevelig, ‘nattig’ en 11 graden, ik schrijf 8 uur. Volgens de site van de camping gaat vandaag wel de zon nog schijnen en wordt het 16 graden. Morgen en zaterdag wordt het weer prachtig weer. Nu is het 10.45uur en de eerste zonnestraaltjes breken door, dat doet buiten gelijk anders aan.



Rust, rust, rust vandaag. Co had vannacht last van zijn darmen dus onrustig geslapen, daardoor ik ook. Dus vandaag hebben we rustig aan gedaan. Wel lekker het beddengoed laten wassen, het ruikt in de camper heerlijk naar pas gewassen goed. Wat zullen we slapen straks.
Het was zonnig vandaag maar niet te heet, goed om het bruine kleurtje te onderhouden. Cees gaat zo meteen genieten van een Marokkaans buffet, dat op de camping wordt georganiseerd, met muziek, zal vast gezellig worden. Is voor Co op dit moment niet weggelegd, hij moet eerst maar eens ‘normaal’ eten tot zich kunnen nemen. Morgen zal hij wel weer beter zijn.
15 maart – vrijdag – Ouzoud
Gisteravond een hoop getrommel gehoord, live muziek onder het eten, gezellig toch?

Cees kwam gisteravond nog even langs om te vertellen dat het erg gezellig was en het eten erg lekker. Hij heeft bar genoten. Wij hadden ook zeker meegedaan, een volgende keer houden we het tegoed.
Een rustige ochtend, we hebben nog een wasje laten doen, dat hangt lekker te drogen en Co is het dak van de camper opgegaan want de schotel weigerde dienst. Afgelopen zondag stonden we in Tizi-N-Tichka, Co en Cees wilden graag Studio Sport zien maar er stond ook best wel veel wind. Dat ging dus niet helemaal goed. Na lang zoeken vond Co een stukje dat was afgebroken, minuscuul klein. Nadat hij dat verwijderd had ging het kabeltje weer soepel in de LNB kop en de schotel zoekt weer het juiste punt op, alles werkt weer.


Vanmiddag zijn we naar de watervallen gewandeld: Cascade L’Ouzoud. Het begin was wederom commercieel met allemaal soevenierwinkeltjes, ik vond de verkopers trouwens niet vervelend, ze waren bescheiden aanwezig, vroegen wel om te komen kijken maar als je dan ‘non merci’ zei hielden ze niet aan. Het was trouwens bijzonder rustig met bezoekers.

De watervallen zijn prachtig, wat een geweld, al dat water dat naar beneden komt, en er omheen is alles zo mooi groen. Cees en ik zijn nog verder naar beneden gelopen, Co maakte even pas op de plaats. Van beneden hebben we ook nog wat plaatjes gemaakt, je zag drie etages aan water naar beneden komen.


Er was een moederaap met een jonkie van een paar dagen. Er was ook een ‘vlooi’plaats. Er was er eentje onder behandeling en toen kwam de moeder met het jonge aapje, ze ging liggen en werd direct geholpen, eh gevlooid. Is altijd weer grappig om te zien.

Er waren trouwens veel jonkies en die zijn dan nog zo lekker speels. Dit was een leuk moment in de wandeling.
Van de week waren we in het L’Ourika dal, daar hebben we ook gewandeld naar de watervallen aldaar, die waren niet zo spectaculair als hier. Maar daar was de wandeling weer grappig, klauteren over de rotsen. Hier loop je naar beneden via ca. 580 treden, dus ook weer omhoog he?
Het is druk op de camping, veel Nederlanders, wat minder Fransen, wel weer meer Duitsers. Het is een prachtige camping, wij staan, vinden we zelf, op de mooiste plek met een prachtig uitzicht het dal in. Het sanitair is hartstikke mooi, netjes en schoon met een prima douche. De ruimte waar gisteren het buffet werd gegeven is ook heel gezellig om gewoon lekker te gaan zitten. En Paul en Renate zijn heel aardig. Er is bij de campers een waterpunt en er zijn waslijnen gespannen, er is aan van alles gedacht. Er loopt ook veel personeel rond, mensen uit het dorp, prima.
16 maart – zaterdag – Ouloud
Om 8.30uur hebben we afgesproken met Mouloud, een gids die we via camping Zebra hebben geboekt. Mouloud gaat met ons naar een oud dorpje verderop, dat dorp is 1200 jaar oud. 8.30uur voor Cees een zeer vroege tijd, normaal staat hij om 8uur op, maar toen ik op zijn camper klopte was hij al op. We gingen om 9uur van start van Mouloud was er nog niet, later vertelde hij dat hij nog heerlijk lag te slapen. 🙂


We liepen langs de rand van het dorp naar een uitzichtpunt op de waterval waar we gisteren gewandeld hebben. Weer een prachtig gezicht op het vele water dat zich naar beneden stort. Naarmate de wandeling vorderde werd het uitzicht op de waterval steeds mooier.

Daarna liepen we verder naar het oude dorp, dat je in de verte zag liggen. Een heerlijke landelijke wandeling over kleine stenige paadjes naar beneden waar we klein stroompje overstaken om aan de andere kant weer omhoog te lopen. Er staan heel veel olijfbomen, elke olijfboom heeft een kleur, rood, blauw, geel, zwart: elke kleur is van een familie, de bomen gaan over van vader op zoon op zoon…..


De klim is een ‘marteling’ voor Cees die dit niet gewend is. Maar hij haalde het en kreeg als beloning ‘berber whisky’ bij een klein cafeetje met een prachtig uitzicht op de berg waar we net gelopen hadden. Even later zagen we daar kinderen over hetzelfde pad naar beneden lopen, Mouloud gaf aan dat zij er ca. een kwartier over doen, over die afstand waar wij zo’n half uur over hebben gedaan.

Na de thee zijn we door het dorp heen gelopen. Normaal gesproken bezoeken ze ook nog een huis maar de vrouw was niet thuis.

Het is een dorp waarvan de huizen opgebouwd zijn met leem, het wordt ook goed onderhouden. Het rood op de daken is afkomstig uit de bergen en zorgt er voor dat de daken waterdicht zijn.



We zakten weer af naar het stroompje en aan de andere kant weer omhoog. Cees had het zeer zwaar. Hij keek al uit naar dat we weer ‘thuis’ zouden zijn, een douche en dan lekker met de beentjes omhoog.



Het laatste deel ging over akkertjes met granen en olijfbomen, bijzonder groen en fris, een lust voor het oog. Er waren ook heel veel bloemetjes, geel van de margrietjes en rood van de klaprozen, het is om blij van te worden.
Een paar wetenswaardigheden die Mouloud ons vertelde:
* De olijfbomen kunnen maximaal 1000 jaar oud worden en ze beginnen 7 jaar na aanplant olijven te geven.
* De olie die van olijven wordt geperst van bomen tussen de 7 en 30 jaar oud heet ‘simple oil’ en heeft een acid (zuur) gehalte van 0,08%.
* De olie die van olijven wordt geperst van bomen tussen de 30 en 150 jaar oud heet ‘vierge oil’ en heeft een acid gehalte van 0,08%.
* De olie die van olijven wordt geperst van bomen tussen 150 en 1000 jaar oud heet ‘extra vierge oil’ en heeft een acid gehalte van 0,03%.
* De oudere bomen geven uiteindelijk minder olijven maar wel van een betere kwaliteit dan de jongere bomen.
* Er zijn drie kleuren olijfolie: groen, paars en zwart. De groene worden als eerste geplukt, later de paarse en allerlaatste de zwarte. Die worden gedroogd op het dak van de huizen door de zon en daarna ingelegd in water met citroen en zout.
Mouloud gaat voor ons 3 liter goede olijfolie regelen, voor 50DH per liter.
Mouloud Blile werkt voor een organisatie die door heel Marokko excursies en wandelingen organiseert. In zijn jonge jeugd zat hij op een school in het dorp, daarna heeft hij op verschillende kostscholen gezeten, dat gaat hier zo. Ze wonen dan intern en alles wordt vergoed: het leren, eten, drinken, slapen, de dekens en lakens voor op bed. Alleen de kleding regelen ze zelf.
Hij is goed onderricht en weet veel te vertellen, ook over het land, landbouw, planten, religie, het gezinsleven……. Het is heel erg leuk om met hem te wandelen, naar hem te luisteren en te discussiëren.

Op de camping eet al het personeel onder de middag gezamenlijk hun lunch. Renate bestiert de boel en Paul gaat regelmatig met mensen op tour, o.a. met de motor, nu is hij ook 8 dagen op weg. Renate leert de mensen die bij haar werken heel veel, de een pikt het sneller op dan de ander. Ze accepteert niet dat de mannen de vrouwen commanderen, zoals ze thuis gewend zijn, maar het netjes vragen. RESPECT is het woord dat op deze camping voorkomt. Renate geeft ook aan dat Mouloud vaker door haar geregeld wordt omdat hij niet een te hoge prijs vraagt voor zijn begeleiding en dat hij het geld niet ‘verdrinkt’ zoals veel andere, duurdere, gidsen doen. Dus ze helpt hem op deze manier aan werk. Hij is, net als Jamal, op het huis van zijn ouders een eigen ruimte aan het bouwen om daar in de toekomst ook mensen te kunnen ontvangen voor thee, etc…..
Wij eten onze eigen lunch: een heerlijke yoghurt met kruiden zoals kurkuma, kaneel, kardemom en boekweitvlokken. Dan nog een beetje crème fraiche, honing en bijenpollen, heerlijk en voedzaam. Al met al hebben we weer een leuke dag gehad, niet zo zonnig, maar dat is niet erg als je tegen een berg oploopt.
Om 18uur kwam Mouloud 3 liter olijfolie brengen, voor 150DH, kunnen we voorlopig weer vooruit. We stonden net met onze buren te praten en die hebben ook gelijk olijfolie bij hem besteld, voor morgenochtend.
17 maart – zondag – Ouzoud
Vandaag is de geboortedag van mijn vader, we hebben even geskyped met mijn moeder, ze was al vroeg gebeld door haar zus, die denkt altijd goed om dit soort speciale dagen.
Vanmorgen hebben we wat geluierd en in de zon gezeten. Vanmiddag zijn we gaan wandelen, links de camping af, het eerste paadje dat we tegenkwamen naar beneden. Eerder deze week had ik al bij een foto gezet dat we deel van het tafereeltje uit gingen maken en nu hebben we gewandeld in die ‘ansichtkaart’.





Het is wederom een prachtig landschap waar we door heen wandelen, eerst rode grond met fris groene beplanting en dan lopen we langs de rivier naar de bron, en dat is over grote keien en rode slibaarde. We krijgen onderweg gezelschap van een leuke hond, we noemen haar Sheila, ze is enthousiast maar luistert goed. Aan het einde van de wandeling gaat ze bij het naburige hotel het pad op, kijkt nog eens om en wandelt naar huis…..

Tijdens onze wandeling zien we op een gegeven moment 2 jongens door het water lopen, ze hebben een grote zak bij zich en wroeten in de kanten. Op onze vraag wat ze aan het doen zijn vertellen ze dat aan het ‘vissen’ zijn. Door het wroeten komen er vissen vrij een beetje baarsachtig en ze hebben ook krabbetjes. Ben je in de bergen op 700 meter hoogte en dan vangen ze vis, waarom ook niet he, het is tenslotte water.

Tijdens onze reis zien we vaak dat er in plaats van prikkeldraad op de muurtjes en hekken dode doornstruikjes worden gedrapeerd. Dat is afdoende om dieren op hun plek te houden. En scherp zijn ze hoor, we hebben er kennis mee gemaakt.


Onderweg terug begon het te spatten, dat ging over in meer druppels en uiteindelijk stopte het met zachtjes regenen en het begon te rommelen. Toen we eenmaal in de campers waren barstte het los, er waren zelfs hagelsteentjes bij. Het heeft een uurtje geregend en nu is het weer droog.
Ga naar week 10
terug naar overzicht